Clinton roept in Kosovo op tot tolerantie
President Bill Clinton hield dinsdag, tijdens een eendaags bezoek aan Kosovo, een bezield pleidooi voor etnische tolerantie in een sporthal afgeladen vol met Kosovo-Albanezen....
De bevolking van Urosevac, in het Albanees bekend als Ferizai, onthaalde de president van de Verenigde Staten als een held. Want het was mede dankzij het Amerikaanse ingrijpen dat er een eind is gekomen van tien jaar 'apartheid', opgelegd door Belgrado.
Maar de 30-jarige Suat Berisha, die tijdens de Kosovo-oorlog naar Albanië was gevlucht, verwoordde wat de meesten in de menigte dachten: 'Wij zullen nooit met de Serviërs kunnen samenleven.'
Clinton vroeg aan de toehoorders: 'Zullen jullie voortaan leven voor haat en wraak, of denken jullie aan nieuwe scholen voor jullie kinderen, aan nieuwe huizen? Niemand kan jullie dwingen te vergeten wat jullie is aangedaan, maar jullie moeten het wel proberen.'
Rahman Shabani, een 54-jarige leraar die ook vluchteling was tijdens de oorlog, luisterde aandachtig naar de president. 'We zijn het aan Clinton verschuldigd om te doen wat hij vraagt. Maar de Serviërs weten wat ze gedaan hebben, en dit is de realiteit.'
Tussen de honderden mensen die buiten wachtten om Clinton toe te juichen, bevonden zich geen Serviërs. Als Serviërs, zigeuners of andere minderheden de president hadden willen zien, dan hadden ze groot risico gelopen door de Albanezen te worden gelyncht.
Boven de stad getuigden de groen-zwarte Apache-helikopters van de enorme veiligheidsoperatie die het eendaagse bezoek van de president omringde. Lange rijen Amerikaanse militaire omsingelden de sportzaal, en op de daken stonden scherpschutters met geweren in de aanslag.
De president werd bij aankomst op het vliegveld ontvangen door de VN-bestuurder in Kosovo, Bernard Kouchner, en door het hoofd van de KFOR, generaal Klaus Reinhardt. Clinton voerde overleg met afgevaardigden van de etnische groepen in Kosovo, waarbij hij de nadruk legde op verzoening.
Hij sprak met de voormalige leider van het Kosovo Bevrijdingsleger UCK, Thaci, met de gematigde leider Rugova, met de leider van de Beweging van Servisch verzet, Trajkovic, en met de Servisch-orthodoxe aartsbisschop Artemije.
De laatste stop van de president was Camp Bondsteel, de basis van vijfduizend Amerikaanse militairen. Clinton drukte de troepen op het hart dat zij in Kosovo een voorbeeld moeten zijn van etnische tolerantie. Daarna schoof hij, samen met zijn dochter Chelsea, bij de militairen aan voor een vervroegd Thanksgiving feestmaal.