Vrijspraak met harde waarschuwing

Een topman van een groot beursgenoteerd bedrijf die honderd effectentransacties per jaar uitvoert, loopt het risico om een keer in verdacht vaarwater terecht te komen. Boonstra realiseerde zich dat maar al te goed toen hij in maart 2000 - negen dagen na de aankoop van een pakket aandelen Endemol - bij Joop van den Ende en John de Mol aan tafel zat om het glas te heffen op de overname van hun bedrijf door het Spaanse Telefónica. Boonstra verkocht het pakket aandelen Endemol snel en zweeg - beschaamd over zoveel naïviteit.

Hij hoopte dat het allemaal zou overwaaien, maar dat deed het niet. Ruim drie jaar later moest Boonstra zich verantwoorden tegenover de rechter.

In de tussenliggende periode werd het imago van een van 's lands meest geslaagde captains of industry gesloopt. Commissariaten bij mooie Nederlandse ondernemingen als ABN Amro, Ahold en Heineken moest Boonsta laten varen. Nog pijnlijker was Boonstra's afscheidsfeest in het Concertgebouw. Zijn mooiste moment werd overschaduwd omdat het Openbaar Ministerie juist op die dag bekendmaakte dat de scheidend Philips-topman strafrechtelijk zou worden vervolgd.

Het was slechts een voorproefje van de behandeling ter zitting waarbij Boonstra moest accepteren dat vele details uit zijn priveleven over tafel gingen. Details over de twee gevoeligste thema's - geld en liefde - kwamen uitgebreid aan de orde. Zijn inmiddels beëindigde liefdesrelatie met Endemol-commissaris Sylvia Tóth en het beleggingspatroon van de voormalig Philips-topman behoorden tot de kern van de voorkenniszaak. Tóth werd als getuige gehoord en de beleggingsadviseurs van Boonstra moesten zelfs op zitting getuigen over het actieve beleggingsgedrag van hun cliënt.

Ondanks de vrijspraak voor handel met voorkennis, maakte de Amsterdamse rechtbank duidelijk hoe groot de risico's voor een actief beleggende bestuursvoorzitter zijn. Als commissaris van Ahold vergat Boonstra enkele transacties in Ahold-aandelen te melden bij de toezichthouder. Een faux pas beaamde Boonstra, die er blijkbaar nooit een been in had gezien om naast zijn topfunctie bij Philips en enkele commissariaten ook nog twee keer per week met zijn beleggingsadviseur te overleggen.

'Zeer laakbaar', kwalificeerde de rechtbank het te laat melden van de Ahold-transactie. Het levert de ooit zo ongenaakbare Boonstra een strafblad op en een boete van 135 duizend euro. Geen gering bedrag, maar slechts een fractie van de immateriële schade die Boonstra heeft opgelopen. Een duidelijker signaal kan de top van het Nederlandse bedrijfsleven niet krijgen.