Dammen
Vorige maand vond de 32ste editie van het Open kampioenschap van Amersfoort plaats. Het ditmaal uitzonderlijk sterk bezette toernooi eindigde, evenals vorig jaar, in een overwinning voor Alexander Schwarzman. Als enige van de 47 deelnemers wist de drievoudige oud-wereldkampioen 11 punten uit 7 ('Zwitserse') ronden te vergaren.
Eén punt achter de toernooiwinnaar finishten vijf spelers op de tweede tot en met zesde plaats, te weten Ndjofang, Domtsjev, Kudriavcev, Heusdens en Sipma. Van de acht man tellende groep spelers die allen tot een score van 9 uit 7 kwamen, maakten onder anderen de grootmeesters Meurs, Thijssen en Kalmakov deel uit.
Schwarzman kreeg de toernooizege bepaald niet in de schoot geworpen. Weliswaar won hij in de beginfase twee partijen (van Jharap en Bhawanibhiek), maar als gevolg van puntendelingen met Heusdens, Thijssen en Ndjofang moest Schwarzman tot twee ronden voor het einde genoegen nemen met een voor zijn doen bescheiden klassering.
Toen verrichtte de Moskoviet een ware krachttoer. Eerst versloeg hij zijn landgenoot Andreï Kalmakov in een kort doch buitengewoon hevig gevecht. En op de slotdag won Schwarzman een lange partij van Wouter Sipma, zodat hij de koploper op de valreep passeerde.
Waarschijnlijk moet die overwinning op Sipma - sportief bezien - als Schwarzmans beste prestatie worden beschouwd, als het al niet de belangrijkste partij van het hele toernooi was. Maar de winst op Kalmakov genereerde meer spektakel. Bovendien was dat duel ook vanuit openings-theoretisch oogpunt interessant.
Schwarzman-Kalmakov
Amersfoort 2012
1.34-29 18-22 2.40-34 12-18 3.45-40 7-12 4.32-28 19-23 5.28x19 14x23 6.31-27 22x31 7.36x27 1-7 8.35-30 10-14 9.40-35 20-25 10.37-32 13-19 11.41-37 8-13 12.30-24 19x30 13.35x24 14-20 14.50-45 4-10 15.44-40 2-8 (Kalmakov mobiliseert al zijn troepen tegen de vijandelijke Roozenburg-opstelling; maar het prijsgeven van het steunpunt 2 - wat al min of meer in 14...4-10 besloten lag - trekt een erg zware wissel op het zwarte spel) 16.49-44!? (een nieuwe zet; maar ook gewoon 16.46-41 bleek in partijen als Kalmakov-Heusdens 1997 of Heusdens-Virni 2004 prima speelbaar) 16...17-22 17.37-31 (de consequentie van wits 16de zet) 17...9-14 18.33-28 (idem) 18...22x33 19.39x19 14x23 20.46-41 11-17 21.31-26 (wit wil de manoeuvre 10-14-19 zo veel mogelijk vertragen: ondanks de 2x2-ruil die zo-even heeft plaatsgevonden, blijft de voorpost op 24 zorg behoeven) 21...3-9 (op onmiddellijk 21...10-14 was 22.26-21! en 23.27-22 gevolgd) 22.44-39 10-14 23.41-36 7-11 24.47-41 14-19 25.40-35 19x30 26.35x24 5-10 27.39-33(!!)
Zie diagram
27...10-14??
Kalmakov moet hebben gemeend dat er nu een grootscheepse vereenvoudiging als 28.43-39 14-19 29.41-37 19x30 30.27-22 enz. met na het slaan 34.37-32 zou volgen. Maar Schwarzman blijkt iets totaal anders van zins te zijn...
In de geladen diagramstand had ook 27...9-14? 28.33-28! (28...17-21* 29.28x19 14x23 30.26x17 11x31 31.36x27) in wits voordeel gewerkt. En voor direct 27...17-21? 28.26x17 11x31 29.36x27 geldt hetzelfde; in dat geval had het bijvoorbeeld kunnen verdergaan met 29...10-14 30.24-19! 13x24 31.27-22 18x27 32.29x7 6-11 33.32x21 11x2 34.21-17! met permanente aanval tegen de zwarte rechtervleugel. Maar na de enigszins verborgen 4x4-ruil 27...18-22(!) enz. was er weinig aan de hand geweest: de gelijktijdige bezetting van de velden 22 en 16 moet - hoe spijtig ook voor wit - worden weggestreept tegen de weggevallen controle over het randveld 35.
28.33-28!!
Pas op dit moment kwam de zwartspeler tot de pijnlijke ontdekking dat 28...14-19 faalt op 29.27-22!, 30.43x34!, 31.29x7 en 32.32x14 met (liefst) twee schijven winst voor wit. Kalmakov besloot dan ook terecht de strijd te staken.
undefined