ReportageOpenbaar vervoer
Alleen bij de veerpont knelt het verplichte mondkapje
Het openbaar vervoer is dinsdag weer op gang gekomen, na twee maanden met een uitgeklede dienstregeling. Niet iedereen schikt zich naar de nieuwe afstandsregels.
De reizigers die zich deze dinsdagochtend bij de pont achter Amsterdam Centraal Station melden om het IJ over te steken, vallen ruwweg in drie groepen uiteen. Verreweg de grootste groep vist het mondkapje geroutineerd uit tas of broekzak voor ze de boot betreden, alsof ze dat al jaren doen in plaats van pas één dag. De tweede groep is verbaasd: moet het ook op de pont? Een enkeling ontploft.
‘Wat een onzin! Wat is het verschil? Een lullig elastiekje! De stof van jouw mondkapje houdt niet meer tegen dan deze stof’, schreeuwt een fietser die door GVB-controleurs van de pont is gehaald omdat hij zijn neus en mond heeft bedekt met een sjaal. Hij schiet een selfievideo, terwijl hij foetert op de ‘regels’ en ‘het RIVM’. ‘U heeft een punt’, zegt een controleur. ‘Maar wij maken de regels niet. Wij zorgen alleen dat iedereen ze naleeft.’ Ook reizigers die denken weg te komen met hun gezicht in de kraag van hun T-shirt of met een hockeymasker op, mogen de boot niet op.
Dinsdag is de eerste werkdag waarop het openbaar vervoer bijna weer volgens de volledige dienstregeling draait. Officieel is het de tweede dag waarop mondkapjes in de trein, bus, tram, metro en veerpont verplicht zijn. De maatregel ging op Tweede Pinksterdag in. Een vrije dag als generale repetitie. Deze dinsdag zijn scholen en kantoren weer open gegaan. Het kon wel eens drukker worden, met meer kans op wrijving.
De ochtend is zonder grote incidenten verlopen, constateert het openbaar vervoer opgelucht rond het lunchuur. De tierende Amsterdammer lijkt een uitzondering.
Wilt u dit artikel liever beluisteren? Hieronder staat de door Blendle voorgelezen versie
Wachtrijstickers
Druk is het in elk geval niet om half acht ’s ochtends op het Centraal Station van Utrecht. Normaal begint rond dit tijdstip de hyperspits – het moment waarop de treinen op de meest gebruikte routes uitpuilen. Het is niet opvallend veel drukker dan exact een week geleden. Toen kon je twee kanonnen afschieten. Nu nog maar één. Vorige week waren ook veel ‘verlokkingen’ nog gesloten. Voor een paar Happy Socks kon de reiziger terecht in de sokkenshop, maar de koffiebar en het dönerrestaurant aan weerskanten waren dicht.
Dinsdag heerst in de stationshal nog steeds de rust van een vroege zondagochtend. Wel lopen er tien NS-medewerkers als ‘Helpend Handje’ rond. Ze houden borden omhoog met wenken voor de reiziger voor een coronabestendige reis. ‘Houd rechts. 5 tegels afstand. 4 treden op de (rol)trap.’ Maar ook: ‘Welkom op het station.’
‘We willen mensen helpen zich veilig te voelen door iedereen aan de regels te herinneren’, zegt een van de Helpende Handjes. De bordjesdragers zijn een aanvulling op de stickers met opschriften die overal zijn aangebracht, vooral op de vloeren bij de trappen naar de perrons. ‘Misschien dat niet iedereen die stickers ziet’, legt stationsmanager Mirjam Schokker uit. ‘De aandacht van de treinreiziger is toch meestal omhoog gericht, naar de borden boven de sporen.’ De Helpende Handjes draaien een weekje op proef op Utrecht CS. ‘Daarna kijken we of ze ook elders gaan inzetten.’
Datzelfde geldt voor een andere nouveauté: wachtrijstickers. Voor sommige winkels ontstaan in de spits rijen met wachtenden, omdat er vanwege de anderhalvemeter-regel maar een beperkt aantal klanten naar binnen mag. ‘Je wilt voorkomen dat die wachtenden de doorstroom op het station hinderen’, aldus Schokker. Dus is bij wijze van experiment bij de Albert Heijn op de vloer met stickers de plek aangegeven waar de klanten zich in een ordentelijke rij kunnen opstellen. Schokker: ‘We denken dat er negentien stations zijn waar dit zou helpen.’
Beslagen bril
Op station Gouda zullen de stickers niet nodig zijn, al wordt daar wel gewacht. Op de trein naar Zoetermeer, zegt Machiel (36), een jurist die ’s ochtends om acht uur uit Hilversum is vertrokken en om half tien zijn bestemming nog steeds niet heeft bereikt. ‘Normaal doe ik er een uur over, met de trein, maar ik ben straks twee uur onderweg geweest. In Hilversum kwam de trein tien minuten te laat, en in Gouda rijden minder treinen dan volgens het spoorboekje.’
Machiel reist voor het eerst sinds de lockdown in maart weer met de trein. Hij mocht thuiswerken, maar wordt weer op kantoor verwacht nu de NS de dienstregeling grotendeels heeft hersteld. Het mondkapje is reuze wennen, vindt hij. ‘Mijn bril beslaat, en ik kan mijn telefoon niet van de ontgrendeling halen met gezichtsherkenning.’ Ook andere reizigers noemen kleine ongemakken. Zoals eten en drinken terwijl je een mondkapje voor hebt en het elastiek dat om je oren knelt.
‘Ik ben benieuwd hoeveel reizigers die eenmalige mondkapjes werkelijk weggooien na een enkele reis, zoals het advies luidt’, zegt stationsmanager Schokker op Utrecht Centraal. ‘Ik zie veel mensen hem toch weer in hun broekzak of tas steken.’ Ze denkt even na. ‘Aan de andere kant: dat is wel te begrijpen als je maar een kort ritje maakt.’
Lees ook
De mondkapjesmaatschappij ligt in het verlengde van een proces dat al eeuwen bezig is
Eigen kamers, schone lakens en de behoefte aan privacy bij het poepen, zijn verworvenheden van de laatste eeuw. In die civilisatiecurve past het dragen van mondkapjes in het ov – vanaf maandag verplicht – naadloos.
Ik ga op reis en ik neem mee: mondkapje wel, fiets niet
De NS en alle stads- en streekvervoerders pakken de reguliere dienstregeling grotendeels weer op. Of het direct stormloopt, is zeer de vraag. Wat verandert er allemaal?