Automobilist duurst uit in Zuid-Holland
Amsterdam - Automobilisten in Zuid-Holland zagen de afgelopen vier jaar hun belasting voor auto's het hardste oplopen. De provinciale belasting, de opcenten, steeg in deze provincie tussen 2007 en 2011 met 29,6 procent. Voor een doorsnee-auto zijn inwoners in Zuid-Holland daardoor 76 euro duurder uit dan inwoners in Noord-Holland.
Dat blijkt uit een inventarisatie van de Volkskrant. Voor een doorsnee-auto (Volkswagen, benzine) betalen Zuid-Hollanders jaarlijks 592 euro. Limburg volgt met 560 euro.
De autobelasting is voor provincies de enige manier om zelf geld op te halen bij de burger. Voor de provincies is 97 procent van de inkomsten uit eigen middelen afkomstig uit dit provinciale deel van de motorrijtuigenbelasting. Provincies krijgen ook geld van het Rijk, maar dat is bedoeld voor vaste uitgaven aan bijvoorbeeld wegen en natuurbeheer. De autobelasting is daarmee een belangrijk onderwerp waarover politieke partijen in de campagne voor de provinciale verkiezingen van 2 maart van mening kunnen verschillen.
De substantiële verhoging in Zuid-Holland is vlak na de vorige verkiezingen afgesproken door het college van CDA, VVD, PvdA en ChristenUnie. Het bedrag is gebruikt om te investeren in wegen, zegt een woordvoerder. Zuid-Holland voelde zich genoodzaakt de belastingen te verhogen, aangezien de provincie geen geld heeft gekregen uit de verkoop van energiebedrijven. Andere provincies zitten door de verkoop van aandelen in Nuon en Essent veel ruimer in hun jasje.
Zeeland (eigenaar van energiebedrijf Delta) en Noord-Brabant (voorheen eigenaar Essent) hebben de afgelopen vier jaar de belastingen helemaal niet verhoogd. Ondanks een kleine verhoging blijft Noord-Holland de goedkoopste provincie voor automobilisten. Noord-Holland is deels eigenaar van Essent. In Noord-Holland zijn CDA, VVD, PvdA en GroenLinks de collegepartijen.
Provincies kunnen hun belastingen overigens niet ongebreideld verhogen. Het Rijk stelt jaarlijks een maximumtarief vast, waar de provincies ver van verwijderd blijven. Als provincies het maximale tarief zouden hanteren, zou een automobilist met een doorsnee-auto jaarlijks 660 euro moeten betalen.
De hoogte van de belasting hangt af van het type auto. Een dieselauto is bijna twee keer zo duur als een benzineauto. In Zuid-Holland is de dieselrijder 1.172 euro kwijt, tegen 1.096 euro in Noord-Holland. Voor een auto met geen of weinig CO2-uitstoot betaalt de eigenaar helemaal geen motorrijtuigenbelasting.
Slechts een deel van de belastinginkomsten uit de motorijtuigenbelasting gaat naar de provincies. Ruim tweederde van de 4,8 miljard aan inkomsten uit motorrijtuigenbelasting gaat naar de rijksoverheid.