Dammen Ton Sijbrands
Terugblikkend op de carrière van Nina Hoekman (1964-2014) ligt het natuurlijk het meest voor de hand om, zoals ik vorige week deed, een partij tegen een van haar seksegenoten voor het voetlicht te halen. Het was tenslotte bij de vrouwen dat Hoekman haar grootste successen behaalde, waaronder liefst elf nationale titels. Maar het is minstens zo interessant na te gaan hoe zij tegen mannen presteerde.
Die onderneming is zeker niet bij voorbaat tot mislukken gedoemd, want Hoekman nam eveneens aan 'algemene' toernooien deel. En ook in de clubcompetitie, waarin zij jarenlang voor haar vereniging Vorden uitkwam (later, na de fusie met Doetinchem, werd dat Dammers uit Oost), kruiste zij regelmatig de degens met de sterkste dammers.
Welnu. In haar ontmoetingen met (sommige van) de naoorlogse wereldkampioenen kwam Hoekman puntendelingen overeen met Koeperman, Sjtsjogoljev, Wiersma, Gantwarg en Valneris - menigeen zou er ongezien voor tekenen. En ook tegen de veelvoudige Nederlandse kampioenen Clerc, Baljakin en Thijssen speelde zij - soms meer dan eens - remise.
Diezelfde Thijssen moest in het toernooi van Salou 2003 zelfs zijn meerdere in Hoekman erkennen, al was dat pas nadat hij zich in voordelige stelling door een giftige tactische wending had laten verrassen. Maar aan haar overwinning op Jos Stokkel, de Nederlandse kampioen van 1989, mankeerde in het geheel niets.
De speltechnische topprestatie die Hoekman in deze partij leverde, was des te opmerkelijker wanneer men bedenkt dat het in november 2006 een jaar geleden was dat bij haar de diagnose borstkanker werd gesteld...
Hoekman-Stokkel
Clubcompetitie 2006
1.34-29 18-22 2.32-28 16-21 3.31-26 11-16 4.37-32 21-27 5.32x21 16x27 6.40-34 13-18 7.45-40 (scherp openingsspel van weerskanten) 7...19-23 8.28x19 14x23 9.35-30 9-13 10.40-35 13-19 11.30-24 19x30 12.34x14 10x19 13.41-37 23x34 14.39x30 19-23 15.43-39 6-11 16.48-43 5-10 17.46-41
Met haar laatste drie zetten heeft Hoekman een - even ambitieuze als verplichtende! - opstelling ingenomen die men in meerdere van haar omsingelingspartijen kan aantreffen.
17...1-6 (kennelijk voelt Stokkel er niet voor de 3x3-ruil 17...10-14 18.36-31, 19.26-21, 20.33-28 en 21.37x6 toe te laten) 18.30-25 10-14 19.35-30 14-19 20.44-40 8-13 21.50-45 3-9 22.40-34 2-8 23.45-40 9-14 24.40-35 14-20 (bescheiden maar realistisch: de opstoot 24...23-28? was vrijwel onspeelbaar wegens 25.34-29! 19-23 26.29-24! 4-10* 27.24-19! 13x24 28.30x19) 25.25x14 19x10 26.30-25 13-19 27.34-30 10-14 28.30-24 19x30 29.25x34 15-20 30.37-31 8-13 31.33-29! 23-28 32.38-33 13-19! 33.42-38 18-23! 34.29x18 12x23 35.41-37!
Hiermee stelt wit niet alleen de positionele manoeuvre 37-32x42 maar ook en vooral de (winnende!) afwikkeling 36.34-29!!, 37.39x30, 38.37-32 en 39.32x1 aan de orde.
35...7-12
Zie diagram
36.33-29! 28-32! (dit biedt inderdaad veel meer verdediging dan 36...12-18 37.34-30! enz.) 37.29x16 32x41 38.34-29 (exacter schijnt 38.35-30) 38...20-25?
De beslissende fout. Na het koelbloedige en niet erg voor de hand liggende 38...41-46! (39.29-24?! 19x30! 40.35x15 46-19!) was zwart buiten gevaar geweest.
39.39-34! 41-46 (ook na het inventieve 39...25-30 40.35x13 41-46 41.26-21!! 17x37 42.13-8 had wit aan het langste eind getrokken; een enkel voorbeeldje: 42...14-19 43.29-23! 19x28 44.8-2 4-9 45.2-35 9-14 46.16-11!!? 6x17 47.47-42! 37x30 48.35x5! 22-28 49.5x37/41! +) 40.47-41!! 46x28 41.38-33! (Hoekman wint nu met groot vertoon van macht) 41...28x48 42.16-11 (een heerlijke tempozet) 42...48x30 43.35x13 27-32 44.31-27 32x21 45.11-7 22-28 46.7-2 21-27 47.2-16 28-32 48.13-8 6-11 49.16x7 32-37 50.8-2 17-21 51.26x17 37-42 52.7-16
Of desgewenst 52.2-30 +. Maar ook met de tekstzet is niets mis: zwart geeft het op.
undefined