Recordvordering tegen Joep van den Nieuwenhuyzen gaat niet door
De rechtbank van Rotterdam heeft het Openbaar Ministerie niet ontvankelijk verklaard in de plukze-zaak tegen zakenman Joep van den Nieuwenhuyzen. Dat meldt de NOS. De zaak kwam voort uit het Rotterdamse havenschandaal. Het OM wilde 111 miljoen euro van de zakenman ontnemen.
Aanvankelijk wilde het OM de zakenman voor 42 miljoen plukken, maar dit werd drie weken geleden verhoogd naar 111 miljoen, het hoogste bedrag dat ooit in een ontnemingszaak is geëist. Dat is volgens het OM het bedrag dat Van Nieuwenhuyzen heeft verdiend aan corruptie. De rechtbank heeft nu bepaald dat die vordering te laat kwam. De oude claim van 42 miljoen blijft wel staan.
Van den Nieuwenhuyzen knapte in de jaren tachtig slechtlopende bedrijven op tot winstgevende ondernemingen. Hij leende 180 miljoen euro van banken voor de Rotterdamse scheepswerf RDM. Dit leidde tot het zogenoemde havenschandaal.
Op basis van de valse documenten stond het Havenbedrijf Rotterdam, waar Willem Scholten toen directeur was, garant voor leningen van tientallen miljoenen euro's aan RDM. Toen bleek dat RDM de leningen niet kon terugbetalen, werd het Havenbedrijf en daarmee de gemeente Rotterdam daarop aangesproken.
Bedrijvendokter
In 2004 werd duidelijk dat 'bedrijvendokter' Van den Nieuwenhuyzen (59) de spilfiguur was in het havenschandaal. Daarbij kocht hij Willem Scholten (71), de toenmalig directeur van de Rotterdamse haven, om in ruil voor tientallen miljoenen euro's aan bankgaranties - geld dat Van den Nieuwenhuyzen onder andere gebruikte om de vervallen 'Grande Dame' van de Holland-Amerika Lijn, de ss Rotterdam, te verbouwen tot uitgaanspaleis.
Naast de overgemaakte steekpenningen mocht Scholten ook onbeperkt gebruikmaken van het Antwerpse appartement van Van den Nieuwenhuyzen. Het is niet duidelijk waar de miljoenen van de leningen zijn gebleven.
De rechter oordeelde vorig jaar dat Van den Nieuwenhuyzen en Scholten betrokken waren bij omkoping. Zakenman Van den Nieuwenhuyzen kreeg uiteindelijk een gevangenisstraf van 1 jaar waarvan 285 dagen voorwaardelijk. Na aftrek van zijn voorarrest hoefde hij alleen een boete van 150 duizend euro te betalen. Scholten kreeg een geheel voorwaardelijke celstraf (12 maanden) en een geldboete van 75 duizend euro. Momenteel loopt er nog een cassatiezaak bij de Hoge Raad.
