Congres én Tweede Kamer moeten WikiLeaks onderzoeken
Het is voor overheden vervelend wanneer oorlogsgeheimen op straat komen te liggen. Politieke en militaire autoriteiten zijn gewend om zich te omgeven met een leger aan voorlichters. Zij verkondigen hun boodschappen aan journalisten die, als zij in oorlogsgebieden een kijkje mogen nemen, veelal veilig zijn opgesloten in 'media-reservaten'. Als zij hun stukjes typen, moeten zij die laten lezen door een 'censor'. Zo is het afgesproken.
Maar het is nog veel vervelender, letterlijk pijnlijk, als je op een martelbank ligt ergens in een politiebureau in Irak. In de WikiLeaks lezen we dat sommige Amerikaanse ambtenaren op het politiebureau desnoods gingen slapen om deze praktijken maar te voorkomen. We lezen echter ook dat al aan het begin van de oorlog een Pentagon-instructie werd uitgegeven op basis waarvan Amerikaanse militairen de andere kant op moesten kijken wanneer dit soort mensenrechtenschendingen door Irakezen plaatsvonden. 'No further action required', luidde het parool voor Amerikaanse militairen als zij ernstige, verdachte verwondingen constateerden bij Iraakse burgerslachtoffers.
De toenmalige minister van Defensie Rumsfeld was een groot voorstander van het veelvuldig en 'pittig' ondervragen van gevangenen. Met deze 'torture light' ontstond een van-kwaad tot-erger cultuur waarin ook Amerikanen honderden onschuldige burgers gedood zouden hebben in Irak.
In een oorlog is de waarheid het eerste slachtoffer, zo luidt de bekende uitspraak. Wat in WikiLeaks wordt geopenbaard, staat haaks op de Conventies van Genève. In de door de regering Bush uitgevaardigde National Security Strategy van oktober 2002 wordt verkondigd dat in de strijd tegen het internationale terrorisme in principe, maar slechts in uitzonderlijke gevallen, alle middelen gerechtvaardigd zijn. Maar dat ook respect voor het internationaal recht betoond zal worden.
Het Amerikaanse Congres zal de WikiLeaks-beschuldigingen onderzoeken. Van president Obama, die bij zijn aantreden een nieuwe ethiek predikte, mag hierbij ook steun worden verwacht. Een Nobelprijswinnaar voor de Vrede heeft in deze nog eens een extra verantwoordelijkheid.
Ook Nederland draagt een politieke en deels militaire verantwoordelijkheid voor de oorlog in Irak. Onze Tweede Kamer dient daarom een diepgaand onderzoek in te stellen naar de onthullingen. Een beschaafd land dient een oorlog netjes te evalueren. Daarom moet ook in Den Haag snel een werkgroep van lezers en onderzoekers aan het werk. Als eerste stap.