Dit zijn de 40 beste albums van 2019

Het muzikale jaar zat vol magische pop, opgewekte dance, barokke pianoakkoorden en duistere, grommende elektronische tracks. En iets van eeuwigheid. Dit zijn de albums van 2019 die we willen blijven luisteren.

Waar letten we nu eigenlijk op als we ons zetten aan de jaarlijkse monsterklus, die soms net zoveel pijn doet als plezier oplevert? U bent het inmiddels misschien gewend, maar de muziekredactie van V doet al enige jaren aan democratische besluitvorming, als we de mooiste muziekalbums van het jaar willen vaststellen. Geen lijstjes van individuele recensenten. Dat vinden we te makkelijk. Want wat is dan eigenlijk precies de graadmeter? De smaak van de betreffende plaatbespreker?

Nee, wij van V doen lekker moeilijk. We komen samen, gooien al die mooie albums op een hoop en openen het debat over wat nu precies een goede plaat maakt. Op die manier worden smaak en persoonlijke voorkeuren wat minder belangrijk – en dat doet soms dus een beetje pijn, bijvoorbeeld omdat die ene topper die je al een jaar hebt stukgestreamd uiteindelijk niet door de jury komt.

Maar de voldoening volgt als we V’s lijst-der-lijsten uiteindelijk in de steigers hebben staan. Want de albums die daar plaatsnemen, in onze tombola van genres, hebben ook een partij eeuwigheidswaarde. Ze zijn gekozen door acht muziekmeningen bij elkaar, die samen misschien net iets meer zijn dan een mening. Ook omdat we in het juryberaad kijken naar echt voorname muziekzaken: is een album baanbrekend, of gewoon een leuke nieuwe plaat van die band die het altijd al aardig deed? Is een uitvoering van een orkest degelijk, of totaal vernieuwend?

U gaat het lezen, in de trendsettende topveertig die we hier voor u ontrollen. We werken toe naar de onbetwistbare en opzienbarende nummer 1, die het toch vrij verdrietige jaar 2019 een flinke stoot hoop en optimisme heeft gegeven. En de winnaar is...

De muziekrecensenten van V die gezamenlijk de top-40 samenstelden, hier voor platenzaak Concerto in Amsterdam. Vanaf links: Maartje Stokkers, Frits van der Waa, Pablo Cabenda, Robert van Gijssel, Menno Pot, Biëlla Luttmer en Merlijn Kerkhof. Gijsbert Kamer en Guido van Oorschot ontbreken op de foto, maar zijn wel degelijk medesamenstellers van V's jaarlijst. Foto: Daniel Cohen

4031

3021

2011

101

10

DANCE/ELEKTRONISCH

Alessandro Cortini

Volume Massimo

De Italiaan Alessandro Cortini is toetsenist bij de industriële herrieband Nine Inch Nails, maar zijn solocarrière begint spectaculaire vormen aan te nemen. Volume Massimo is een plaat die (net als de nummer 11 in dit overzicht) de luisteraar een halt toeroept. Cortini laat zijn (analoge) synths door een nachtelijk droomlandschap dwalen en de horror loert over zijn schouder mee. Soms doet zijn muziek denken aan de soundtracks van filmmaker John Carpenter, maar Cortini schept ook graag zijn eigen wonderwereld, die minstens zo angstaanjagend is. Het nummer La Storia bijvoorbeeld is een ontstellend goed elektronisch muziekstuk, dat de toptien van onze jaarlijst moest halen.

9

POP

Nick Cave

Ghosteen

Alles wat Nick Cave de laatste jaren aanraakt, verandert in goud, zo lijkt het. Origineel is het niet, deze zoveelste Cave in onze jaarlijkse toptien, maar we kunnen niet anders. Cave maakte een plaat over het tragische ongeval en overlijden van zijn zoon, en Ghosteen zou je haast als een posttraumatisch album kunnen beschouwen. Caves stem klinkt anders: de duivelse grom is verdwenen. Op Ghosteen lijkt hij eerder te jammeren en haast te croonen. De beelden die Cave oproept, zijn evocatief. De recensent zag rennende paarden met brandende manen en zwartgeblakerde vlinders. Maar aan het einde van de lange, donkere gang toch ook een witte schim, en mogelijk iets van de eeuwigheid. Amen.

8

KLASSIEK

Dirk Luijmes

Harmonium Atlas

Een knotsgek project, en wat mooi als het dan zó uitpakt. Dirk Luijmes is toetsenist in de breedste zin van het woord, maar vooral de eerste die je belt als je ensemble een harmonium nodig heeft. Hij maakte een staal- en landkaart van twee eeuwen traporgelmuziek, verdeeld over vier cd’s, geordend op regio. En zo laat hij de glorietijd van het harmonium herleven. ‘Luijmes volvoert deze odyssee met smaak, elegantie en grote behendigheid’, schreef de plaatbespreker van dienst. ‘Uit alles blijkt zijn meesterschap over dit unieke instrument. Broosheid met een grote kracht.’

7

POP

Fontaines D.C.

Dogrel

Gitaarbandjes, hallo, zijn jullie daar nog? Het zijn magere jaren voor de liefhebbers, maar als ze dan weer eens opduiken, is de ontroering ook groot. Een paar van de opwindendste ‘Britse’ gitaarbands, die zich dus laten voorstaan op een Brits geluid, waren dit jaar niet Brits maar Iers: Girl Band, The Murder Capital en vooral het op postpunk geënte Fontaines D.C. Hun plaat Dogrel slaat in als Definitely Maybe van Oasis, en schoot met raketkracht omhoog in vele jaarlijsten. En dus ook in die van ons. Dé rock-’n-rollplaat van 2019.

6

KLASSIEK

Arcadi Volodos

Schubert

Die Arcadi Volodos, was dat niet veel te zeer een ‘mooispeler’ voor Schubert? Met zijn album, met onder meer de Sonate in a-groot, blies de Rus menig scepticus omver – en ons ook. Als muziekrecensenten schrijven over ‘poëzie’ en je niet begrijpt wat ze daar in godsnaam mee bedoelen, beluister dan deze plaat. ‘Verstilling combineert hij met zijn vermogen zelfs de wildste muzikale fantasieën subtiel te realiseren’, schreef de een. ‘Hij is een meester die van het raadselachtig deinende tweede deel, Andantino, een aangrijpende mijmering maakt over eenzaamheid en lot, opstand en aanvaarding’, beweerde de ander. Wat kunnen we daar nog aan toevoegen?

5

HEAVY

Tool

Fear Inoculum

Het duurde even. Ja, de verschijningsdatum van deze vijfde Tool-plaat, dertien jaar na de vorige, maar ook de overgave die twee van de drie V-recensenten ervoeren bij Fear Inoculum, van de nog altijd raadselachtige rock- en metalband Tool. Fear Inoculum besluipt je, track na track. De tribaal aandoende riffs en drumbreaks zuigen je een moeras van euforische hardrock in, en hoe vaker je ze hoort, hoe hardnekkiger die vuist steeds gaten in de lucht wil slaan. De hoop van de Tool-fans op ooit nog een nieuwe plaat was bijna vervlogen, maar met Fear Inoculum kregen ze de misschien wel gaafste plaat uit het oeuvre. Wat een album, en wat een geweldige vocalen en teksten van Maynard James Keenan. De boosheid van de band is grotendeels verdwenen en heeft plaats gemaakt voor bezinning en breekbaarheid. Hoe blijf je relevant als de dagen beginnen te tellen, vraagt Keenan zich af. Nou, zo dus.

4

KLASSIEK

Gewandhausorchester o.l.v. Andris Nelsons

Bruckner 6 & 9

Bruckner is de nieuwe Mahler. Als in: de componist van symfonieën waarmee dirigenten zich moeten bewijzen. De Let Andris Nelsons is misschien wel de grootste âbruckneriaanâ van deze tijd. Met zijn Gewandhausorchester uit Leipzig â alerte en soms lucide klinkende strijkers, vol koper, kwiek hout â oogst hij diepe bewondering in Bruckners Zesde en Negende symfonie. âNelsons heeft een grandioos gevoel voor dynamiekâ, schreven we in de recensiekolommen van V. En: âNelsons weet de ritmische figuren goed te accentueren, zonder dat de ritmische nadruk het soms etherische en mysterieuze karakter tenietdoet.â De állermooiste klassieke plaat van het jaar werd dit niet, maar het scheelde weinig.

3

POP

Lana Del Rey

Norman Fucking Rockwell!

Tegen de nummer 1 kon dit jaar niemand op. Zelfs niet die ene andere Amerikaanse vrouw met magische popkrachten, al moest over de einduitslag natuurlijk worden gedebatteerd. Want tjonge, wat drong Lana Del Rey aan in deze jaarlijst. Bitterzoete, sensuele popsongs maken die de titelrollen leken van vergeten romantische films: daar was de zangeres altijd al goed in. Maar nu is er meer: samenhang, inhoud, vervreemding, teksten zoals niemand anders ze schrijft. En dan nog die geheel eigen sound, vol barokke pianoakkoorden, zwoele en op zijn tijd ontregelende gitaren en synths. Met Norman Fucking Rockwell! voegt Del Rey zich bij de groten, en dus nét onder onze popkampioen van 2019.

2

KLASSIEK

Les Siècles

Symphonie fantastique

Het was dit jaar een Berlioz-herdenkingsjaar: de Franse orkestvernieuwer overleed honderdvijftig jaar geleden. Er verschenen dus ook flink wat platen, maar deze stak alle andere naar de kroon. Berlioz’ Symphonie fantastique (1830) – programmamuziek waarin je de geguillotineerde kop van de ik-persoon kunt horen rollen – klonk bij het Franse orkest Les Siècles op instrumenten uit de tijd van de componist. Dirigent François-Xavier Roth en zijn orkest leggen de waanzinnige originaliteit van de partituur bloot. ‘Het bontst van al is het slotdeel’, vond de recensent. ‘Songe d’une nuit de sabbat, droom van een heksensabbat. Roth laat de fluiten en hobo’s net wat angstaanjagender van hun toon afglijden, het hout van de strijkstokken net wat ijselijker over de snaren kletteren. Nadat het oude gregoriaanse motief Dies irae (dag des toorns) er in onheilspellende flarden doorheen is gejaagd, blijf je happend naar adem achter.’

1

POP

Billie Eilish

When We All Fall Asleep, Where Do We Go

We gingen er eens goed voor zitten, in een Amsterdams café en dus in het openbaar, waar een eventueel handgemeen echt onacceptabel zou zijn. De beste plaat van het jaar volgens de popfactie in het recensentenbestand van V: altijd een fijne discussie. Die leuke, maar toch ook weer niet zó baanbrekende Ierse gitaarband? De eindelijk toch nog verschenen Tool? Lana Del Rey?

Maar eigenlijk wisten we allemaal wel hoe de slotsom van het jaarlijstdebat zou moeten luiden. Had de popwereld het afgelopen decennium een zo doorbrekend fenomeen als Billie Eilish mogen verwelkomen? Een zo ongelooflijk jonge, maar gruwelijk getalenteerde liedschrijver en zangeres? Natuurlijk niet. Billie Eilish (17) was voor dit jaar begon nog een rondzingend gerucht, en volgens de gelukkigen die haar al hadden ontdekt een belofte van iets groots dat nog komen zou. Maar met haar album When We All Fall Asleep, Where Do We Go? kraakte ze records. De hele wereld had het over Eilish, haar leeftijd, haar broer die haar composities perfectioneerde en aan elkaar musiceerde. En over het rolmodel dat de zangeres werd voor een hele generatie opgroeiende jongens en meiden die er soms ook weleens geen zin in hebben.

Op haar debuutalbum zingt Eilish over haar twijfels en horror, en over vrienden die aan hun eigen nachtmerries ten onder gaan. In soms pijnlijk volwassen pianoballades als When the Partyâs Over, of in duistere, grommende elektronische tracks als Xanny. Of de geweldige, enerverende nummers Bury a Friend en Bad Guy, die hele festivaltenten omver kunnen blazen â Lowlands kan erover meepraten.

Ja, er gebeurde echt iets bijzonders in dat Amsterdamse café. We waren het er binnen een minuut over eens dat we niet om de sensatie van Eilish heen konden en dat we haar opkomst moesten belonen met de hoogste notering. Ook omdat we de plaat allemaal nog steeds, negen maanden na verschijning, met plezier opzetten, keer na keer na keer. En ja, ook omdat we waarachtige fenomenen als Eilish in deze neppe tijden gewoon moeten koesteren en als het even kan op een voetstuk plaatsen. Dat laatste is dan bij dezen gebeurd.

En dit zijn de mooiste hoezen

expanded Bekijk ze hier