Allochtonen in het Gooi
Betekent de komst van een Turkse omroep dat allochtonen op dit moment te weinig kansen in Hilversum krijgen? Een experiment met scenario's toont aan hoe moeizaam allochtonen bij de omroepen 'binnen komen'....
JE hoort het wel eens zeggen in Hilversum: dat er te weinig talent zou rondlopen. Komt er kritiek op de omroepen - dat ze te weinig 'hoogwaardig drama' laten zien - zeggen die omroepen dat er geen scenarioschrijvers zijn, dat talent dun gezaaid is. De Stichting Omroep Allochtonen (STOA) vindt dit soort argumentatie 'een beetje flauw'.
Het STOA heeft ervaring met talent, of liever, met het ontwikkelen van talent. En het STOA heeft gemerkt dat zelfs allochtonen mét talent er bij Hilversum maar moeilijk in komen. Voor hen is Hilversum een zo goed als onneembare vesting.
De ervaring van het STOA is deze: het ontwikkelde - samen met het Stimuleringsfonds Omroepproducties en het Binger Film Instituut - een serie workshops voor allochtone scenarioschrijvers. Dat was nog voor staatssecretaris Rick van der Ploeg van Cultuur dit voorjaar de nota 'ruim baan voor culturele diversiteit' presenteerde, waarin hij maatregelen voorstelt (en 40 miljoen uittrekt) om meer allochtonen te betrekken bij het culturele aanbod. De serie workshops was niet zomaar een serie workshops. Het was 'een topcursus, met topdocenten, en een uitgebreide, strenge selectie', aldus het Binger Instituut. Er bleven acht cursisten over, die in de laatste workshop, een sessie van vijf dagen, ieder een scenario schreven voor een film van 25 minuten.
De acht scenario's werden in maart aangeboden aan de hoofden Drama van de omroepen. De NPS en de VPRO hebben inmiddels laten weten een scenario 'in ontwikkeling' te nemen. Van de omroepen van Nederland 1 en 2 is niets vernomen. Zij tonen volgens het Binger Instituut 'weinig bereidheid buiten de eigen grenzen te kijken'.
Het was nooit de bedoeling deze scenario's aan te bieden aan de omroepen. Dat idee kwam pas halverwege de cursus naar boven. Je kunt het de omroepen niet kwalijk nemen, zegt het STOA, zegt het Binger Instituut, zegt het Stimuleringsfonds, dat de omroepen niet zo enthousiast zijn voor een product waarover ze niets te zeggen hebben gehad.
Ted Mooren, hoofd drama van de TROS, wil wel bekennen dat de TROS deze scenario's ongeacht de kwaliteit ervan niet in ontwikkeling zou hebben genomen, omdat de TROS geen 'single plays' uitzendt. De TROS is niet de enige omroep die dit zegt. Op zichzelf staande, korte films, willen de meeste omroepen niet. Men wil langlopende dramaseries, voor een groot publiek.
Nu kun je die scenario's ook zo bekijken: zou de allochtone schrijver misschien mee kunnen werken aan zo'n grote dramaserie? Schuilt achter zo'n scenario een talent dat een contract moet worden aangeboden? Maar daarvoor vond Ted Mooren de scenario's 'om het heel in het algemeen te zeggen: vaak wat te statisch en te statig'.
Iets schemert hier door van een andere manier van vertellen. Dat deze allochtonen een manier van vertellen zouden hebben die Nederlanders niet zou aanspreken. Wim Odé, hoofd Drama van de NPS, acht het niet uitgesloten: 'Kijk, wij kunnen ook niet zomaar op zes zondagmiddagen dé zes Indiase topfilms uitzenden. Wat men in India leuk vindt, vindt men hier niet altijd leuk. We zoeken die dingen uit die aansluiten bij een westers publiek. Zo moet de manier van vertellen ook een beetje aansluiten bij onze tradities.'
Odé meent 'dat het niet zo is dat allochtonen hier geen ruimte krijgen'. Het initiatief om een Turkse Nederlandse Radio Televisie-omroep te beginnen ziet Odé dan ook niet als bewijs dat Hilversum voor allochtonen 'gesloten' zou zijn. 'Ik zie het meer als een soort BNN. Er zullen altijd groepen zijn die een omroep willen oprichten.'
Voor VPRO's hoofd drama Joost de Wolf is de aangekondigde oprichting van de Turkse omroep 'een signaal dat je serieus moet nemen'. Het signaal zegt: allochtonen krijgen van de omroepen te weinig aandacht. De ene groep, aldus De Wolf, zal dat sterker voelen dan de andere.
Net als de NPS gaat de VPRO één van de acht scenario's verfilmen. Er moet nog wel wat aan gebeuren, maar volgens De Wolf leert een beginnend scenarist het meest van het hele proces, dat wil zeggen van het schrijven, drie maal herschrijven, tot en met het verfilmen. Het komt dus neer op de bereidheid, de wil van een omroep een allochtoon talent die kans te bieden. De Wolf: 'Je moet die scenario's wat lankmoedig bekijken.'