Provincie, poen, probleem

Dat provincies Essent willen verkopen, bewijst weer eens dat publieke aandeelhouders het maatschappelijk belang uit het oog verliezen, stelt Marcel Canoy....

Marcel Canoy.

De overname van Essent door RWE bewijst andermaal hoe moeilijk het is voor publieke aandeelhouders om een privatisering goed te managen.

In een ideaalsituatie besluiten de publieke aandeelhouders Essent te verkopen omdat de koper beter dan de huidige eigenaar in staat is de publieke belangen in de toekomst te behartigen. Bijvoorbeeld doordat de nieuwe eigenaar efficiënter is, bruikbare specifieke kennis heeft, of als hij een grotere financiële armslag heeft om investeringen te doen.

Bij de overname kunnen de aandeelhouders eventueel eisen dat de nieuwe eigenaar de toekomstige publieke belangen verankert. Omdat de aandeelhouders publiek zijn, kunnen ze de opbrengst terugsluizen naar andere publieke doelen. Niet gek, juist in tijden van een kredietcrisis. Helaas is deze ideaalsituatie om meerdere redenen ver buiten bereik.

Ten eerste is nog niet duidelijk hoe de publieke belangen geborgd gaan worden. Weliswaar heeft RWE meer financiële middelen dan Essent en zegt het de intentie te hebben te investeren, maar wat als daarvan niets terechtkomt? Buitenlandse privatiseringstrajecten leren namelijk dat de lange termijninvesteringen nogal eens worden opgeofferd aan kortetermijnbelangen van aandeelhouders.

Ten tweede zijn er zorgen over de duurzaamheidsstrategie van RWE. Duidelijk zal moeten worden dat de nationale overheid voldoende bevoegdheden overhoudt om milieueisen aan RWE op te leggen.

Ten derde lijkt het erop dat de motivatie om Essent te verkopen deels gelegen is in de aantrekkelijke opbrengsten. Dat is bedenkelijk. De provincies moeten primair aan het langetermijnbelang van energieconsumenten denken. Daar kan een privatisering prima in passen, maar opbrengsten zijn daarbij secundair. De over elkaar heen buitelende provinciale weldoeners wekken weinig vertrouwen op dat vlak.

Ook hebben meerdere provincies zichzelf een financieel-economisch brevet van onvermogen uitgereikt door te gaan grasduinen in IJslandse banken. Dat feit op zich is al verontrustend, maar echt schokkend waren de reacties van de provincies nadat het bekend was geworden. Ze hadden niets fout gedaan en wilden van minister Bos even vangen. Het was toch immers ook in het belang van de belastingbetaler als er hoge rendementen gehaald werden? Net alsof er geen evidente relatie is tussen rendement en risico.

Ten vierde zorgden de energiebedrijven voor een zekere en permanente stroom opbrengsten. Na verkoop komt er een bedrag in één keer vrij. Idealiter is dat bedrag zo hoog dat de provincies over de tijd uitgesmeerd hogere maatschappelijke rendementen kunnen halen dan nu. Helaas heeft de overheid bepaald geen geweldige reputatie op dit gebied. Zo worden de gasbaten weliswaar niet echt verjubeld, maar ook niet duurzaam besteed. Het blijkt moeilijk grote bedragen goed weg te zetten.

Bos kan honderd keer dreigen met straffen voor provincies die opbrengsten verjubelen, maar hoe gaat hij dat beoordelen? Er zal een heel lobbycircus op gang komen en ongetwijfeld zullen glimmende rapporten ‘aantonen’ welke prachtige baten ons te wachten staan.

Het beste dat de nationale overheid kan doen, is eisen stellen aan de manier waarop de opbrengst wordt verdeeld. De nationale overheid heeft een controlerende taak op het prudent besteden van middelen op provinciaal niveau en dient deze verantwoordelijkheid nu slim vorm te geven, bijvoorbeeld door het inrichten van een fonds waar men niet zomaar mag aankomen.

Daarmee is de achilleshiel blootgelegd van publiek aandeelhouderschap. Zolang de tent draait, is er iets voor te zeggen publieke belangen via publiek aandeelhouderschap te borgen. Maar één aspect van aandeelhouderschap is te verkopen op een moment dat de tijd daarvoor rijp is. Bij die beslissing kan het flink misgaan. De opbrengsten spelen een te grote rol en bij het besteden van de opbrengsten hou ik mijn hart vast.

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden