Column
Bestand Israël-Hamas lijkt een logische stap
Niet schrikken: het zou zo maar kunnen dat in de komende weken een langdurig bestand tussen Israël en Hamas wordt afgekondigd. Met een looptijd van vijf tot acht jaar. In ruil voor de belofte van Hamas om de beschietingen te staken, zou Israël bereid zijn de blokkade van Gaza aanmerkelijk te verlichten.
Zijn er dan onderhandelingen gaande? Volgens de regering in Jeruzalem is daarvan geen sprake. Maar er doen steeds meer berichten de ronde dat er wel degelijk wordt gepraat. Indirect maar intensief. Via twee kanalen: Turkije en Tony Blair, tot mei dit jaar speciale gezant van het zogeheten Kwartet (Verenigde Naties, Europese Unie, Verenigde Staten, Rusland) dat wordt geacht het vredesproces tussen Israël en de Palestijnen nieuw leven in te blazen.
Op het eerste gezicht is zo'n meerjarig bestand een onwaarschijnlijk scenario gezien de bloedige conflicten die Israël en Hamas hebben uitgevochten, en gelet op het feit dat Hamas volgens zijn handvest nog steeds de vernietiging van de Joodse staat nastreeft. Maar bij nadere beschouwing is het eigenlijk wel een logische of althans begrijpelijke stap voor beide partijen, alsook voor andere belanghebbenden in het Midden-Oosten.
Laten we beginnen met Hamas. Vaak wordt met ontzag gesproken over de veerkracht van deze islamistische strijdbeweging, maar de realiteit is dat ze in de laatste oorlog, nu ruim een jaar geleden, zware klappen heeft gekregen. Haar machtspositie is ook niet meer zo sterk als voorheen.
De bevolking van Gaza snakt naar een beter leven, ontgoochelde jongeren voelen zich aangetrokken tot het ISIS-jihadisme, dat zich sinds enige tijd ook hier doet gelden. Het bondgenootschap met Syrië en Iran is niet meer wat het is geweest. Door de restauratie van het semi-militaire bewind in Egypte en de onderdrukking van de Moslimbroederschap - feitelijk de peetvader van Hamas - is de kans op een stabiele levenslijn van die kant voorlopig verkeken.
Voor Israël heeft een langdurig bestand meerdere voordelen. Het verschaft rust voor de bevolking van Zuid-Israël die blootstaat aan de raketten van Hamas. Een puur militaire oplossing voor dit gevaar is er eigenlijk niet: premier Netanyahu lijkt zich ervan bewust dat een totale afrekening met de beweging gepaard zal gaan met een bloedvergieten dat niet alleen tot grote internationale spanningen zal leiden maar ook de nationale saamhorigheid ernstig op de proef zal stellen.
Politiek gesproken slaat Jeruzalem met een Gaza-akkoord twee vliegen in één klap. Het bestendigt feitelijk de tweedeling in het Palestijnse kamp, die een van de voornaamste hinderpalen vormt naar serieuze onderhandelingen over een Palestijnse staat. Voor die onderhandelingen heeft de regering-Netanyahu sowieso weinig animo. Tegelijk verlost Israël zich van het odium dat het met de afgrendeling van Gaza anderhalf miljoen Palestijnen veroordeelt tot een uitzichtloos bestaan. Zonder de controle te verliezen.
En dan is er de regionale context. Saoedi-Arabië, dat met Israël een diep wantrouwen jegens Iran deelt en bijna fungeert als een stille bondgenoot, is er veel aan gelegen Hamas los te weken uit de Iraanse invloedssfeer. Vanuit dezelfde overweging hebben de Saoedi's de banden aangehaald met Turkije, dat zijn eigen redenen heeft om een akkoord tussen Israël en Hamas te bevorderen. Vanwege de ontwikkelingen in Irak en Syrië en het oplaaiende conflict met de PKK vreest men in Ankara eens te meer voor het Koerdische nationalisme. In deze moeilijke situatie is het raadzaam om zo min mogelijk op andere tenen te gaan staan en te voorkomen dat de Koerdische zaak extra steun krijgt. Dus komt de ruzieachtige sfeer in de relatie met Israël, waaraan met name Erdogan het nodige heeft bijgedragen, niet meer van pas.
Volgens het Israëlische Haaretz heeft Turkije ook een praktisch motief. Het hoopt dat het geïsoleerde Noord-Cyprus gaat fungeren als transitohaven als er over zee weer goederen kunnen worden getransporteerd naar Gaza (dat dan wel over een haven moet beschikken).
Resteren twee partijen die weinig gelukkig zullen zijn met een akkoord tussen Israël en Hamas: Egypte en Fatah van de Palestijnse president Abbas. Maar Egypte is sterk afhankelijk geworden van Saoedische hulpgelden en zal zich wel schikken. En Abbas, tja, die kan slechts wapperen met VN-resoluties en solidariteitsverklaringen, waarvan het papier geduldig is zolang de Arabische wereld zo met zichzelf overhoop ligt. Of hij moet hopen dat zo'n bestand er toch niet komt, omdat het Midden-Oosten weer eens de spot drijft met de logica.
Paul Brill is buitenlandcommentator van de Volkskrant. Reageren? p.brill@volkskrant.nl