Lang heeft ze de ring niet gehad. Neeltje Schuit-Dorresteijn (79) weet nog dat ze hem in haar hand gedrukt kreeg, maar dat haar moeder hem meteen weer afpakte. ‘Die krijg je later’, zei ze. ‘Ik zal hem goed voor je bewaren.’
Wat moet je ook met een SS-ring? Een ‘rotring’ noemt ze het nu. ‘Een vijandig ding, ik vind hem verschrikkelijk.’ Maar als klein meisje besefte ze dat nog niet.
Neeltje woonde in de oorlog tegenover een bunker die de Duitsers in Alkmaar hadden gebouwd. Het diende als een knooppunt voor de telefoonverbindingen van de Atlantikwall, de Duitse verdedigingslinie langs de kust. Het was volgens haar één dag na de bevrijding toen ze als kleuter zag hoe daar een stoet Duitsers de stad uittrok.
‘We stonden natuurlijk langs de weg te kijken’, vertelt de Alkmaars, vanwege corona, via de telefoon. ‘Opeens loopt er een naar me toe en drukt hij die ring in mijn handen’, vertelt ze. De soldaat rende weer snel weg. En daar stond Neeltje met een ring met het SS-teken in haar handen. ‘Die SS’er moet hebben gedacht: ik wil ervan af.’