Brieven
Dat is onwaar, Wilders
De ingezonden brieven van zaterdag 19 september.
Vaandelvlucht
Geert Wilders heeft altijd zijn mond vol over kiezersbedrog door andere partijen. Tegelijkertijd lijkt hij niet te beseffen dat hij door zijn gedrag en uitspraken elk serieus debat over belangrijke onderwerpen, zoals de asielproblematiek, EU en onderliggende issues, zoals solidariteit, cultuurverschillen, nationale belangen, eigenheid enzovoorts, eigenhandig om zeep helpt. Ook leidt zijn aanpak tot een toenemende isolatie van de PVV in het politieke bestel. Hiermee laat hij juist zijn kiezers in de steek. En vele andere Nederlanders, die zich vaak oprecht en soms terecht zorgen maken over deze onderwerpen.
H. Buist, Amersfoort
Dat is onwaar, Wilders
Wilders scheldt anderen uit voor leugenaar. Maar wat is hij zelf? Er zou nog nooit zo'n grote toevloed geweest aan vluchtelingen als nu? Dat is onwaar. In 1914 kwamen er meer dan een miljoen vluchtelingen ons land binnen. Daaronder mijn grootouders van vaders kant met hun kinderen. Met hen heb ik nooit over die vlucht en de daarop volgende opvang gesproken.
Een zus van mijn opa, die ook gevlucht was, maar teruggekeerd naar België, was vol lof over de opvang, onder andere in Amersfoort. Daar heeft zij het vaak over gehad. Laat Wilders nou niet zeggen dat de komst van moslims vreemder is dan de komst van de katholieke Belgen destijds in bijvoorbeeld. Amersfoort. Hij moet eens ophouden met zijn schandalige stemmingmakerij.
Clem van der Made, Malden
Hoogopgeleide vluchtelingen
Allerwegen wordt gesteld dat de Syrische vluchtelingen zo hoog opgeleid zijn. Ook de Volkskrant schaart zich in dit koor, getuige de berichtgeving. Artsen, advocaten, ingenieurs, ict-specialisten: de complete intelligentia van Syrië schijnt naar West-Europa te komen, zo wordt gesuggereerd. Al deze vluchtelingen nemen dus hun diploma's en certificaten mee, naast hun identiteitspapieren, al dan niet vervalst? Hoe een gebrekkig Engels sprekende Syrische ingenieur weg- en waterbouw iets moet uitleggen aan zijn slechts Nederlands sprekende medewerkers ontgaat mij.
Wat een Nederlandse patiënt aanmoet met een Syrisch sprekende arts aan zijn bed is onduidelijk. En in hoeverre de overvolle Nederlandse advocatuur verlegen zit om vakbroeders uit het Syrisch recht wordt nergens toegelicht.
Echter, in sommige landen geld je al als een volleerd verpleegkundige als je een rolletje verband kunt uitpakken. Twee Syrische vluchtelingen zijn nu in Ootmarsum aan de slag als timmerman. Fijn voor de bouwvak-sector in Nederland: voortaan wordt je als timmerman, stukadoor, metselaar of betonvlechter gezien als 'hoog opgeleid'.
Een geslaagde en terechte opwaardering van een beroepsgroep. Het eerste positieve resultaat van de vluchtelingencrisis.
Ruud van Ling, Heerhugowaard
undefined
Grunberg vergist zich
De vergelijking die Arnon Grunberg maakt in zijn Voetnoot 'Een Duits Europa', gaat mank. Zijn voorstel om vluchtelingen in Nederland voortaan Heimatvertiebenen te noemen is onzin en leidt tot verwarring. Er is een duidelijk verschil tussen vluchten en verdrijving en deportatie.
E.S. Gregorian-Saltet, Gouda
Kopje koffie
Slechts luttele dagen na het verschijnen van een groot aantal artikelen in de Volkskrant over validiteit, betrouwbaarheid en reproduceerbaarheid van onderzoek zie ik een artikel met als kop: 'Koffie vertraagt biologische klok'. Interessant. Er wordt gesproken over harde cijfers. Dan blijkt echter dat het gaat om een experiment met vijf (5!) proefpersonen. Een lichte teleurstelling maakt zich van mij meester.
Roel Hoving, docent onderzoeksmethodologie, Groningen
Geld erbij
Ja, dat is goed nieuws. Salarisverhoging. Was het maar voor iedereen zo'n feest. Onze koning krijgt er zomaar eventjes 43 mille bij. Net niet genoeg voor een nieuwe jurk voor zijn vrouw, wat jammer! Zijn Spaanse collega leverde vorig jaar de helft van zijn salaris in. Dat was een goed voorbeeld, maar werd niet gevolgd. Had hem gesierd als hij dat ook had gedaan.
Danielle Ruiters, Barchem
Meer dan een miljoen
In het interview met Robert Vuijsje zegt Salaheddine Benchikhi dat 'wij met meer dan een miljoen mensen zijn'. Daarin vergist hij zich. Wij zijn hier met ruim 16 miljoen mensen, en daar is hij er één van.
T. Goedings, Amsterdam
Eindelijk feiten?
In het grootste nationale fietsonderzoek met de uitdagende krantenkop 'Eindelijk de feiten over het fietsen' wordt gesuggereerd dat we duidelijkheid krijgen over 'waar Nederlanders fietsen, hoe lang en hoe snel'. Maar al lezende raak ik ietwat teleurgesteld.
Ook Tom Heskes, hoogleraar kunstmatige intelligentie, relativeert de uitkomsten van het onderzoek op voorhand al een beetje: 'Je hebt te maken met bias want je meet maar een specifieke doelgroep die de moeite neemt zo'n app te installeren. Veel fietsverkeer bestaat uit middelbareschoolleerlingen, maar ik betwijfel of zij zullen meedoen.' Ik ga nog een stapje verder: de uitkomsten van het fietsonderzoek zeggen niets over fietsgedrag op een koude en donkere week in december of in een warme juniweek; maar hooguit iets over fietsgedrag in één specifieke week in september, met gemiddeld 16 graden en frequente buien.
In onderzoekstermen; de uitkomsten zijn niet te extrapoleren naar, of representatief voor andere perioden in een jaar. Ook al zouden er 300 duizend fietsers hebben meegedaan. Hadden 'de Fietserbond, de Hogeschool NHTV Breda en enkele adviesbureaus voor verkeer en mobiliteit', alsmede de geldschieters (het misterie van Infrastructuur en Milieu, provincies en gemeenten, dit zelf niet kunnen bedenken? Jongens, kom op zeg.
Rob de Heus, Wijk bij Duurstede
Herlezen
Max Pam scheef een belangrijke column over zelfmoord en de literaire wereld. Al eerder maakten Nederlandse schrijvers als Jan Arends, Menno ter Braak en Annie MG Schmidt een eind aan hun leven. De beweegredenen zullen uiteenlopen, veel meer weten we niet.
In 1983 verscheen een dik en leesbaar boek van Jeroen Brouwers vol essays over zelfmoord in de Nederlandse letteren. De laatste deur noemde hij zijn pil vol verhalen en achtergronden. Om nu, na de dood van Zwagerman, te herlezen.
Arjen Boswijk, Groningen
Typisch Nederlands
Tom Dumoulin viel op de voorlaatste dag in de Vuelta terug van de eerste naar de zesde plaats. De bewondering voor zijn onverwachte prestatie bleef, maar toch dook op Twitter weer het geluid op dat dit typisch Nederlands is: falen op het moment suprème, in het zicht van de eindstreep. Willem Vissers reageerde terecht op deze azijnpisserij: typisch Nederlands, dat zeiken vanuit je leunstoel.
Natuurlijk hebben Nederlandse sporters veel finales verloren. Het noemen van de jaartallen 1974, 1978 en 2010 is voldoende. Topsportmentaliteit heeft niets met nationaliteit te maken. Er zijn net zoveel voorbeelden van topprestaties van Nederlandse sporters op het moment dat het erop aankwam. Dafne Schippers heeft het al een paar keer laten zien.
Het ultieme voorbeeld is Epke Zonderland. Ik vergeet nooit het moment dat ik, op weg naar huis, met duizenden reizigers in de hal van het Centraal Station in Utrecht live naar zijn rekoefening in Londen keek. De unieke combinatie van vluchtelementen op het moment dat het moest. Waarom zei toen niemand dat dit nou typisch Nederlands was. Pieken op het juiste moment! Staan wanneer je er moet staan! De dood of de gladiolen!
Sjak Rutten, Den Haag
Stokoude moeders
Laatst zei een kennis tegen mij dat ze zo vroeg aan kinderen was begonnen. Ik was bijna 31 toen mijn eerste kind werd geboren. 31! Stokoud! En die kennis is een nog veel oudere moeder. Dat levert problemen op, net als bij Barbara van Erp en Femke Sterken.
Al die oude moeders hebben vele jaren gespendeerd aan reizen, mannen, werken, borrelen, andere muizenissen en bijzaken dus vooral: aan zichzelf. Dat kan met kinderen (even) niet meer. Moederschap is nederigheid, pijn, geduld, niet zeiken, doorgaan en in dienst staan van. Ik zeg: hoera! Dan leer je het leven pas echt kennen, in al zijn facetten. Oerkrachten, uitputting, complete paniek, emmers met liefde, bakken vol verdriet, een lijf vol geluk - dat kán niemand je van tevoren uitleggen. Sit back and enjoy the ride, Barbara en Femke. 'Makkelijk', 'lekker' en 'leuk' zijn zó 2009!
Anne Doeleman, Utrecht, moeder van twee kinderen (6 en 4)
Stop dat geklaag
Enigszins gniffelend en nieuwsgierig begon ik aan het artikel van Barbara van Erp en Femke Sterken. Als redelijk nieuwbakken moeder hoopte ik enige herkenning te vinden in hun schrijfsel. Wat begon als een aardige beschouwing over het fenomeen moederschap, verzandde al snel in een klaagzang van jewelste.
Maar wat mij het meest steekt, is dat deze dames nauwelijks stil lijken te staan bij het wonder van moederschap. Uit hun woorden lijkt elk spoor van dankbaarheid voor dit fenomeen te ontbreken. Mijn man en ik zijn, nadat wij langere tijd verwacht hadden geen ouders te kunnen worden, dit jaar ouders geworden van een prachtig kindje.
In mijn vriendenkring ken ik ontzettend veel vrouwen die nooit moeder zullen worden omdat ze worstelen met een ernstige, chronische beperking. Vrouwen die enorm veel verdriet kennen omdat het moederschap hen niet gegund is.
Natuurlijk, een bevalling en zwangerschap zijn zwaar, dat zal ik niet ontkennen. Maar hoe kun je het in vredesnaam zwaar vinden om vervolgens je oude gewoonten opzij te schuiven. Het is vele malen zwaarder om te weten dat je waarschijnlijk nooit moeder zult worden. Te weten dat je nooit het wonder van een nieuw leven in je buik zult voelen en dat je nooit zult weten hoe het is om zo onvoorwaardelijk van iemand te kunnen houden als van je eigen kind. Maar het allerzwaarst is het waarschijnlijk om te merken hoe sommige vrouwen met een vanzelfsprekend gemak een gezin stichten en hier vervolgens uitgebreid over moeten klagen. Ik denk dat ik namens veel ongewenst kinderloze moeders de dames van Erp en Sterken op het hart kan drukken: tel je zegeningen en stop met klagen!
S. Suurd, Groningen
Antidepressivum
In de Volkskrant wordt geschreven over het ontmaskeren van achtergehouden resultaten in een studie naar het antidepressivum paroxetine dat bij adolescenten een hoger risico op suïcidale gedachten en gedragingen geeft. Ook wordt beschreven hoeveel jongeren tussen 18 en 25 jaar in Nederland het middel per jaar gebruiken. Het is goed te weten dat een adolescent in het Engelse taalgebied een jongere tussen 12 en 18 jaar is en in het Nederlandse taalgebied tussen 18 en 25 jaar.
Het beschreven onderzoek heeft een onderzoeksgroep in de leeftijd 12-18 jaar. Paroxetine staat niet in de behandelrichtlijnen voor de behandeling van een depressie bij kinderen en jeugdigen (tot 28 jaar) en het wordt sinds 2004 al expliciet ontraden dit middel voor te schrijven aan kinderen onder de 18 jaar.
Mori van den Bergh, kinder- en jeugdpsychiater, Utrecht
Biref van de dag: Als oudere werkloze ben ik de vernedering zat
Naar aanleiding van het artikel 'Dan maar onzichtbaar solliciteren' wil ik graag reageren. Ik behoor ook tot de groep oudere werklozen die moeilijk aan het werk komt. Ik ben weliswaar nog net geen 60, maar mij lukt het ook niet.
Na een carrière in de zorg en het onderwijs moest ik in 2013 vanwege gezondheidsproblemen stoppen met dit werk. Omdat ik niet afgeschreven wilde worden heb ik de keuze gemaakt om niet na de ziekteperiode het WIA-traject te bewandelen.
Toen ging ik nog van de veronderstelling uit dat het toch mogelijk zou moeten zijn om met twee hbo-opleidingen ergens aan het werk te komen. Na vijftien maanden WW en zo'n 150 sollicitaties weet ik wel beter. Hoewel ik vrijwel 99 procent van de sollicitaties heb gedaan op een lager tot veel lager niveau.
Het UWV heeft in de verplichte cursus 'Succesvol naar werk' geadviseerd een LinkedIn-account aan te maken. Dit account geeft echter zo veel informatie over mij dat het vrijwel onmogelijk is om te dienen als middel om aan werk te komen. Want hoe verklaar je dat er ineens een abrupt einde aan jouw carrière is gekomen? Zonder dan te vermelden dat er sprake was van kanker en depressies vanwege een veel te hoge werkdruk in het verleden?
Vacatures waar ik nu op solliciteer variëren van lijkverzorger tot chauffeur. Hoewel ik voor het eerste uitermate geschikt zou zijn als ex-verpleegkundige en voor het tweede als ervaren chauffeur die schadevrij heeft gereden, krijg ik altijd de boodschap dat er andere kandidaten zijn die beter in het profiel passen. De druk op mij en op alle mensen van ongeveer mijn leeftijd is hoog, er zijn momenten dat ik denk: van mij hoeft het niet meer.
Toch moet ik mij voor elke functie als zeer enthousiast blijven presenteren, als een levenslustig en voor mijn leeftijd jong persoon, en verder zo hip als maar gewenst is. Het contrast met de werkelijkheid is groot.
Ik heb al lang het gevoel er niet meer bij te horen, ik heb problemen om de eindjes aan elkaar te knopen, de moed er in te houden, mijn zelfrespect in stand te houden.
Uit gesprekken met leeftijdsgenoten, met en zonder gezondheidsproblemen, in WW of bijstand weet ik dat deze onderwerpen ook bij hen spelen.
Maar wat ik en anderen die wel meer dan veertig jaar de stront voor een ander hebben opgeruimd, en hebben geprobeerd hun kroost iets bij te brengen nu te horen krijgen van dit kabinet, is dat de werkende er financieel op vooruit gaat.
Het beetje geld interesseert mij niets, maar ik ben wel zeer gevoelig voor de verdere vernedering van mijn leeftijdsgroep en ouder. Werklozen en bijstandsgerechtigden die er tijdens de crisis niet zelf voor hebben gekozen om eruit te vliegen op hun werk, worden daarvoor wel gestraft. En dan natuurlijk de ouderen met AOW, die weinig kans hebben op verbetering. Met ons kun je alles maken.
Ab van Marle, Oosterbeek