In Beeld
Deze hobbyisten gaan graag een weekendje weg in de Vietnamoorlog
Een gewapende oorlog is afschuwelijk, maar een historisch gewapend conflict náspelen is een heel ander verhaal. De honderd Nederlandse milsimmers kunnen daarover meepraten. Fotograaf Jan Mulders zocht de strijd op.
Je moet via de Lijsterlaan, de Reigerlaan en de Fazantlaan, en dan ben je in Maassluis nog maar één Ikea-inbouwkast verwijderd van de Tour of Duty. Edwin van Straaten wrikt een plank los in een zijkamertje van zijn huis, en zijn wapenarsenaal is te zien, replica’s van echt schiettuig, neppers dus.
In zijn kast liggen ook diverse ultrastrak gevouwen militaire kledingstukken en toebehoren, allemaal weer schoon op de plank na een weekendje Vietnam-oorlog in België. Van Straaten, lijstenmaker van beroep, was van vrijdag tot zondagmiddag als het ware in 1967 in het Zuid-Vietnamese Kon Tum City, als sergeant-majoor op de basis van de 1ste brigade 101 Airborne, 327ste infantery LRRP, 1st peloton.
War is hell was het adagium van deze Operation Cedar Falls, maar in Maassluis proeven we nu van de voortreffelijke appelkruimeltaart van mevrouw Van Straaten. Uitgevouwen op de keukentafel ligt de plattegrond van het grensgebied van Laos en Vietnam. Dit was de arena van deze milsim, de militaire simulatie, oftewel het voor je lol naspelen van gewapende militaire scenario’s. In dit geval puttend uit de Vietnam-oorlog (1955-1975), een oorlog tussen de door de Verenigde Staten gesteunde Zuid-Vietnam en het communistische Noord-Vietnam. Bij deze oorlog kwamen aan beide zijden 2,5 miljoen Vietnamezen om en bijna 60 duizend Amerikaanse soldaten. De Amerikanen moesten zich uiteindelijk terugtrekken.
Ronkend hoopje
Van Straaten bedacht de verhaallijn voor de vele Amerikaanse militairen, de dertien Vietnamese burgers/Vietcong-strijders en vijf soldaten van de Noord-Vietnam Army (NVA). Er waren vijf Vietnamese hutjes zo echt mogelijk nagebouwd, net als de Amerikaanse basis waar natuurlijk de muziek van Creedence Clearwater Revival uit de boxen schalde. Zelf had Van Straaten de pech dat hij met zijn long-range reconnaissance patrol, beter bekend als lurp’s, al snel de bietenbrug op ging. HIj hoorde iets sissen, en boem! Van zijn peloton bleef niets over dan ‘een ronkend hoopje gatenkaas’.
Het voordeel van milsim is dan wel dat je niet echt doodgaat. Je kunt tot leven komen (respawn), door een paar opdrachten uit te voeren. De wederopstanding van Van Straaten cum suis was dan ook van gelijke munt: een bloedbad van jewelste. Van de vijand bleef niets anders over dan ‘levenloze stukken warm vlees’, verkerend in ‘het grote niets’.
Milsim is trouwens een vertakking van airsoft, een schietspel voor verklede volwassenen in de vrije natuur, in Nederland ook door circa twintigduizend mensen gespeeld. Maar wat Van Straaten vaak ziet gebeuren in het airsoftgebeuren is dat bij sommige deelnemers na een paar jaar de verveling toeslaat. De vlag veroveren in een gek pak blijkt dan geen aantrekkelijke prikkel meer en en mensen gaan op zoek naar meer realistischer situaties. Ze komen uit bij de milsim. Samen met (captain) Kevin van Neerbos heeft Van Straaten om die reden het Milsim Training Centrum opgericht waar mensen leren hoe ze zo goed mogelijk een nepsoldaat kunnen worden. Naar schatting zijn er in Nederland honderd milsimmers.
Kameraadschap
Van Straaten kan zelf terugkijken op drie eerdere, buitenlandse milsim-operaties: als Farc-verzetsstrijder in Frankrijk, en in Engeland als soldaat tegen de taliban en tegen de Russen. Het is dus niet zo dat deelnemers in milsim zich bedienen van de authentiek militaria, dus precies de wapens en kleding claimen, horend bij de desbetreffende historisch kloppende krijgsverrichting. Als je geschiedenis zo precies mogelijk tot leven brengt, heet het re-enactment.
Wat Van Straaten waardeert in de milsim is de kameraadschap, de spanning, het buitenleven, het toneelspel en het militaire aspect. In militaire dienst, als onderofficier bij de pantserinfanterie, had hij het al gauw gezien, hij vond de beroepsmilitairen zonder uitzondering rare snijbonen. Dit is gewoon leuk om te doen, en meer niet. Een beetje stoer doen, en het enige dat je oploopt is een gat in je ego, en hoogstens een blauwe plek van de balletjes gemaakt van maismeel, zijnde de munitie.
Van de Vietnam-oorlog kan Van Straaten zeggen dat het de eerste oorlog is die hij bewust heeft meegemaakt, op televisie dan. Als vanzelf heeft hij de nodige filmische interpretaties tot zich genomen, zoals daar zijn Platoon, Full Metal Jacket, Deer Hunter en Apocalypse Now. Ook op de keukentafel een flinke stapel boeken over ‘Nam’, en natuurlijk heeft hij de documentairereeks van Ken Burns tot zich genomen. Grinnikend laat hij de scène zien uit Full Metal Jacket waarbij een door gunner vanuit een helikopter het vuur opent: ‘Get Some, Get Some.’
Pacifist
Het was een interessante oorlog, zegt hij dan ook, zonder echte veldslagen, een mission impossible voor de Amerikanen. Ze werkten zich in de shit tegen die guerrilla’s, die wachtten op wat komen ging. Zelf mag hij zich een pacifist noemen, die het nut niet inziet van een gewapend conflict, een confrontatie met alleen maar verliezers. Het voordeel van milsim is dat je kunt winnen.
Tijdens het weekendje België werd er ook gemarteld. Een voormalige commando die een Amerikaanse soldaat speelde, was de sjaak en werd met een tiewrap aan een boom vastgebonden. Halverwege de marteling werd hij toch losgemaakt omdat de gemartelde een paracetamol nodig had vanwege echte pijn in zijn kaak. Mocht trouwens zo’n scène iemand sowieso te veel worden, dan is de codezin: I want my mommy.
Oefening
Toen Operation Cedar Falls zondag op zijn einde liep, nam Van Straaten afscheid van de milsimmers, zoals van NVA-er Martijn Leeflang (33), in het echt planner in een sojafabriek. Ook ging brandweervrouw Dionne Reugebrink (29), de enige vrouwelijke deelnemer, weer naar huis. Daar wachtte haar partner, een militair van beroep, die weet hoe zwaar een oefening kan zijn. Kevin van Neerbos (37), die van 1999 tot 2005 beroepsmilitair was en in Bosnië heeft gediend, stond de dagen na de milsim weer voor de klas in het ROC Veiligheidscollege in Amsterdam.
En ook Van Straaten reed weer de Lijsterlaan in, de Reigerlaan en de Fazantlaan, om zijn auto voor zijn flat in Maassluis te parkeren. Hij was doodop, hij schatte drie uur te hebben geslapen. Het valt niet altijd mee om uit de de sfeer te komen van een milsim, je hebt toch iets meegemaakt. Niet dat hij zo bazig is thuis, of op zijn werk. In het echte leven loopt hij nooit voorop. Nee, hoor als hij zijn camouflagepak uittrekt is hij gewoon weer Edwin van Straaten, gezinsman en lijstenmaker uit Maassluis. Het is maar een spelletje.