'Autochtone kinderen met leerachterstand worden verwaarloosd'

De Groningse wethouder H. Pijlman van onderwijs vreest dat autochtone achterstandsleerlingen worden verwaarloosd doordat er te veel geld en aandacht naar allochtone achterstandskinderen gaat....

XANDRA VAN GELDER

Van onze verslaggeefster

Xandra van Gelder

GRONINGEN

'Ik weet niet of landelijke cijfers precies hetzelfde beeld geven. Maar het wordt tijd dat we daar eens goed naar kijken en ons afvragen of we het geld voor de achterstandsleerlingen niet eerlijker moeten verdelen', zegt Pijlman. 'Het is begrijpelijk dat er ontzettend veel aandacht naar de nieuwkomers gaat, ook in de dagelijkse praktijk in de klas, maar het is niet eerlijk dat de rekening daarvoor betaald wordt door de mensen die het traditioneel al lastig hebben.'

In de Randstad is de meerderheid van de kansarmen allochtoon. Hun specifieke problemen krijgen veel aandacht, waardoor weleens wordt vergeten dat tweederde van alle achterstandsleerlingen in Nederland autochtoon is. In Groningen wonen traditioneel veel van die gedepriveerde kinderen.

Vier jaar geleden besloot het Groningse gemeentebestuur niet langer alleen maar geld uit te geven voor het bestrijden van de achterstanden. Er werd al jaren 1,5 miljoen gulden extra in het onderwijs gestopt, maar van meetbare resultaten was geen sprake. Daarom werd er een plan van aanpak gemaakt en er werden vensterscholen opgericht, die behalve voor het leren ook oog hebben voor de omstandigheden buiten het onderwijs. Ook werd afgesproken dat na vier jaar zichtbaar moest zijn dat de zwakke leerlingen beter zouden presteren bij de Cito-toets.

Dat is gelukt. De vooruitgang is zelfs beter dan was gehoopt, ofschoon het verschil tussen de goeden en de slechten niet is ingelopen, want ook de andere leerlingen zijn beter gaan presteren. Vergeleken met de achterstandsleerlingen in de rest van het land doen de Groningse het echter beter, vooral de allochtonen.

De aanpak van Groningen lijkt simpel. Op de vensterscholen zijn maatschappelijk werk, jeugdhulpverlening, sport en cultuur binnen de schoolmuren gehaald. 'De bedoeling is dat de leerkrachten zich alleen bezighouden met het leren, en dan ook nog voor de belangrijkste vakken zoals taal en rekenen', zegt Pijlman. 'De rest van de zorg, die ook nodig is, wordt overgenomen door de andere instellingen. Na schooltijd is er ruimte voor ontspanning en sport. Maar de leerkrachten moeten niet proberen alles op te vangen, want dat gaat ten koste van de lessen.'

Hoewel Pijlman tevreden is over de aanpak op de vensterscholen, betreurt hij het dat het vooral de allochtone leerlingen zijn die baat hebben bij de extra inspanning. Voor hem is dat reden om eens na te gaan of de echte achterblijvers niet wat extra geld moeten krijgen.

'Het gaat om kinderen in de oude wijken, van wie de ouders derde generatie werklozen zijn. Zij missen alle prikkels om verder te komen. Ze hebben het idee dat niemand op ze zit te wachten en dat er voor hen toch geen baan is. Dan is het niet genoeg om alleen op school iets voor de kinderen te doen. We moeten ook de ouders aanspreken.'

Hij verwacht dat bijna alle ouders kunnen worden aangesproken op 'meer kansen voor hun kinderen'. Als de overheid belooft dat ze op school extra aandacht aan de leerlingen zal besteden, kan zij ook aan de ouders vragen er thuis op te letten dat de kinderen op tijd naar bed gaan en huiswerk maken.

Tegelijkertijd moet de vensterschool deze ouders scholing aanbieden, zodat ook zij hun positie kunnen verbeteren. Eventueel kunnen zulke afspraken woren vastgelegd in een contract tussen ouders en school.

Pijlman is tevreden over de vorderingen bij de voorschoolse opvang. In heel Nederland probeert de lokale overheid achterstandspeuters de peuterspeelzalen in te lokken om hen beter te kunnen voorbereiden op school. Veel kinderen weten op vierjarige leeftijd wel wat onder en boven is, welke kleuren er zoal voorkomen en hoe ze een puzzel in elkaar moeten zetten. Leeftijdgenoten uit achterstandsgezinnen ontberen meestal zulke basisvaardigheden, die in een schoolse omgeving goed van pas komen.

Politici hebben hun hoop gevestigd op de peuterspeelzaal als leervoorbereidende voorziening. Miljoenen worden uitgetrokken om achterstandskinderen al op jonge leeftijd bij te spijkeren. Er is echter nooit bewezen dat die opvang op latere leeftijd invloed heeft op de leerprestaties. Toch gelooft Pijlman in het nut van de peuterschool.

'Je moet na die peuterspeelzalen niet ophouden. Daar krijgen kinderen een startkwalificatie en daar moet je op doorbouwen, zodat die kennis niet kan vervliegen.'

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden