nieuws
Ambassade Kabul vroeg kabinet al maanden om evacuatie lokaal personeel
Het kabinet heeft de evacuatie van Afghaanse ambassademedewerkers maandenlang uitgesteld, ondanks herhaalde klemmende hulpverzoeken vanuit de Nederlandse diplomatieke post in Kabul.
De ambassadeur en lokale stafleden smeekten sinds het voorjaar van 2020 om voorbereidingen te treffen om lokale ambassademedewerkers snel te kunnen laten vertrekken indien de opmars van de Taliban zich zou voortzetten. Desondanks namen minister Kaag (Buitenlandse Zaken), Bijleveld (Defensie) en staatssecretaris Broekers-Knol (Asielzaken) tot twee dagen voor de val van Kabul geen besluit over het moment waarop lokale medewerkers in veiligheid gebracht zouden worden en of alle inwonende afhankelijke familieleden met hen mee mochten reizen. Onder hen was personeel dat al twintig jaar voor Nederland werkte.
Dat blijkt uit correspondentie tussen Kabul en Den Haag, die de Volkskrant in bezit heeft. De stukken werpen nieuw licht op de besluitvorming rond de evacuatie. Daarin staat ook dat Frankrijk in juli 2021 aanbood om mensen mee te nemen op een vlucht. Later verklaarde minister Kaag dat ze destijds niet op de hoogte was van Franse evacuaties.
Feitenrelaas
In het feitenrelaas dat het kabinet vorige week naar de Kamer stuurde, wordt wel melding gemaakt van gesprekken over de veiligheid van stafleden, maar daarin staat niet dat het kabinet besluiten over hulpverzoeken voor zich uit bleef schuiven.
Een evacuatielijst van de ambassade met de namen van zestig inwonende en afhankelijke familieleden die niet tot het ‘kerngezin’ van het ambassadepersoneel behoorden, stuitte tot twee dagen voor de val van Kabul op weerstand op het ministerie in Den Haag en in de ministerraad. De ambassade kreeg te horen dat slechts drie mensen van die lijst mee mochten. De ambassade mocht zelf kiezen welke drie.
Ambassadeur Wijgers weigerde die keuze te maken, zei ze in een e-mail op 12 augustus aan het ministerie. Zij benadrukte dat familieleden ‘evenveel gevaar’ liepen als de staf. Zij vroeg hulp om minister Kaag nog vóór de ministerraad op 13 augustus op andere gedachten te brengen. Dat lukte niet.
Noodvisa
Een plan van de ambassadeleiding om, ondanks de weigering uit Den Haag, op 14 augustus noodvisa te gaan uitdelen, was snel achterhaald omdat alle commerciële vluchten vanuit Kabul werden geschrapt. Pas toen gingen de drie bewindspersonen overstag om alle personeelsleden van de ambassade en al hun inwonende familieleden alsnog mee te nemen.
Vandaag debatteert de Kamer opnieuw met de drie bewindslieden over de chaotisch verlopen evacuatie. De ambassade sloeg daarover al ruim een jaar geleden alarm, blijkt uit de correspondentie die de Volkskrant inzag.
Brandbrieven
Al op 9 maart 2020 meldden ambassademedewerkers aan Buitenlandse Zaken dat zij zich zorgen maakten. De ambassade stuurde daarna diverse brandbrieven om Den Haag te doordringen van de urgentie van het in veiligheid brengen van het personeel, maar toezeggingen bleven uit.
Ten einde raad richten stafleden zich op 11 mei direct tot secretaris-generaal Paul Huijts. Ze ‘vrezen voor hun leven’ en smeken om samen met hun inwonende familieleden geëvacueerd te worden. Het ministerie en de bewindspersonen bleven weigeren tot de Taliban Kabul innamen.
Desgevraagd zegt Buitenlandse Zaken dat het besluit tot evacuatie van het lokale personeel ‘indien de situatie verslechtert’ op 9 juli werd genomen, maar dat de medewerkers nog nodig waren voor de afhandeling van de tolkenregeling en dat de val van Kabul onvoorzien snel kwam.