Belgische crisis maakt pas op de plaats
Het was een latertje afgelopen nacht. Verhitte koppen, harde woorden, maar na ruim twaalf uur vergaderen was het Belgische federale parlement vrijdagochtend om tien over twee nog geen stap opgeschoten.
Toen pas werd besloten dat de omstreden wetsvoorstellen voor de splitsing van het kiesdistrict ‘Brussel-Halle-Vilvoorde’ op de agenda kwam te staan – alle Vlamingen stemden voor, alle Franstaligen tegen.
Even later, om half drie, hamerde de Kamervoorzitter de vergadering af. De Franstalige socialisten, liberalen en christen-democraten dienden namelijk prompt een reeks amendementen in die het wetsvoorstel drastisch veranderen. Die plannen sturen ze voor advies naar de Raad van State.
Stoerdoenerij
De intern zwaar verdeelde regering-Leterme kreeg zo diep in de nacht het gehoopte uitstel van executie – voor wat het waard is. ‘Hoe belachelijk maken we ons?’, vroeg de Vlaamse socialist Peter Vanvelthoven zich vertwijfeld af. ‘Meer dan stoerdoenerij is deze hele vergadering niet, een triestig schouwspel.’
De Franstalige christen-democraat Christian Brotcorne had het over een ‘overbodig debat over de agendering van een wetsvoorstel.’ De Vlaamse rechts-populistische Jean-Marie Dedecker beschreef de affaire alsvolgt: ‘De toestand is hopeloos, maar niet ernstig. Jullie hebben als coalitie poker gespeeld.’
Brussel-Halle-Vilvoorde (BHV) is het kiesdistrict dat uit het tweetalige Brussel bestaat plus 35 Vlaamse gemeenten rondom de hoofdstad. Door die samenvoeging – al veertig jaar een explosief conflict in de Belgische politiek – kunnen Franstalige politici toch stemmen winnen in Vlaanderen – ‘stemmen stelen’, in de bewoording van Vlaams Belang-Kamerlid Laeremans.
Uitstel
De vraag was of een wetsvoorstel over de splitsing van BHV überhaupt op de agenda mocht komen. Een ruime meerderheid van parlementariërs, van zowel oppositie als coalitie, wilde het niet op een confrontatie laten uitdraaien.
Zij wilden de regering tijd geven voor een ‘onderhandelde oplossing.’ Die moet er op 15 juli liggen, de deadline die Leterme zichzelf heeft gesteld in het regeerakkoord.
Maar wie moest dat uitstel regelen? Moest premier Yves Leterme erom vragen en zo zijn eigen fractie van christen-democraten (CD&V) en Vlaams-nationalisten (N-VA) uit elkaar spelen? Of moesten de Franstaligen het doen? Zij willen immers niets van de splitsing van BHV weten.
Kamervoorzitter Herman Van Rompuy schoof donderdagmidag om twee uur al meteen een besluit over de agendering van BHV uit. Zo kon de Kamer eerst een ‘sereen debat’ over wetten rondom de begroting houden, en het wekelijkse vragenuurtje afhandelen. Maar de sfeer bleef gespannen en vijandig.
Toen de Vlamingen twaalf uur later toch voor de agendering stemden, waren het de Franstalige politici die met hun amendementen uitstel boden.
Maar premier Leterme zou voor die knieval wel eens een hoge prijs moeten betalen. Partijvoorzitter Elio Di Rupo van de Parti Socialiste liet doorschemeren dat de door de Vlamingen zo gewenste staatshervorming niet in de zomer zal rond komen.
Bevriezing
Vrijdag zullen de Franstalige partijen mogelijk een ‘belangenconflict’ in het leven roepen. Dat is een procedure die de behandeling van een wetsvoorstel vier maanden bevriest. Dezelfde procedure werd ook ingeroepen in oktober.
Toen werd er over de wetsvoorstellen van BHV gestemd in de Kamercommissie Binnenlandse Zaken. De Vlamingen stemden voor, de Franstaligen verlieten uit protest de zaal.