Angst voor afgescheurde nagels moet een rugbyster niet hebben
Als opwarmertje veegden ze de Belgische vrouwen met 106-0 van het veld. Bij de Nederlandse rugbysters, die volgende week meedoen aan het EK in Lille, leeft een zekere hardheid....
De ploeg is echter allesbehalve een verzameling van louter kracht. Snelle, behendige atletes zijn in het rugby ook zeer gewenst om de bal over de achterlijn te krijgen. Beelen: 'Het is een echte teamsport. Je bent niet zoals in het voetbal afhankelijk van één sterspits, maar je hebt elke speler hard nodig.'
De 28-jarige voorwaarts, die als taak heeft de bal in de scrum of de line-out te veroveren, vindt de fysieke kant van het spel wel aantrekkelijk. 'Het is een heerlijke manier om je frustraties af te reageren.'
Beelen kwam, net als veel andere vrouwen, pas tijdens haar studententijd in aanraking met rugby. Het liet haar niet meer los. 'Een verslavende sport', vindt ze. Ze speelt voor de Nijmeegse Wasps, een van de veertien teams die in de landelijke competitie uitkomen.
Vrouwenrugby is in Nederland een kleine sport. Het verloop is ook nog eens groot. Drukke banen of studies doorkruisen vaak de opbouw van een vast team. 'Rugby kost veel tijd', zegt Beelen, die als arts werkt. 'Als je op internationaal niveau wilt meekomen, moet je zes dagen per week trainen. Lopen voor conditie en fitness voor kracht.'
Ondanks de bescheiden omvang van de sport heeft NOCNSF de rugbysters per 1 januari de B-status toegekend. De speelsters ontvangen een onkostenvergoeding. De sportkoepel ziet wel wat in het groepje enthousiastelingen dat onder leiding van oud-speler Julius Breinburg omhoog wil. Hun grote wens is tegen de grote landen te spelen, zoals Wales, Engeland en Frankrijk.
Nederland moet om dat te bereiken volgende week tijdens het EK in de B-poule Duitsland, België en Zweden verslaan. 'Dat moet lukken', vindt aanvoerder Beelen.
Bij promotie zou de groep van Breinburg volgend jaar tijdens het WK in Barcelona en het EK 2003 tegen de grote landen mogen spelen. Nederland wil graag bij die elite aanklampen. Het team is nu qua sterkte twaalfde of dertiende op de ranglijst.
De Nederlandse speelsters proefden al eens van het mekka van het rugby tijdens oefenwedstrijden tegen Wales en Frankrijk-B.
'Toen werd het geen 106-0 hoor', zegt aanvoerster Beelen snel. 'In dat soort landen wordt het de meiden met de paplepel ingegoten. Dat is het jammerlijke van Nederland. De meeste speelsters beginnen niet van jongsaf aan.'