Aan de canon van grootheden kan men niets veranderen

Voor het begrip volkssoevereiniteit, zoals gebruikt in de discussie over Thorbecke's grondwet, hoefden de Patriotten niet bij Frankrijk te rade....

G.C.J.J. VAN DEN BERGH

MET veel plezier heb ik het artikel van Diederick Slijkerman over Thorbecke's grondwet (Forum, 9 december) gelezen. Het is altijd de moeite waard als iemand tegen het gecanoniseerde geschiedbeeld aanschopt, en in het bijzonder als dat gebeurt met zoveel verve en kracht van argumenten. Maar of het veel helpen zal is een tweede.

Het zwaartepunt van Slijkermans onderzoek ligt kennelijk in het midden van de negentiende eeuw. Daardoor schijnt hij in de voorgeschiedenis minder thuis. Zo schrijft hij: 'De wortels van de huidige Grondwet liggen in de Franse Revolutie. In de loop van deze omwenteling in Parijs raakten de Nederlanders onder Franse bezetting. Hierdoor kwamen intellecuelen in contact met verlichte denkbeelden, zoals het idee dat het volk de basis vormde van de koninklijke regering, in plaats van andersom.'

Slijkerman ziet daarbij echter over het hoofd dat de revolutie in Nederland feitelijk vijf jaar eerder begon dan in Parijs. Weliswaar werd die opstand met behulp van Pruisische troepen al na een paar jaar neergeslagen, maar de revolutionaire ideeën waren daarmee natuurlijk niet van de baan. Vele daarvan waren bij de patriotten allang in omloop.

Met name idee van de volkssoevereiniteit hoefden Nederlandse intellectuelen helemaal niet in Parijs te leren kennen, integendeel. Die gedachte was al sinds de Middeleeuwen in omloop. Ze was alleen in Frankrijk betrekkelijk nieuw omdat de Franse koningen haar eeuwenlang te vuur en te zwaard hadden bestreden. De Franse koning kreeg de macht van God zelf, punt uit.

Op 9 februari 1699 echter, onder het regime van de koning- stadhouder Willem III, hield de rector van de beroemde universiteit van Leiden een rede waarin de gedachte der volkssoevereiniteit met kracht van argumenten werd verdedigd. Nog geen twee jaar later was die in het Latijn gehouden rede in het Nederlands, Frans en Engels vertaald en bij heel intellectueel Europa bekend.

In 1784, op het hoogtepunt van de Bataafse Revolutie, verscheen van diezelfde rede een nieuwe Nederlandse vertaling met een enthousiast, actualiserend voorwoord, waarin naar recente gebeurtenissen werd verwezen om het gelijk van die rede aan te tonen.

De Nederlandse patriotten hoefden dus echt niet bij Fransen in de leer voor de idee van de volkssoevereiniteit. Het is welicht eerder omgekeerd geweest: bij de rijping van die idee in Frankrijk aan de vooravond van de grote revolutie heeft de Franse vertaling van die Nederlandse rede waarschijnlijk mede een rol gespeeld. Iemand als Rousseau moet hem gekend hebben.

Maar wie was die Leidse rector dan wel? Dat was de beroemde jurist Gerard Noodt (1647-1725). Wie zegt U? Inderdaad, men kan aan de canon van de historische grootheden niets veranderen.

G.C.J.J. van den Bergh is emeritus hoogleraar rechtsgeleerdheid.

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden