De mensen van de bediening zijn allemaal lief. Echt waar.Beeld Els Zweerink / de Volkskrant
Wat doen we in Utrecht?
Op de onlangs gehouden Voedseltop in Den Haag mocht de Nederlandse voedingsindustrie zich van zijn duurzaamste kant laten zien: frisdrankbedrijven doen iets minder suiker in hun drankjes, fabrikanten zetten iets beter op het etiket wat er in hun producten zit. Maar de olifant in de kamer, de meest prangende voedselvraag van deze tijd, werd straal genegeerd: hoe zorgen we dat iedereen minder vlees gaat eten? Van de kiloknallende supermarkten hoeven we niks te verwachten, van de overheid evenmin.
Het menu Geblakerde koolraap met appel-specerijenschuim Geroosterde wortel en andijvie met tamarinde Gepofte knolselderij met kastanje Broodpudding met koffie-kardemomijs
Broodpudding met koffie-kardemomijs.Beeld Mac van Dinther
Dus moeten we het zelf doen
Precies. En dat doen we bij Broei, een vegetarisch restaurant in Utrecht. Niet helemaal nieuw, maar ze hebben sinds kort wel een eigen keuken.
Hup dan maar. Hoe ziet het eruit?
Knijp je ogen dicht en denk studentenkamer eind jaren zeventig: veel planten, meubilair van de kringloop, een rek met boeken en oude elpees. De bar is aan de zijkant, de open keuken zit over de volle breedte van de achterwand op een verhoogd podium. Aan lange tafels worden laptops opengeklapt. De meerderheid van de gasten is jong en vrouw.
Broei heeft een bescheiden menukaart met gerechten die er best aanlokkelijk uitzien. Er is een menu met drie gangen voor 25 euro. Wij gaan voor vier.
Smaakt het?
De kwintessens van goed vegetarisch koken is niet dat je vlees weglaat, maar dat je de eter doet vergeten dat er geen vlees bij zit. Dat lukt Broei aardig, maar ze vervallen wel in een andere, veelvoorkomende vegetarische fout: de neiging tot overcompensatie. Alsof er zonder vlees extra veel van al het andere op het bord moet leggen.
Het voorgerecht is er een typische exponent van: een onoverzichtelijk groentecorso van geblakerde koolraap, champignons, zuurkool, appel en postelein onder ijskoud appelmoesschuim. En dan zijn ze de gepekelde wortel nog vergeten. Vervolgens eten we andijvie, geroosterd en daarna in een zoetzure marinade met tamarinde gelegd. Het smaakt opvallend goed, maar de struise stronk andijvie is domweg te veel en te groot en verplettert de andere, subtielere smaakmakers van amandel en pimentón, gerookt paprikapoeder. De volgende keer mag het zand trouwens ook uit de andijvie.
Geroosterde andijvie met amandel en pimentón.Beeld Mac van Dinther
Vast biologisch
Het hoofdgerecht is van hetzelfde laken een pak. De gepofte knolselderij is fantastisch - zacht, licht zoet en bijna vlezig - maar genoeg is genoeg: je hoeft er geen vuistgroot stuk van op je bord. Al helemaal niet als die ligt op een dikke met kaas doorspekte onderlaag van spelt-gort-rogge-risotto - die op zichzelf ook weer helemaal prima is. Het zijn bijna bouwvakkeriaanse porties. Aan smaak ontbreekt het hier niet, maar het kan allemaal wat fijner.
Over het dessert kunnen we kort zijn: een kleffe bonk vol pinda's. Pinda's! In de broodpudding!
Gepofte knolselderij met spelt-gort-roggerisotto.Beeld Mac van Dinther
Tsss. Aardige bediening?
Ze hebben een baardje, een ringetje door de neus of een ouderwets Adidas T-shirt aan. En ze zijn allemaal lief. Echt waar.
Gaan we dit vaker doen?
Natuurlijk. We blijven stug volhouden: planten hebben de toekomst. Bij Broei weten ze waar Abraham de mosterd haalt. Nu de finetuning nog. En wilt u ons stemadvies: stem op een partij die vlees eten wil verminderen. Omdat het moet en omdat het kan.
Hier zou content moeten staan van bijv. Twitter, Facebook of Instagram
Om u deze content te kunnen laten zien, hebben wij uw toestemming nodig om cookies te plaatsen.
Open uw cookie-instellingen om te kiezen welke cookies u wilt accepteren.
Voor een optimale gebruikservaring van onze site selecteert u "Accepteer alles".
U kunt ook alleen de sociale content aanzetten: vink hiervoor "Cookies accepteren van sociale media" aan.