Column

Boekenclub voor blanke, witte mannen zal zegevieren

Stelling: Fries-Indische bejaarden redden Nederlandse cinema

Bor Beekman
Jonas Smulders en Mees Peijnenburg met hun Gouden Kalf. Beeld anp
Jonas Smulders en Mees Peijnenburg met hun Gouden Kalf.Beeld anp

Vanavond is het zover: de Gouden Kalveren voor de beste boekverfilming worden uitgereikt. Die jaarlijkse galavond ter promotie van de vaderlandse literatuur, live uitgezonden vanuit de Utrechtse Schouwburg. Wie zal zegevieren? Schrijver Thomas Rosenboom ligt voorop, met tien nominaties voor Publieke werken. Op de hielen gezeten door vakbroeders A.F. Th. van der Heijden (acht stuks voor De helleveeg) en Jan Siebelink (Knielen op een bed violen, zes). Maar vlak P.F. Thomése niet uit (vier voor J. Kessels). En, alhoewel al twintig jaar niet meer onder ons, die andere grote kanshebber: Willem Frederik Hermans (zeven voor Beyond Sleep).

Ja, wie de huidige kalvereneditie als maatstaf hanteert, zou de Nederlandse cinema als volgt kunnen typeren: witte mannen van boven de 50, die romans verfilmen van andere witte mannen van boven de 50.

Niet geheel toevallig presenteerden de beroepsverenigingen van regisseurs, scenaristen, producenten en acteurs deze week een brandbrief aan het Filmfonds en de omroepen. De diversiteit dient te worden bevorderd en wel nu. Voorvrouw Tessa Boerman, bestuurslid van de Dutch Directors Guild en Koreaans-Amerikaans van origine, vatte het huidige 'monoculturele drama' samen in een gevat filmpje waarin ze afrekent met veelgehoorde excuses als: ze zijn er niet. Dan moet je dus beter zoeken, als fonds, omroep en castingbureau.

Het is waar. Nederlanders van Turkse of Marokkaanse komaf schrijven boeken en blogs, maar ze regisseren geen speelfilms. Surinaamse of Antilliaanse regisseurs zijn bijna even schaars. Dat is een gemis voor iedereen die bijvoorbeeld ooit nog eens een Nederlandse versie van Gegen die Wand (2004) zouden willen zien, het nietsontziende drama van de Turks-Duitse regisseur Fatih Akin.

Ook de rollen moeten minder eenvormig, betoogt Boerman: waarom geen 'Marokkaans-Nederlandse arts, Fries-Indische bejaarde, Antilliaanse lesbienne?'

Ook geeft ze in het filmpje de wél kleurrijke boekverfilming Alleen maar nette mensen een kat, pleitend voor 'een beeldvorming voorbij de clichés'. Dat is dan weer jammer. Je mag hopen dat de mensen die diversiteit voorstaan ook gedogen dat filmmakers spelen met stereotypen.

Onderdeel van de brandbrief is een lange lijst praktische voorstellen. Veel ervan is zinnig. Zoals de roep om een 'nulmeting', een onderzoek naar hoe het nu werkelijk gesteld is met die diversiteit op het witte doek.

Eén voorstel baart zorgen. Het zogenoemde 'diversiteitsexpertise-budget'.

Voortaan zouden Filmfondsconsulenten diversiteitsexperts van buiten kunnen (moeten?) inschakelen. Die gaan filmplannen helpen beoordelen, of afstemmen voor het 'beoogde publiek'.

Het is goedbedoeld. Maar het laatste wat de door consulenten en omroepdramaturgen geknede Nederlandse film nodig heeft, is nóg meer mensen die zich bemoeien met het scenario - toch al het zwakste onderdeel van de Nederlandse film.

Verdeel dat diversiteitsbudget liever onder die meer diverse regisseurs - cut out the middleman.

En dan ga ik, voor de nulmeting, alvast Fries-Indische bejaarden tellen.

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden