Crèche-reus Estro speelbal van investeerders
De noodlijdende kinderopvangorganisatie Estro is vandaag definitief failliet verklaard. Met een ingenieuze constructie maakt het kinderopvangbedrijf een doorstart in afgeslankte vorm. Voor 130 vestigingen dreigt aan het einde van de maand sluiting. Duizend werknemers dreigen hun baan te verliezen en ouders moeten op zoek naar vervangende opvang.
Estro, met 3.600 werknemers en tienduizenden klantjes het grootste kinderopvangbedrijf van Nederland, had gisteren uitstel van betaling aangevraagd. Naar nu blijkt heeft een stille bewindvoerder het faillissement de afgelopen weken minutieus voorbereid.
250 van de 380 crèches van Estro maken een doorstart onder de naam Smallsteps. Kartelwaakhond ACM ontving dinsdag al een formeel verzoek van investeringsfonds H.I.G. Capital om toestemming te verlenen aan de overname.
Het Brits-Amerikaanse fonds is via dochter Bayside Capital sinds 2012 mede-eigenaar van Estro. Het investeringsfonds heeft nieuwe geldschieters gevonden om opnieuw in Estro te investeren. Uit documenten die zijn gedeponeerd bij de Kamer van Koophandel blijkt dat Estro in 2012 een verlies leed van 454 miljoen euro, boven op de 100 miljoen euro in de twee voorgaande jaren. Door dat verlies zakte toen al het eigen vermogen tot 491 miljoen euro onder nul.
De vennootschap waarin de kinderdagverblijven zaten, NCC Holdco I, is enkele dagen geleden uitgeschreven uit de registers. De recentste jaarrekening van Estro zelf, over 2012, vermeldt bij iedere post een bedrag van '0 euro'.
Gouden tijden
De ondergang van Estro markeert het einde van de gouden tijden in de kinderopvang. Na de invoering van een ruimhartige subsidieregeling voor kinderopvang in 2006, schoten crèches als paddestoelen uit de grond. In vier jaar tijd verdubbelde het aantal crèches en nog konden ze de vraag niet aan. Om kans te maken op een plekje moesten aanstaande ouders hun vrucht direct na de conceptie op de wachtlijst plaatsen.
Onder dit gesternte stortten de Amerikaanse sprinkhaankapitalisten van Providence zich in 2010 op de Nederlandse kinderopvangmarkt. Eerst kochten ze de toenmalige marktleider Catalpa voor een half miljard euro. Dat werd omgedoopt tot Estro en overladen met schulden, onder meer om de eigen overname te financieren. De Amerikanen moedigden Estro bovendien aan tot een strooptocht langs kleine en grote kinderopvangaanbieders van Nederland. Na een reeks overnames ving Estro op het hoogtepunt 40 duizend Nederlandse kinderen op in 600 crèches.
Het leek een briljante zet vanuit het perspectief van de aandeelhouder. Werkende ouders en de staat betaalden lachend 70 euro per opgevangen kind per dag. Door de enorme schulden betaalde Estro bovendien nauwelijks belasting; in tegendeel, het op papier noodlijdende bedrijf ontving tot woede van de Tweede Kamer zelfs geld retour van de fiscus.
Estro deed in deze jaren geen enkele moeite de bedrijfsvoering te stroomlijnen, zegt bestuurder John Kapteijn van vakbond De Unie. Hij verbaasde zich destijds over het uitblijven van reorganisaties van de kantoorafdelingen van de opvangmoloch. Kapteijn: 'Ze waanden zich in Jip & Jannekeland, immuun voor economische wetten. De overheid betaalde toch wel.' Tot de overheid niet langer betaalde.
Voormalig staatssecretaris van Financiën Frans Weekers (VVD) dichtte in 2012 de maas in de belastingwet waar Estro zo profijtelijk doorheen zwom. De kabinetten-Rutte zetten het mes in de royale kinderopvangregelingen.
De subsidies zijn met een miljard teruggebracht. Ouders zijn nadien veel creatiever gebleken in het vinden van alternatieven voor de kinderopvang. Opa's, oma's, buurvrouwen en zwart betaalde babysitters beleven gouden tijden. De markt voor kinderopvang in Nederland is de afgelopen drie jaar met 30 procent gekrompen.
Penibel
Estro komt als een van de eerste grote aanbieders van kinderopvang in problemen. Het bedrijf had zoveel schulden dat het bij het eerste zuchtje tegenwind door de hoeven dreigde te zakken. Een in allerijl opgezette reddingsoperatie leek in 2012 nog uitkomst te bieden. Banken scholden een deel van de schulden kwijt, nieuwe Amerikaanse investeerders (waaronder Bayside Capital) namen in ruil voor aandelen eveneens een deel van de schulden voor hun rekening.
Het heeft allemaal niet mogen baten. De malaise in de kinderopvang zette door, en niet alleen bij Estro. In de eerste helft van 2014 hebben al meer dan 300 grotere en kleinere crèches noodgedwongen de deuren gesloten. Als de rechter Estro eerst failliet verklaart, kan het aanzienlijk goedkoper van zijn overtollige vestigingen en medewerkers af.