Banken kunnen ons eindelijk iets teruggeven

FARAH KARIMI en RENS VAN TILBURG

De Europese regeringsleiders zullen tijdens hun Brusselse top luidruchtig tegen elkaar opbieden met bezuinigingsvoorstellen voor Griekenland. Op tafel ligt echter ook een Duits-Frans voorstel om juist extra geld in het laatje te brengen: het idee om een financial transaction tax (FTT) in te voeren, een kleine belasting op financiële transacties. Denk aan de verkoop van aandelen, obligaties, valuta en allerhande derivaten tussen banken, verzekeraars en grote beleggers.

Invoering hiervan in de eurozone brengt meer dan 200 miljard euro op, wereldwijde invoering zelfs 400 miljard. In Nederland zou een belasting van 0,1 procent op financiële transacties meer dan 5 miljard euro opleveren. De helft daarvan is genoeg om de bezuinigingen op het persoonsgebonden budget terug te draaien.

Een vergelijkbaar systeem bestaat met de zogenoemde stamp duty al jaren in het Verenigd Koninkrijk. Deze belasting op handel in aandelen levert de Britse schatkist jaarlijks drie miljard pond op. Bovendien gaat zo'n belasting overmatige financiële speculatie tegen. Deze week nog constateerde het IMF dat beleggers weer veel risico nemen. Daarbij maken ze gebruik van financiële innovaties die voor toezichthouders even ondoorgrondelijk zijn als de opgepimpte rommelhypotheken waar we de vorige financiële crash aan te danken hebben.

Eerder al steunden niet alleen het Europees Parlement, maar ook de volksvertegenwoordigingen van Frankrijk en Duitsland de invoering van een FTT, desnoods te beginnen met de EU of eurozone. Ze volgen daarmee Nobelprijswinnaars economie als Paul Krugman, Joseph Stiglitz en James Tobin, en de ruim duizend economen die hierover recentelijk een brief aan de G20 stuurden.

Maar niet iedereen is voor. Nederland behoort binnen Europa tot de meest onwillige lidstaten. Minister van Financiën Jan Kees de Jager stelt drie voorwaarden aan een bankbelasting: ze mag niet ten koste gaan van de positie van de Nederlandse financiële instellingen ('gelijk speelveld'), geen extra regeldruk opleveren en niet ten koste gaan van de kredietverlening aan burgers en bedrijven. Begrijpelijke eisen, maar in de praktijk geen reden om tegen een 'Euro-FTT' te stemmen.

Wat de angst voor een ongelijk internationaal speelveld betreft: Londen is, ondanks zijn stamp duty, de tweede beurs van de wereld. Dat in Zweden een heffing op aandelenhandel rond 1990 wel leidde tot een verplaatsing van de handel, had alles te maken met de onhandige manier waarop ze werd ingevoerd. Vandaar ook dat Duitsland en Frankrijk, met Frankfurt en Parijs ook hoeders van belangrijke financiële centra, het nu wel aandurven. Bovendien bestaan in zo'n twintig landen varianten van een FTT. Daaronder door De Jager gevreesde concurrerende financiële centra als Zuid-Korea, Hongkong en Taiwan.

Dan de regeldruk. Het IMF concludeerde al dat een FTT technisch haalbaar is. Juist omdat alle handel tegenwoordig elektronisch wordt afgehandeld, kan de regeldruk laag blijven. De kosten van de FTT zullen juist gunstig afsteken tegen de kosten van de meeste andere manieren van belastingheffing.

Zijn het ook hier uiteindelijk niet de burgers en bedrijven die de rekening betalen? Integendeel, een FTT van tussen de 0,05 en 0,1 procent raakt enkel het soort flitstransacties waar u en wij niet aan doen. Het soort transacties dat voor de bankiers echter wel dermate lucratief is dat ze nu liever naar hun beeldschermen staren dan zich te verdiepen in de vernieuwende plannen van een ondernemer. Juist als de overmatige speculatie wordt ontmoedigd zullen de bankiers zich weer voor hun klant gaan interesseren.

Geen enkele reden dus om tegen de FTT te zijn. Daarom zijn de Duitse christen-democraten, inclusief bondskanselier Angela Merkel zelf, er uitgesproken voorstanders van. Net als de christen-democratische voorzitter van de eurolanden, de Luxemburgse premier Juncker.

Terecht vindt Merkel Nederland aan haar zijde als ze probeert de financiële instellingen mee te laten betalen aan de Griekse crisis. Of dat lukt, valt nog te bezien. Waarom dan niet de financiële sector langs deze weg laten bijdragen aan het oplossen van de diverse crises die de wereld teisteren? Een sector die toch al relatief weinig belasting betaalt. Juist Nederland, dat een vrij eenzame strijd voert tegen een hogere Europese begroting, mag geen spelbreker zijn als de mogelijkheid zich voordoet de inkomsten te verhogen.

Niet alleen de Europese begrotingen zouden hiervan moeten profiteren. De G20 heeft toegezegd jaarlijks 100 miljard dollar vrij te maken voor de bestrijding van armoede en de gevolgen van klimaatverandering in ontwikkelingslanden. Het is tot nogtoe bij een ongedekte cheque gebleven. Hier zou de helft van de opbrengst van een FTT een goede bestemming kunnen vinden, zoals ook bepleit door een brede coalitie van vakbonden, milieu- en ontwikkelingsorganisaties. Dat het financiële systeem er stabieler van wordt, is een mooie bonus. Een bonus die voor de verandering eens aan de samenleving ten goede komt.

Farah Karimi is algemeen directeur van Oxfam Novib. Rens van Tilburg is verbonden aan de Stichting Onderzoek Multinationale Ondernemingen.

undefined

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden