COA schrapt 20.000 opvangplaatsen asielzoekers
Het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA) schrapt dit jaar in totaal 20.000 opvangplaatsen. Pakweg de helft hiervan zal al in maart worden afgestoten....
De snelle afbouw is volgens hoofddirecteur H. Janssen van het COA dringend nodig, omdat de stroom asielzoekers naar Nederland in hoog tempo afneemt. 'Vorig jaar kwamen er 13.000 asielzoekers bij en vertrokken er 27.000. Dat is een feitelijke afname van 14.000. In 2000 was het nog precies omgekeerd met een overschot van 14.000 asielzoekers', zei hij dinsdag bij de presentatie van de plannen. Het gaat om ongeveer veertig locaties van de huidige 130 centra. De meeste opvangplaatsen verdwijnen in het noorden. De AZC's in Kollum en Sneek gaan dicht, terwijl in Leeuwarden, Dokkum en Heerenveen het aantal plaatsen omlaag gaat. In de provincie Groningen sluiten vier centra, de capaciteit van Ter Apel (achthonderd) wordt gehalveerd. Het grootste AZC dat de deuren moet sluiten, is dat in Assendelft, waar nu nog plaats is voor duizend mensen. Het COA kiest voor sluiting van een bepaalde lokatie uit het oogpunt van spreiding, exploitatiekosten en de duur van de contracten. Het COA kon tot nu toe de tijdelijke contracten af laten lopen maar moet nu ook vaste contracten openbreken. Sommige gemeenten zouden daarom dreigen met procedures. Janssen wacht dit af. In 2000 klopten er bijna 34.000 asielzoekers bij het COA aan. Vorig jaar waren er dat nog maar 12.700. Bovendien vertrekken steeds meer uitgeprocedeerden. Vanaf 1996 kreeg het COA steeds te maken met een stijgende vraag van 30.000 asielzoekers in opvangplaatsen toen naar het hoogtepunt van 83.000 in 2001. Het COA kan nu in totaal 70.000 mensen opvangen. De organisatie heeft opdracht gekregen om het aantal structurele opvangplaatsen in 2005 op 40.000 te laten uitkomen. Waarschijnlijk kunnen dat volgens Janssen er nog 10.000 minder zijn. De inkrimping heeft niet alleen gevolgen voor de asielzoekers, die met overplaatsing te maken krijgen, maar ook voor het personeel, de vrijwilligers en de gemeenten. Van de 3800 medewerkers hebben er duizend een tijdelijk contract, dat beëindigd is. Maar ook verliezen nog 1500 vaste medewerkers hun baan. Met hen is een sociaal plan opgesteld met de vakbonden om hen te begeleiden naar ander werk.