'Terugkerende Serviërs zijn teken van hoop'

Een spiegelende zonnebril maakt de ogen van Ivica onzichtbaar. De laagstaande zon is fel, 'en zo herken je me niet', zegt hij....

Van onze correspondent Michel Maas

'Toch zijn er mannen', zegt Milenko Dragicevic, de dorpspriester van de Servische enclave, 'die in het dorp blijven omdat ze bang zijn voor straf, als ze naar buiten gaan.' Maar ook de 'pope' bezweert dat dat geen oorlogsmisdadigers zijn. 'De échte misdadigers zijn vorig jaar al vertrokken.'

Nederlandse KFOR-militairen hebben maandag bij de uitgang van het dorp twee mannen opgepakt die op 'de lijst' bleken te staan: de lijst van verdachten van misdaden tegen de Albanezen in Kosovo. Het nieuws gonst na in het dorp. Het is niet eerlijk, zeggen ze. 'Een van de twee is niet eens in het leger geweest. Hoe kan zo'n man een oorlogsmisdadiger zijn? Hij heeft vier kinderen. Hij is ziek, hij heeft astma.'

De arrestaties maken de achterblijvers ongerust. Niemand in het dorp heeft 'de lijst' ooit gezien. Misschien staat Ivica er inderdaad op. Dus geeft hij zijn achternaam toch maar liever niet. Een oudere man zegt veelbetekenend: 'Elke Serviër staat op de lijst. De lijst van de Albanezen.' Als KFOR ze niet pakt, zullen die het wel doen.

Velika Hoca is een van de weinige plaatsen in Kosovo waar nog uitsluitend Serviërs wonen. Niemand weet precies hoeveel het er nog zijn. Volgens Luitenant-Kolonel J. Maenen, commandant van de 41 Afdeling Veldartillerie - het Nederlandse KFOR-contingent dat in het nabijgelegen Orahovac is gelegerd - zijn het er vijftienhonderd tot tweeduizend. Volgens de pope zijn het er nauwelijks meer dan duizend en volgens een jongen op het marktplein zelfs niet meer dan zeshonderd.

Unmik, de VN-missie in Kosovo, moet nog een begin maken met een echte volkstelling in Kosovo. Maar hoeveel het er ook zijn: iedereen in het dorp weet dat het er steeds minder worden. Dinsdag is net weer een groep van 68 Serviërs vertrokken. Met een pantserwagen ervoor en een erachter zijn ze in twee VN-bussen naar het noorden gereden, naar de Servische enclave in noord-Mitrovica, waarvandaan de meesten verder zullen reizen naar Servië.

'De rivier stroomt maar één kant op: naar de zee', zegt de dorpspriester. De stroom lijkt niet te keren. Het had al weinig gescheeld of het heilige Velika Hoca - waar dertien historische orthodoxe kloosters en kerken staan - zou al zijn verlaten. Half juni, toen de Servische troepen zich uit Kosovo terugtrokken, stond de hele bevolking klaar om ook te vertrekken. 'Alles was ingepakt', zegt Ivica. 'Ik ging nog even naar de kerk. Kuste de heilige icoon en bad, en ik huilde. Toen ik weer buiten kwam, keek ik omhoog. Op de kerk zat een witte duif. Dat was een teken van God. Het teken om te blijven.' Na dit teken besloten de meesten te blijven, en af te wachten, zegt Ivica.

Van de tien dorpen die de parochie van pope Dragicevic ooit besloeg, is alleen nog Velika Hoca over, en de wijk in Orahovac waar de naar schatting 1500 achtergebleven Serviërs uit de stad zijn samengetrokken. KFOR bewaakt de twee Servische getto's 24 uur per dag. Getto's zijn beter te beschermen dan verspreid levende Serviërs, dus is het aantal 'incidenten' in de regio de laatste maanden beperkt geweest.

'Ja, het is stil', bevestigt de pope in Velika Hoca. 'Totdat er iets gebeurt. En je hoeft maar 300 meter het dorp uit te lopen en je weet zeker dat er iets gebeurt.'

In Orahovac is één meter genoeg. Een onzichtbare lijn scheidt het Servische deel van de stad van het Albanese, en iedereen weet zeker dat wie die lijn oversteekt, nooit meer terugkeert. Precies op deze onzichtbare grens staat het 'wijkbureau' dat mede op aandringen van de Nederlandse militairen is geopend. Een plaats waar de Serviërs terecht kunnen met klachten en verzoeken, zonder dat ze daarvoor gevaarlijke 'Albanese' grond hoeven te betreden.

Het bureau is kort geleden door VN-vertegenwoordiger Bernard Kouchner geopend, als een voorbeeldig initiatief voor de normalisering van de toestand. Commandant Maenen: 'Het gaat om heel kleine stapjes. We geven de mensen stroom, geven ze water, een busverbinding. Het aantal konvooien van mensen die vertrekken is duidelijk teruggelopen. We zien ook dat mensen terugkomen. Niet veel, maar het is een begin.'

Op de markt in de Servische wijk wordt maandag drinkwater uitgedeeld. In de rij staat Vera. Zij is net teruggekeerd uit Krusevac in Servië. 'Dat was fantastisch. Er was stroom, er was water. Maar mijn man en mijn kinderen waren hier, dus ik wilde terug. ' Een oude man valt haar om de hals. 'Je bent teruggekomen', zegt hij, bijna huilend. 'Ja, natuurlijk', zegt Vera laconiek. 'Natuurlijk ben ik terug. Mijn huis is hier.'

De pope beschouwt de mensen die terugkeren als een geschenk van God. 'Zij zijn een teken van hoop', zegt hij. Ook commandant Maenen put hoop uit de mondjesmaat terugkerende Serviërs. Het is een begin, misschien. Maar nog altijd vertrekken er aanzienlijk meer dan er terugkomen. Tegenover de 68 die vertrokken zijn, staan maandag zeven teruggekeerde Serviërs.

De Serviërs in Velika Hoca zijn bang alleen achter te blijven. 'Schrijf in de krant dat iedere Serviër welkom is', zegt een man. 'Schrijf dat wie hier komt kan krijgen wat hij wil. We geven iedereen een huis, eten en drinken. Geld hebben we niet, maar een goed dorp is belangrijker dan geld.'

Het leven is hard. Stroom is er pas gekomen toen Kouchner kwam, drinkwater is er eens in de twee weken. En sinds oktober is er de busverbinding naar Mitrovica.

'Heel kleine stapjes', zoals commandant Maenen ze noemt. Stapjes waarvan hij er nog een aantal hoopt te zetten voordat het Nederlandse KFOR-contingent over vier maanden uit Kosovo zal worden teruggetrokken.

Twee dagen later wordt bij Cubrilj in noord-Kosovo een VN-bus met 49 Serviërs getroffen door een antitankgranaat. Twee mensen worden gedood, vier raken deels zwaar gewond. Alle VN-buslijnen tussen de Servische enclaves worden tijdelijk opgeschort.

'Alleen God kan ons beschermen', zegt de pope van Velika Hoca. In zijn eeuwenoude pastorie haalt hij een groot boek tevoorschijn waarin ooit werd bijgehouden welke Servische families onder zijn parochie vielen. Families die hier sinds mensenheugenis leefden. 'Zelfs als ook wij zullen vertrekken, kun je de geschiedenis niet veranderen. Ze kunnen nooit doen alsof we hier nooit zijn geweest. En uiteindelijk zullen we terugkeren.'

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden