interviewIS-kinderen
Broer Syriëganger: ‘Nederland speelt een spelletje met kinderlevens’
Vanwege de ‘erbarmelijke omstandigheden’ waarin ze verkeerden, haalde Nederland dit weekeinde twee IS-weeskinderen terug uit Noord-Syrië. Familieleden van andere kinderen in het gebied vragen nu: waarom komt het ene kind wel in aanmerking voor repatriëring en het andere niet?
Toen hij dit weekeinde het nieuws over de gerepatrieerde weeskinderen zag, stak dat bij de Haagse S. R. Hij wil alleen met zijn initialen in de krant om niet herleidbaar te zijn. Twee jonge neefjes van hem zitten in het Syrisch vluchtelingenkamp Al Hol. De kinderen – een van 3 maanden oud en een van 2 jaar oud – verloren hun moeder bij een bombardement op Baghouz, het laatste restje IS-kalifaat dat afgelopen maart definitief viel. Hun vader, Syriëganger Hatim R., zit vast in een Koerdische gevangenis. Volgens R. zijn de kinderen ‘misschien niet letterlijk, maar wel in de praktijk’ weeskinderen, die eveneens leven onder erbarmelijke omstandigheden.
In totaal zitten negentig kinderen met een Nederlandse achtergrond in een Koerdisch vluchtelingenkamp. De meesten zijn in het gezelschap van hun moeder. Onbekend is of er nog meer kinderen zijn zoals de neefjes van R. die zonder hun beide ouders in de vluchtelingenkampen zitten.
‘Mijn broer heeft zich kort na de dood van zijn vrouw overgeven aan de Koerden, sindsdien zit hij vast en hebben we niks meer van hem gehoord’, zegt R. ‘Mijn neefjes zijn eerst toevertrouwd aan een Engelse vriendin van hun moeder. Die werd op een gegeven moment gerepatrieerd. Daarna kwamen ze onder de hoede van een Zweedse vrouw. Onlangs is ook zij gerepatrieerd, door Zweden.’
Door wie worden uw neefjes nu verzorgd?
‘Ze zijn overgedragen aan een andere vrouw in Al Hol. Ik weet niet wie het is en contact met het kamp is onmogelijk. Sinds april hebben we niks meer over ze gehoord. Ik heb alleen via via vernomen dat er goed voor ze gezorgd wordt. Maar goed, ze hebben heftige dingen meegemaakt zoals bombardementen. Ze zijn vast getraumatiseerd. Daarnaast zitten ze in een kamp, opgesloten op een plek waar een gebrek aan voedsel en medicijnen is.’
Minister Grapperhaus noemt de twee gerepatrieerde weeskinderen een ‘specifieke casus’ – zij konden teruggehaald worden omdat hun omstandigheden uitzonderlijk waren.
‘Ik vind dat te gek voor woorden. Zijn mijn neefjes dan geen specifieke casus? Zij hebben geen moeder en hun vader zien ze niet. Ze zijn ook een soort weeskinderen. Ze zitten in een kamp waar ze verzorgd worden door wildvreemden die medelijden met ze hebben. Het is alsof Nederland een spelletje aan het spelen is met de levens van deze kinderen.’
Nederland zegt Syriëgangers niet te kunnen repatriëren omdat Syrië onveilig conflictgebied is.
‘Er staat op dit moment een groep Nederlandse journalisten van het tv-programma Zembla voor de ingang van Al Hol. Ze zeggen op zoek te zijn naar mijn neefjes. Ze benaderden mij een tijd terug en vertelden dat ze naar Al Hol wilden gaan. Ze vroegen of ik misschien kleren voor mijn neefjes wilde meegeven. Het argument dat Syrië onveilig zou zijn om doorheen te reizen is dus onzin.’
Wat wordt het lot van uw neefjes, denkt u?
‘Tot nu toe lopen we telkens tegen dichte deuren aan. Of het nou de Nederlandse overheid is, of het Rode Kruis, overal waar we aankloppen, krijgen we hetzelfde horen. ‘Wij kunnen niets doen voor uw neefjes.’ Dat is erg frustrerend. Het is nu afwachten, meer kunnen we niet doen. Behalve hopen dat mijn neefjes op een dag ook worden opgehaald door de Nederlandse autoriteiten.’
Dit schreven we eerder over de omgang met Nederlandse Syriëgangers
Het terughalen van twee Nederlandse weeskinderen van IS-ouders was het gevolg van een ‘unieke situatie’ en het beleid ‘is niet veranderd’, zei minister van Buitenlandse Zaken Blok dinsdag. Het is de vraag hoe lang deze toverformule de interne verdeeldheid in de coalitie nog kan maskeren.
Niet alleen in Nederland ligt het terughalen van de kinderen van Syriëgangers gevoelig. Ook andere landen, zoals Frankrijk, België, Rusland en het Verenigd Koninkrijk worstelen.
Voor het eerst heeft Nederland twee kinderen van IS-strijders opgehaald uit Syrië. De twee kleuters zijn wees sinds het overlijden van hun Nederlandse moeder in januari en verbleven alleen in een Syrisch detentiekamp.
Begin juni sprak een Nederlandse delegatie maandag mee op een topoverleg in Zweden over de oprichting van een internationaal tribunaal om IS-strijders te berechten. Europese landen zijn er enthousiast over, maar er kleven ook veel haken en ogen aan.
In Syrië overleed in april nog een kind van een Nederlandse Syriëganger. Het ging om een dochtertje van Angela B., die in 2014 als 19-jarige vertrok uit Soesterberg.