Nieuws
China’s corona-uitbraak was begin december al volop gaande
De uitbraak van de omikronvariant in China was al in volle gang, toen het land op 7 december stopte met het zerocovidbeleid. De vroege verspreiding kan verklaren waarom de epedemie zo snel voorbij was. Er zijn geen noemenswaardige nieuwe varianten gevonden.
Dat blijkt uit virologische gegevens uit Beijing, die Chinese wetenschappers donderdagochtend publiceerden in vakblad The Lancet. In de stamboom van het virus schiet het aantal vertakkingen al ruim voor 7 december vorig jaar omhoog. Een teken dat het virus toen ineens zeer veel nakomelingen kreeg. ‘Heel interessant’, zegt viroloog Marion Koopmans, na inzage in de grafieken. ‘Dit past bij een verspreiding die in november in volle gang was.’
De vroege verspreiding kan ook verklaren waarom de epidemie in China zo snel voorbij was, denkt Koopmans. ‘Het virus was al langer in opkomst. Dus bereikte de uitbraak sneller zijn hoogtepunt.’ Al eerder wees Koopmans op een studie uit Mongolië, waar onderzoekers eind oktober een verrassend gevarieerde samenstelling coronavirussen aantroffen bij zorgmedewerkers. ‘Ook een aanwijzing dat het virus destijds al flink rondging’, vindt ze.
Geen nieuwe varianten
De uitbraak in China lijkt in elk geval geen noemenswaardige nieuwe varianten van het coronavirus te hebben opgeleverd, blijkt uit de nieuwe cijfers. Dat is goed nieuws: er was vrees dat bij de ontelbare virusvermenigvuldigingen in China ergens een gevaarlijke nieuwkomer zou ontstaan. In Beijing zagen de wetenschappers vooral de omikronvarianten BF.7 en BA.5.2, allebei subvarianten die ook bij ons al maanden rondgaan.
‘Of het daarmee nu klaar is? Daar is geen zinnig woord over te zeggen, dat gaan we komend jaar zien’, zegt Koopmans. ‘Het is in elk geval duidelijk dat omikron moeilijk te overtroeven is. Een nieuwe variant moet nog overdraagbaarder zijn, wil hij met omikron kunnen concurreren.’
In steen gebeiteld zijn de Chinese cijfers overigens niet. De groep, onder leiding van George Gao van de Chinese Academie van Wetenschappen, baseert zich op ‘slechts’ meer dan vierhonderd virusmonsters uit Beijing. Omdat die stad een knooppunt is van landelijk en internationaal reizigersverkeer, acht Gao de steekproef toch redelijk representatief voor het hele land.
Nieuwe trucs
Het grote verschil tussen China en de rest van de wereld, schetst Koopmans, is dat in China nog weinig immuniteit was. Daardoor hadden de snelle, al bestaande omikronvarianten vrij spel. Echt problematische nieuwe varianten komen vaak uit landen waar al veel mensen immuniteit hebben opgebouwd. Daar moeten coronavirussen immers nieuwe trucs ‘bedenken’ om het immuunsysteem te omzeilen.
Een punt van zorg is of er onderhand niet weer ruimte is voor een nazaat van een eerdere coronavariant, zoals delta. ‘Die komen we nog tegen bij chronisch geïnfecteerde mensen met een slecht werkend immuunsysteem en hier en daar bij dieren, zoals bij de witstaartherten in Amerika’, vertelt Koopmans.
Ook de ‘oude’ virussen moeten enorm opgevoerd raken, voordat ze kans maken om weer rond te gaan. ‘De barrière voor een succesvolle verspreiding wordt steeds hoger.’