Belegger blijkt zijn eigen grootste vijand
Beleggen is niet moeilijk, houdt Effect, het blad van de Vereniging van Effectenbezitters, zijn lezers in deze barre beurstijden voor....
Hoe meer winst een bedrijf maakt, hoe meer beleggers over hebben voor een aandeel in het bedrijf. Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat deze wet al sinds 1870 opgaat. Soms lopen de koersen wel wat voor op de winsten of juist iets achter, maar uiteindelijk volgen deze twee lijnen elkaar al meer dan 130 jaar. Op de middellange termijn speelt de rente natuurlijk nog een grote rol: als de rente op obligaties hoog is, stopt de belegger zijn geld eerder in obligaties in plaats van in aandelen.
Koersen zouden dus maar weinig op en neer hoeven te schieten, maar dat doen ze wel, en behoorlijk ook. De koers wordt dus door meer factoren bepaald dan winsten en rente, te weten door drie emoties: angst, hebzucht en trots.
Waarom verkoopt een verstandige belegger het aandeel Aegon als het op een historisch laag punt staat? Omdat hij of zij bang is dat de koers nog verder zal dalen. Waarom koopt een belegger een aandeel dat al fors is gestegen? Omdat hij dollartekens in de ogen heeft gekregen en denkt de koers nog verder gaat oplopen.
Ook trots zit de belegger in de weg. Terwijl hij op feestjes opschept over zijn beleggingssuccessen, kan het aandeel al over zijn hoogtepunt heen zijn; hij geniet te veel om afstand te nemen van zijn prachtstukken. Benjamin Graham, grondlegger van de beleggingsanalyse, zei het al: 'Het grootste probleem van een belegger - en zelfs zijn grootste vijand - is hij waarschijnlijk zelf.'
Is er wat aan te doen? Jawel. Clickfondsen bijvoorbeeld, die het neerwaartse risico beperken. Maar dat is een dure methode. Beter is 'tijdsgespreid aankopen': iedere maand een beetje, het liefst met een automatische afschrijving. Zo wordt een crash nog een feest, constateert Effect. De belegger moet de volgende maand namelijk weer kopen, en koopt steeds goedkoper in.