analyse
De coronapas zal nooit meer helemaal verdwijnen
Het kabinet zal dinsdagavond mogelijk het einde van het coronatoegangsbewijs aankondigen. Maar het gebruik ervan is al zo genormaliseerd in de samenleving dat de pas nooit meer helemaal zal weggaan.
Er heerst een hardnekkig misverstand over de coronapas. In reactie op de vele honderdduizenden handtekeningen die zijn gezet tegen de verplichte QR-code voor restaurants en theaters, zei minister Ernst Kuipers van Volksgezondheid vorige week dat hij dolgraag van het toegangsbewijs af wil. Het is alleen nog niet het goede moment, voegde hij er meteen aan toe.
In diezelfde week stuurde zijn collega-minister van Justitie en Veiligheid een nota naar de Eerste Kamer. Weinig mensen zullen het hebben gelezen, de titel (Nota naar aanleiding van het verslag bij wetsvoorstel wijziging van de Tijdelijke wet bestuurlijke maatregelen terrorismebestrijding) is allerminst uitnodigend, maar het zet de woorden van Kuipers in een zekere context. De nota gaat over een tijdelijke wet die ingrijpende vrijheidsbeperkende maatregelen oplegt. Zo’n wet, zeg maar, waarop ook de QR-code is gebaseerd. Een wet ontstaan door uitzonderlijke omstandigheden die om uitzonderlijke maatregelen vraagt.
Die wet kent een kleine en relevante geschiedenis. In mei 2006 diende minister Donner (Justitie) het voorstel in om de overheid de mogelijkheid te geven de bewegingsvrijheid te beperken van personen die in verband worden gebracht met terrorisme (denk aan gebiedsverboden). De Tweede Kamer was kritisch over het voorstel. De partijen misten een goede motivering en de voorgestelde maatregelen waren zeer fors, maar het voorstel kreeg een meerderheid. Altijd goed om iets tegen terrorisme te doen.
Tijdelijke wet
De Eerste Kamer was nog kritischer. Zelfs Donners eigen partij, het CDA, zag de noodzaak niet. Er is immers al het strafrecht om terroristen uit de samenleving te houden. Nederland dreigde met dit soort wetten een politiestaat te worden, meende de PvdA. Er kwam geen meerderheid. En toen in 2009 uit een evaluatie van antiterrorismemaatregelen ook nog bleek dat er geen noodzaak was voor de wet, stierf die een stille dood.
Tot-ie in 2017 weer opdook als Tijdelijke wet. Wederom waren er allerlei bezwaren, maar door de dreiging van internationaal terrorisme – in België en Frankrijk waren net grote aanslagen geweest – werd-ie ditmaal aangenomen door de Tweede en de Eerste Kamer. Onder druk wordt alles vloeibaar. Voorwaarde was wel dat de wet binnen drie jaar zou worden geëvalueerd en dat de maximale termijn vijf jaar zou zijn.
De evaluatie was helder. De wet deed niet waarvoor hij was bedacht. Veertig keer is inzet overwogen, zeven keer is de wet daadwerkelijk ingezet. Dat gebeurde om een gebiedsverbod of uitreisverbod op te leggen, vaak nadat iemand zijn straf al had uitgezeten – geen oogmerk van de wet. Bovendien leverde de wet geen bijdrage aan deradicalisering. De Orde van Advocaten pleitte daarom tegen verlenging, de Raad van State was buitengewoon kritisch. De dreiging van terrorisme was intussen afgenomen. U raadt het al: de minister wil de wet desondanks tot 2027 verlengen en de Tweede Kamer is akkoord gegaan. Wat er eenmaal is, laat zich niet zomaar afschaffen. Tijdelijk is zelden tijdelijk. Zelfs als de noodzaak uiterst twijfelachtig is.
Dat gaat ook op voor het coronatoegangsbewijs. De bezwaren zijn er al langer. Het toegangsbewijs leidt tot verdeeldheid en uitsluiting van groepen mensen, de handhaving is kostbaar, het gaat om een grove inperking van grondrechten en er gaat een zekere vaccinatiedrang van uit.
Onduidelijke voorwaarden
In eerste instantie werd de pas (door consultancybedrijf KPMG) geopperd om bijeenkomsten voor grote groepen mensen mogelijk te maken midden in een pandemie. Toen uitgebreid naar de horeca en het theater (niet het eigenlijke doel). De voorwaarden waaronder het toegangsbewijs wordt ingezet dan wel afgeschaft, zijn niet duidelijk. Moet het aantal besmettingen per dag onder de tienduizend zijn? Vijfduizend? Niemand die het weet. Het is vaag gehouden.
Deze wet die een ‘radicale ingreep in een open samenleving’ voorstaat, verdient daarom ‘fundamentele kritiek’, schreef filosoof en jurist Maxim Februari eerder in NRC. Februari: ‘Volgens de Memorie van Toelichting hangen ‘de doelen die met de inzet van testbewijzen worden nagestreefd’ af van ‘de epidemiologische omstandigheden’. Huh? Geen exitplan, inperking van grondrechten zonder vast omschreven doel, mensen uitsluiten van de samenleving zonder discussie. We doen maar wat.’ Het is daarom zo spijtig dat de critici vooral als wappies en rechtsextremisten worden weggezet. Zoals het Volkskrant-commentaar stelt: ‘Geen instrument raakt immers zo aan de grondrechten als de QR-code, gezien het onderscheid dat die maakt tussen mensen.’
Maar terwijl de noodzaak door het minder ziekmakende omikron wegvloeide – in Denemarken werden alle coronarestricties opgeheven omdat covid niet langer als ‘maatschappijbedreigend’ geldt – bleef de regering vasthouden aan het toegangsbewijs. Vanavond zullen bijna alle restricties worden losgelaten, mogelijk ook de coronapas. Wetenschappelijk onderzoek kon het kabinet lange tijd niet overtuigen. Invoering van het 2G- of 3G-systeem remt op dit moment nauwelijks het aantal coronabesmettingen, concludeerde de TU Delft. ‘Op basis van ons onderzoek wordt het 2G- of 3G-beleid moeilijker te verdedigen’, zei onderzoeksleider Niek Mouter van de TU Delft.
Minister Dilan Yeşilgöz-Zegerius (Justitie) schrijft dat de meerwaarde van die andere Tijdelijke wet is bewezen als deze éénmaal succesvol wordt ingezet. Want dan levert die immers een bijdrage aan het beschermen van de nationale veiligheid.
Hierin schuilt het misverstand.
Die redenatie gaat namelijk voorbij aan de precedentwerking, dat het oké is om buiten het strafrecht om maatregelen tegen mensen te nemen. Een wet staat nooit op zichzelf. Een wet kan maatregelen en gedrag normaliseren.
Controlemaatschappij
Zo is het ook met de coronapas. Sinds die eind september werd verplicht in de horeca zijn allerlei registratiesystemen opgetuigd. Festivals vragen bezoekers een commerciële app te downloaden en daarin hun persoonsgegevens achter te laten. Restaurants werken met registratiesystemen vooraf.
De QR-maatschappij is een opstap naar de controlemaatschappij. Wie met British Airways vliegt, wordt na aankoop van zijn vliegticket naar een app van een Amerikaans biometrisch surveillancebedrijf doorverwezen. Dat bedrijf, dat in gezichtsherkenning de toekomst van identificatie ziet, neemt British Airways de controle uit handen. In de app moeten paspoort, vaccinatiegegevens, een foto van het gezicht en persoonsgegevens worden achtergelaten. Waar en hoelang die persoonlijke data worden opgeslagen, is voor de passagier een raadsel.
Wie geen groen vinkje van het bedrijf krijgt, mag niet vliegen. ‘Het gevaar van de QR-code is niet zozeer de schending van privacy’, zegt Jaap-Henk Hoepman, universitair hoofddocent privacy aan de Radboud Universiteit en de Rijksuniversiteit Groningen, ‘maar de normalisering van gezondheidscontroles.’
Het gaat niet enkel over de inzet van het toegangsbewijs. Het gaat over het oprekken van grenzen. Een paspoortcontrole bij de kroeg om de hoek, een werkgever die een vaccinatiestatus verlangt, de introductie van gezondheidschecks. ‘Het gevaar dat dit gaat gebeuren is levensgroot’, zegt Hoepman.
Heel concreet: Europa werkt al aan een digitale identiteit die zowel online als offline als toegangsbewijs kan gelden. Die digitale identiteit wordt, net als de coronapas, een app op de telefoon die overal en nergens gebruikt kan of zelfs moet worden. Volgens de Europese Commissie is de eID straks nodig bij het openen van een bankrekening, het bewaren van een medisch recept in een app, het inchecken in een hotel en het ophalen van, tadaa, ‘medische certificaten’.
Andere doeleinden
Michael Veale, universitair hoofddocent aan de rechtenfaculteit van het University College in Londen, waarschuwt hier al langer voor. Hij ziet ‘een grote kans’ dat we eindigen met gezondheidsinfrastructuur die niet meer het probleem oplost waarvoor het was bedoeld, maar door de publieke en private sector wordt gebruikt voor andere doeleinden. Denk aan een hotelketen die wil weten of iemand de griepprik wel heeft gehad. Een werkgever die controleert of het personeel zich herhaaldelijk laat vaccineren. De partijen die hebben geïnvesteerd in gezondheidstechnologie (denk aan Apple en Google) hebben exclusieve macht en marktaandeel gekregen. Vaele: ‘Het risico is nu al dat private partijen zoals restaurants eigenstandige handhavers worden die beslissen of je binnen mag komen. Gebaseerd op voorwaarden die zij, niet de overheid of de gezondheidsinstanties, bepalen.’
Daarom is de Britse minister van Volksgezondheid Sajid Javid altijd tegen het gebruik van het coronatoegangsbewijs geweest. Hij wil de mogelijkheid niet normaliseren. ‘Ik ben geen voorstander van het idee dat mensen bij alledaagse activiteiten hun papieren moeten laten zien’, zei hij. Hij voegde toe: ‘We moeten geen dingen doen om ze maar te doen of omdat anderen ze doen.’
Vergelijk dat met het Nederlandse beleid. Hoogstwaarschijnlijk zal minister Ernst Kuipers op korte termijn het einde van de coronatoegangsbewijs aankondigen. Maar zelfs als hij zegt dat de coronapas écht gaat verdwijnen, dan is dat niet helemaal waar. Zoals terrorismemaatregelen zelden worden afgeschaft als de terroristische dreiging allang weer is verdwenen, zo zal de coronapas ook nooit meer helemaal weggaan.