We hebben zelf toezicht hard nodig
De chaos bij de verkiezingen in Rotterdam ondermijnt de democratie. Ook wij hebben internationale waarnemers nodig, betoogt Serv Wiemers...
De verkiezingsdag was goed verlopen toen de stemlokalen sloten. Ik was een stuk of 10, 12 stembureaus afgelopen en had geen onregelmatigheden kunnen ontdekken. Ja: een keer twee politiemensen bij de deur van een stemlokaal, wat intimiderend zou kunnen werken. En ja: een vader die zijn zoon had meegenomen in het stemhokje. Tegen de regel van meer dan één persoon per hokje. Maar ik vond het zo mooi dat deze man de magie van de democratie over wilde brengen op zijn kind, dat ik daarvan geen aantekening maakte.
Als internationaal verkiezingswaarnemer in 1997 in Bosnië koos ik aan het eind van die dag een willekeurig stemlokaal uit om de telling bij te wonen. Een net schoolgebouw met de sfeer van de jaren zestig, ergens in een nietszeggend dorp.
Terwijl het buiten donker werd, gingen de stembureauleden in de aula toegewijd met de telling aan de slag. Stembiljetten tellen is saai; het waarnemen van stembiljetten tellen is nog saaier. Toch wilde ik geen moment verslappen. Want dit ging ergens over. Een fragiele, jonge democratie moest zich waarmaken.
Toen alle stemmen waren geteld, ontstond er opwinding. 880 mensen hadden volgens het register hun stem uitgebracht en de ingevulde biljetten telden op tot 877. Na hertelling misten ze rond middernacht nog steeds één stem. Ik had medelijden met hen en met mezelf, maar er werd nog een keer grondig herteld en uiteindelijk, diep in de nacht, klopte alles.
Wat heb ik vaak aan die ene stem teruggedacht de afgelopen tijd bij het nieuws rond de gemeenteraadsverkiezingen deze maand in Rotterdam. Chaos op stembureaus, meerdere mensen in een stemhokje, het ontbreken van gordijnen voor de hokjes, ronselen van volmachten, stembeïnvloeding in of bij de stemlokalen, et cetera. Internationale waarnemers zouden deze verkiezingen zondermeer als ongeldig hebben bestempeld.
Bij afwezigheid van deze verkiezingswaarnemers heeft de Commissie Onderzoek Geloofsbrieven in opdracht van de Rotterdamse gemeenteraad een uitgebreid onderzoek uitgevoerd. De uitkomst daarvan moet voor iedere oprechte democraat shockerend zijn. Aan de ene kant omdat de commissie inderdaad onregelmatigheden heeft geconstateerd. Maar ook omdat diezelfde commissie concludeert dat de verkiezingen wél rechtmatig zijn verlopen, omdat er slechts sprake zou zijn van maximaal 2.040 ongeldige stemmen – een aantal dat te gering is om een verschuiving te bewerkstelligen in de zetelverdeling.
De redenering van de commissie, die is overgenomen door burgemeester Aboutaleb en de gemeenteraad, klinkt logisch maar geeft de indruk dat rond de tweeduizend mensen voor niets zijn gaan stemmen. Hoe kan de overheid zo ooit nog mensen verleiden naar de stembus te gaan? In onze democratie dient het principe one man, one vote oftewel ‘elke stem geldt’ heilig te zijn. Als we dat gaan ondergraven door een paar duizend stemmen te diskwalificeren bevinden we ons op een hellend vlak.
Het recht om in alle vrijheid een stem uit te kunnen brengen die echt meetelt, is een van de meest fundamentele mensenrechten. Hier past geen gemakzucht of arrogantie. Democratie is iets om trots op te zijn en om zorgvuldig te onderhouden. We hebben lang gedacht dat we het in Nederland zo goed voor elkaar hadden dat we zelf een voorbeeld voor meerpartijendemocratie zouden kunnen zijn voor de rest van de wereld. Zuid-Afrika, de Balkan, Georgië en Afghanistan zouden we wel even een lesje in democratische verkiezingen geven.
Vanuit die houding werd er lacherig gedaan over het idee om internationale verkiezingswaarnemers in Nederland toe te laten. In 1998 kwam er op uitnodiging van het ministerie van Buitenlandse Zaken inderdaad een groep waarnemers uit jonge democratieën. Maar het doel daarvan was voornamelijk dat zij konden leren van de Nederlandse stembusgang. Inmiddels lijkt de wereld omgekeerd en hebben we zelf internationaal toezicht nodig. De voor juni geplande waarnemingsmissie van tien man zal daarvoor onvoldoende zijn.
Staatssecretaris Bijleveld van Binnenlandse Zaken gaf deze week toe dat in Rotterdam en andere gemeenten fouten zijn gemaakt. De leden van de stembureaus waren onvoldoende getraind, constateerde ze. Mede daardoor telde niet iedere stem en dat is zorgelijk en triest.
Rotterdam en de rest van Nederland kunnen een voorbeeld nemen aan dat dorp in Bosnië. En ik hoop dat er bij de verkiezingen in juni een geduldige Bosnische waarnemer in een Rotterdams schoollokaal iedere stem serieus neemt.