Dat gaat me niet meer gebeuren!

Getriggerd door de ietwat schreeuwerige kop '70 duizend man op het ijs: hartstikke gevaarlijk' (Sport, 22 december) lees ik dat de algemene ledenvergadering van de vereniging de Friesche Elf Steden afgelopen zaterdag heeft besloten dat vanaf het volgende seizoen álle leden mogen meedoen aan een toekomstige tocht. Er wordt dus niet meer geloot.

Een besluit dat kon rekenen op instemming van bijna alle aanwezige leden. Maar niet iedereen is hier gelukkig mee, bijvoorbeeld Eelke Dijk uit Friesland. Hij wijst op het toenemende gevaar van de verdubbeling van het aantal deelnemers. 'Zo moeten schaatsers door het donker schaatsen' en 'vermindert de ijskwaliteit door een te groot aantal deelnemers'.

Hij haalt daarbij het voorbeeld aan van de Dokkumer Ee in 1986: toen hij die een dag na de tocht terugzag, dacht hij: 'Hoe kon ik hier overheen schaatsen in het donker?'

Het ijs van De Dokkumer Ee was echter enkele dagen vóór de tocht in 1986 nog opengebroken door schepen die daar gevaren hadden. Gevolg was dat er stukken ijs rechtop stonden op de opnieuw dichtgevroren ijsvloer. In het donker was dat bijna niet te zien. Dit resulteerde in mijn geval tot meer dan dertig valpartijen.

Maar deze situatie houdt op geen enkele manier verband met het aantal deelnemers. Ook de duisternis wordt niet minder met 18 duizend of 30 duizend deelnemers.

Het risico van te veel deelnemers zat hem in het verleden in het aantal deelnemers dat mogelijk onder het ijs geraakt. Het bestuur heeft aangegeven dit risico in de toekomst goed te kunnen beperken door betere inzichten en kennis over het draagvlak van het ijs en door het treffen van een aantal adequate maatregelen. Dat overtuigt mij wel.

Maar ook ik heb makkelijk praten. Ik behoor tot de groep van startgerechtigden... in 1997, de enige elfstedentocht sinds 1986, was ik uitgeloot.

Dat gaat me nu niet meer gebeuren!

Rob de Heus (56), Wijk bij Duurstede