Goede bacteriën nemen plaats in van antibiotica

"We moeten goede bacteriën krijgen op het bedrijf", zegt varkenshouder Eric van den Heuvel. Hij hangt een fles op zijn rug en spuit de probiotica door de kraamafdeling met zeugen en biggen. Volgens de boer in het Brabantse Nistelrode is dit het recept voor een gezonder klimaat in de stal. Mede door probiotica, goede bacteriën, is het gebruik van antibiotica op zijn bedrijf met 500 varkens in twee jaar met 95 procent afgenomen.

Jelle Brandsma
null Beeld

Als hij de spuit terzijde heeft gelegd, vertelt hij dat slechte bacteriën minder ruimte krijgen als er goede bacteriën in overvloed zijn. "Met desinfectie krijg je nooit alle bacteriën dood. Vooral de sterken blijven over en hebben als de rest weg is volop ruimte om zich te vermenigvuldigen. Het idee is dus: maak schoon met probiotica en vul de ruimte met goede bacteriën."

Een slechte bacterie in de varkensstal is met name MRSA. Die wordt in verband gebracht met veelvuldig antibioticagebruik en veroorzaakt resistentie tegen antibiotica in de humane gezondheidszorg. Steeds vaker werken antibiotica bij mensen niet meer. Om de resistentie te keren moet volgens het ministerie van economische zaken, landbouw en innovatie het gebruik van antibiotica in de veehouderij drastisch omlaag: dit jaar met 20 procent en in 2013 met 50 procent. Morgen vergadert de Tweede Kamer over de aanpak van staatssecretaris Bleker.

Van den Heuvel heeft die daling al gerealiseerd. Maar of de totale veehouderij de reductie met de helft haalt, betwijfelt hij. "Er gebeurt te weinig. Het gaat niet snel genoeg. Er is meer bewustwording nodig bij de varkenshouders, via voorlichting. De meeste collega's bezoeken bijeenkomsten van boerenorganisaties, maar sommigen blijven thuis. Daar moeten veeartsen en voerleveranciers mee aan de slag."

De boeren besparen omdat zij minder antibiotica hoeven te kopen en geven extra uit door de aanvoer van probiotica. Van den Heuvel zegt dat het resultaat kostenneutraal is.

De bewustwording bij Van den Heuvel begon in 2003. Zijn dochter moest een hartoperatie ondergaan, maar in het ziekenhuis bleek zij de MRSA-bacterie bij zich te dragen. Om verdere verspreiding daarvan te voorkomen, moest zij het ziekenhuis onmiddellijk verlaten. Pas in 2004 kon zij geopereerd worden. Ondertussen liet Van den Heuvel zijn gezin onderzoeken; vier van de vijf gezinsleden droegen de MRSA-bacterie bij zich. Ook bij veel andere boeren in de buurt bleek de gevaarlijke bacterie aanwezig. In het gezin Van den Heuvel is nu nog maar één drager van de bacterie.

Het was voor de varkenshouder een signaal: "Er moet een relatie liggen met de varkens en antibiotica." Van den Heuvel, die zijn dieren huisvest in ruimtes van 12 of 50 varkens, begon met extra stringente hygiënemaatregelen. Zo blijven schepjes voor mest of voer in de ruimte waar zij horen. Daarnaast sleept hij minder met voerbakjes. Hierdoor zakte het gebruik van antibiotica al met 60 procent. Daarna verving hij chemische schoonmaakmiddelen door probiotische. Verder krijgen de varkens de kans uit te zieken. "Een griepvirus komt vaak voor. Daardoor verzwakken dieren en krijgen bacteriën een kans. Om dat laatste tegen te gaan wordt vaak antibiotica gegeven. Ik doe dat niet meer; ik wacht even af."

15.000 biggen per jaar

De boerderij van de broers Ton en Eric van den Heuvel is een zogeheten vermeerderingsbedrijf. De 500 zeugen brengen iedere 21 weken gemiddeld 15,8 biggen ter wereld. Als de biggen tien weken oud zijn verlaten zij het bedrijf en gaan naar een varkensmesterij: 15.000 per jaar.

De broers namen het bedrijf over van hun vader. Die had tot de jaren zeventig nog een gemengd bedrijf met ook koeien, schapen en asperges. De familie specialiseerde zich in varkens en de locatie in Nistelrode is nu met 500 zeugen kleiner dan het gemiddelde varkensbedrijf in Nederland. Maar de broers Van den Heuvel breidden wel uit. In Duitsland leidt Ton van den Heuvel een vermeerderingsbedrijf met 1800 zeugen en in Tsjechië hebben de broers een bedrijf met 15.000 vleesvarkens.

In Nistelrode hebben de varkens ieder een eigen hok. Volgens de boer leven de varkens 'happy'. "Als ik niet goed voor de dieren zorg, krijg ik geen productie. Zo simpel is het."

GGD Nederland is ongerust over het tempo waarin het gebruik van antibiotica in de veehouderij daalt. "Er ontbreekt een plan", schreef de organisatie vorige week in een brief aan de Tweede Kamer in de aanloop naar het debat morgen.

'Behandeling van ernstig zieke mensen is in het geding' omdat door antibiotica in de landbouw resistentie bij mensen toeneemt. GGD Nederland pleit voor 'een snellere en effectievere aanpak'. Volgens GGD Nederland is de afname te afhankelijk van eigen initiatief zoals dat van varkenshouder Eric van den Heuvel in Nistelrode. Verder wijst de organisatie erop dat veeartsen verdienen aan de verkoop van antibiotica en tegelijkertijd beloofd hebben dat zij minder voorschrijven.

'Er ontbreekt een plan'

Staatssecretaris Bleker gaf eerder al aan dat dierenartsen geen apotheek meer mogen exploiteren als zij de reductiedoelstelling van 50 procent in 2013 niet halen. Wachten tot 2013 duurt voor GGD Nederland te lang.

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden