'Begin gesprekken met Turkije snel'
Zodra Turkije voldoet aan de minimumeisen van een fatsoenlijke democratie, moet worden begonnen met de onderhandelingen voor het lidmaatschap van de Europese Unie....
Een commissie van oud-staatslieden onder voorzitterschap van de Finse oud-president Martti Ahtisaari komt tot die conclusie in een rapport dat maandag in Brussel werd gepubliceerd. Ook de voormalige Nederlandse eurocommissaris Hans van den Broek en de Franse oud-premier Michel Rocard hebben zitting in de commissie, die stelt dat het nog wel een jaar of tien kan duren voordat Turkije daadwerkelijk lid wordt. Het rapport is een steun in de rug voor Turkije, dat juist gisteren eurocommissaris Günter Verheugen ontving, die zich de komende week zal laten informeren over hoe ver Ankara is met de hervormingen. Zijn bezoek zal begin oktober resulteren in het zogeheten Vooruitgangsrapport. Verheugen toonde zich niet ontevreden. Ankara is nog niet klaar, maar dat is normaal, vond hij. De Europese regeringsleiders beslissen in december of de onderhandelingen met Turkije zullen worden geopend. De commissie-Ahtisaari doet geruststellend over sommige bezwaren die bestaan over de Turkse toetreding. Ze deelt de angst niet dat de EU-landen zullen worden overspoeld met Turkse arbeiders. Daar kunnen langdurige restricties voor worden ontworpen. Ten tweede is een grote arbeidsmigratie niet voor de hand liggend, dat is bij eerdere uitbreidingen ook niet gebeurd. De commissie weerspreekt ook de idee dat Turkije geen Europees land zou zijn. 'Turkije is een Euro-Aziatisch land, cultuur en geschiedenis zijn nauw verbonden met Europa.' De commissie voert als bewijs voor de Turkse verbondenheid met het (vroege) christendom zelfs Sinterklaas - tenslotte bisschop van het Turkse Mira - en Noach aan, wiens ark op de top van de berg Ararat na de zondvloed terechtkwam. Ahtisaari constateert wel dat Turkije langdurig een beroep zal doen op financiële hulp van de Unie, ofschoon dat zal worden bepaald door de economische situatie in Europa en de toestand van de Turks economie. Ook toont de commissie zich bezorgd over mogelijke problemen in sommige landen als het toelatingsverdrag moet worden geratificeerd. Als het regeringsbeleid (pro-Turkije) uit de pas dreigt te lopen met de publieke opinie (contra), kan die ratificatie moeilijk worden.
