Overspel
Vrouw, 42, was twintig jaar getrouwd toen zij ontdekte dat ze al zeven jaar bedrogen werd door haar man en haar buurvrouw, tevens haar beste vriendin....
'Ik leerde mijn man kennen tijdens een vakantie op Rhodos in 1976. Ik dacht, dit is het, dit is voor het leven. Ik woonde in Hamburg. Ik was 20, maar ik had al de nodige ervaring, dus ik wist wat ik deed. Een jaar later ben ik bij hem ingetrokken in Amsterdam en het jaar daarop zijn we getrouwd. Hij was rechercheur bij de politie. Ik was gediplomeerd tapijtweefster, maakte bijvoorbeeld gobelins. Het was een goede baan, mijn moeder en andere familieleden woonden in Hamburg, nog steeds trouwens, maar ik heb voor mijn man gekozen. Gelukkig kon ik in Amsterdam ook werk krijgen in die branche.
Hij was acht jaar ouder dan ik. Hij was al een keer getrouwd geweest, vier jaar, maar zijn vrouw had hem bedrogen. Dat is het malle van het hele verhaal, hij wist precies wat het was om bedrogen te worden.
Mijn man is altijd heel eerlijk tegen me geweest. Dat waardeerde ik enorm. Hij had als politieman veel met hoeren te maken, maar ik vertrouwde hem voor tweehonderd procent. Hij was geen rokkenjager. Zijn collega's hebben ook nooit iets gemerkt. Hij belde me een keer of twee per dag. Ik dacht ook: hij heeft al een nare ervaring achter de rug, dan ga je dat nooit meer doen.
We hadden een schitterende tijd. Hij was een heel vriendelijke, sociale en amicale man. Hij heeft veel vrienden uit de problemen geholpen, huwelijken gered. Door zijn beroep kan hij goed luisteren. Ook ik groeide in die verhouding. Leerde de taal heel goed, maakte carrière, en kreeg veel vrienden.
Een half jaar geleden kwam het uit. Maar in 1992 had ik het eigenlijk al ontdekt. We woonden toen al tien jaar hier, bij Utrecht. We waren hecht bevriend met onze buren, hadden een doorloopje in de tuin, onze kinderen liepen in en uit. Elk weekeinde zaten we te kaarten. Een zekere avond waren we klaar met kaarten, ik schuif met m'n stoel achteruit en ik zie mijn man met de buurvouw voetjevrijen onder de tafel. Mijn maag draaide om.
Die buurvrouw was ook mijn beste vriendin. Ze was jong en wist niets van het leven. Ik heb haar wereldwijs gemaakt, nam haar overal mee naar toe, naar mijn geboorteland Turkije bijvoorbeeld.
Ik heb het thuis meteen met mijn man geprobeerd uit te praten. Maar hij ontkende. Hij had haar alleen maar willen troosten, zei hij, want haar vader lag in het ziekenhuis. Dat geloofde ik natuurlijk niet. Sindsdien werd ik onzeker, ik verloor mijn vertrouwen in de mensheid. Van nature ben ik heel goed van vertrouwen. Ik heb een lief karakter, ben spontaan, vrolijk, optimistisch, ik geef graag, niets is me te veel.
Hij was heel goed in het ontkennen en zich eruit lullen. Dat heeft misschien ook met zijn beroep te maken. Hou eens op, zei hij dan, ik hou alleen maar van jou, er is geen ander. Maar ik was op mijn ziel getrapt, en dan komt het nooit meer goed. Ik hou van zekerheid en eerlijkheid.
Ik ging aan mezelf twijfelen, kreeg hartklachten, hoge bloeddruk, nachtmerries. Ik ben mijn man gaan controleren. Als hij avonddienst had, ging ik in het donker bij het raam zitten om te kijken uit welke straat hij kwam. Zo ontdekte ik dat hij bij de buurvrouw was geweest. Maar ook dan ontkende hij glashard. Was hij zogenaamd nog een straatje omgelopen.
Hij is heel erg gaan drinken. Met zijn werk ging het slecht. Dat dubbelleven kon hij kennelijk niet aan. Hij wist donders goed dat, als ik erachter kwam, ik hem eruit zou gooien. Daar ben ik heel rechtlijnig in. Ik ben monogaam en verwacht dat van de ander ook. Zelf stortte ik me op mijn werk, ik maakte promotie.
Vorig jaar juni barstte de bom. Mijn buurman, een schat van een kerel, vond een floppy met een tekst erop van mijn man aan haar. Dat schijnt een heel gore, smerige, seksuele brief te zijn geweest. Die buurman is hier naartoe gekomen en heeft hem een knal voor zijn kop gegeven. Daarna heeft hij mij op m'n werk gebeld. Achteraf vertelde hij in 1992 al eens een brief van hem te hebben gevonden, maar toen wist zijn vrouw hem nog wijs te maken dat het een incident was geweest.
Het bleek ook dat mijn dochter, die nu 13 is, het al negen maanden wist. Die zat enorm in de knoop, dat had ik wel in de gaten, maar ik wist niet waarom. Ze heeft de brugklas erdoor verknald. Ze had ze zien zoenen op de gang. Daar heeft ze alleen de buurvrouw op aangesproken. Mijn man wist niet dat ze het gezien had. Ze is door de buurvouw al die tijd geïntimideerd om het niet door te vertellen. Wat doe je zo'n kind aan?
Zijn vrienden waren geschokt, vooral degenen die hij zelf met hun huwelijksproblemen geholpen had. Ze dachten dat hij mij aanbad. Hij begreep het zelf ook niet, zei dat ze hem verleid had.
Ik heb hem het huis uitgezet en hij heeft zich helemaal opgesloten. Hij wil z'n straf ondergaan, troost wil hij niet. Het liefst wil hij dat mensen hem de huid vol schelden. Het doet hem pijn als vrienden hem bellen op z'n verjaardag. Dat heeft hij niet verdiend, vindt hij. Hij martelt zichzelf. Ik heb daar geen problemen mee. Zeven vette, zeven magere jaren, heb ik hem gezegd.
Ik was dus belazerd door de twee mensen die me het meest na stonden, hoewel ik mijn buurvrouw na dat eerste incident al steeds minder als vriendin zag. Wat gebeurt er allemaal niet met mensen. Wat die twee hun gezinnen hebben aangedaan, dat is nooit meer goed te maken. Ook die kinderen van hiernaast hebben er een enorme klap van opgelopen.
Mijn buurman is een heel lieve sukkel, ik begrijp niet hoe hij het haar heeft kunnen vergeven en nog van haar kan houden. Iemand die alleen maar goed doet, werkt voor zijn gezin, niet eens naar andere vrouwen kijkt. Als er geen vertrouwen is in een relatie, wat moet je dan nog?
Als ik er nu over nadenk, denk ik dat het normbesef van mijn man misschien vervaagd is door zijn werk. Aan zijn opvoeding ligt het niet, z'n ouders waren bijna zestig jaar getrouwd. Ik was stapel op mijn schoonmoeder, die helaas in maart overleden is, en mijn schoonvader is de liefste man van de wereld, dat heb ik hem gisteren nog gezegd.
Wat zet zo'n man op het spel, als hij een lieve vrouw en dochter heeft, iedereen gezond, en materieel niets te klagen? Wat wil je als man nog meer? Of als vrouw?
De hele maatschappij is natuurlijk veranderd. Welke waarden hebben mensen nog? Ik ben van Armeens-christelijke afkomst, op mijn zesde ben ik van Istanbul naar Hamburg verhuisd. Maar die achtergrond speelt geen rol. Ook daar veranderen die dingen.
Er wordt vaak gezegd: het kan iedereen overkomen. Maar dan zeg ik: mij was dat niet overkomen. Ik keek wel eens naar een andere man, maar ik zou nooit op hem verliefd geworden zijn. Ik was tevreden met wat ik had. Ik heb altijd geleerd: echte schoonheid komt van binnen. Daar hou ik ook van, van die schoonheid. Ik heb m'n normen en waarden gehandhaafd, en niemand kan ze me afpakken.
Ik voel het nu als een bevrijding dat ik van die ellende af ben. Dat er geen man meer is die mij kan vernederen. Ik heb geen enkele behoefte meer aan een man op het ogenblik, misschien wel nooit meer. Aan de andere kant denk ik: ach, er zijn nog zoveel appeltjes te plukken. Je hebt die dingen natuurlijk niet zelf in de hand. Godzijdank heb ik veel vrienden gemaakt, daar had ik veel energie in geïnvesteerd. Dat krijg ik nu allemaal terug.'
Frits van Veen