Bank weggooien kost een half jaar aan elektriciteit

Wie te veel interieurbladen leest of te veel woonprogramma’s kijkt op televisie, moet oppassen. ‘Bij een nieuwe meubeltrend gooien veel mensen een groot deel van hun nog lang niet versleten interieur weg’, sombert Mariken Stolk van voorlichtingsorganisatie Milieu Centraal. ‘Zo belandt ieder jaar een forse hoeveelheid energie op de vuilstortplaats of op de brandstapel.’

De oproep: gooi geen meubels, gordijnen of vloerbedekking weg die nog goed is. En koop op de woonboulevard geen trendy spullen die over een jaar alweer ‘uit’ zijn, maar degelijke, tijdloze meubels. Saai? Dat moet dan maar. Het weggooien van een nog niet versleten bank kost namelijk een hoop energie, aldus Stolk. ‘Ongeveer net zoveel als een gemiddeld huishouden in een half jaar aan elektriciteit verbruikt.’

Uit onderzoek van Milieu Centraal blijkt dat Europeanen jaarlijks 12 miljoen kasten, 3 miljoen keukens, 21 miljoen stoelen, 7,2 miljoen tafels en 18,4 miljoen matrassen bij het vuilnis zetten.

Meubels dragen voor een groot deel bij aan de ‘indirecte energie’ die een huishouden elk jaar verbruikt. Dat is de energie die niet op de elektriciteitsrekening is terug te vinden, maar nodig is voor productie, transport, opslag en verwerking van spullen die in huis staan. Kamerplanten maken relatief veel ‘indirecte energie’ op (zie grafiek), wat volgens Milieu Centraal komt doordat ze in kassen worden gekweekt en korter meegaan dan een gemiddeld meubelstuk.

De adviezen die Milieu Centraal op de website geeft, zijn niet eenduidig. Zo zijn meubels die je zelf in elkaar moet zetten milieuvriendelijk. Ze zijn vaak van spaanplaat, wat gemaakt is van op elkaar geplakt afvalhout. Bovendien zijn kleine platte pakketten veel efficiënter te vervoeren en op te slaan. Aan de andere kant: goedkope spullen gaan sneller stuk.

Ook bevat spaanplaat de schadelijke stof formaldehyde. Volgens Milieu Centraal is het daarom een slecht idee om je hele huis vol te zetten met dit soort meubels. ‘En je moet de eerste maand na aanschaf goed luchten’, aldus Stolk.

Meubelgigant Ikea zegt zich aan de strengste eisen te houden wat betreft formaldehyde. Ook doet het woonwarenhuis een hoop om de opslag- en transportkosten van de meubels zoveel mogelijk te beperken en maakt het meubels van alternatieve materialen als bananenbladeren, bamboegras en plastic delen van pallets.

Voor wie meer te besteden heeft: een klein aantal winkels verkoopt ecologische meubels. Eigenaar Marc van Remundt van het Rotterdamse Vanbinnen doet dit al meer dan tien jaar. ‘Het aanbod is in Nederland nog klein’, zegt hij. ‘Je kunt alles ecologisch krijgen, maar het is vaak zoeken.’ Een deel van de klanten komt speciaal voor de ecomeubels, de meeste gewoon omdat ze de spullen mooi vinden.

Tijdloze degelijkheid kan prijzig zijn, erkent Stolk. Ze adviseert vooral ook in de kringloopwinkel te gaan kijken. ‘Tweedehands meubels zijn tegenwoordig erg hip.’