Nederlands bouwbedrijf betaalde honderden miljoenen smeergeld aan koningshuis Saoedi-Arabië, onthult omroep Human
Bouwbedrijf Ballast Nedam zou jarenlang smeergeld hebben betaald aan koning Fahd van Saoedi-Arabië en zijn opvolger koning Abdullah. In de schaduwboekhouding van het bedrijf zouden de twee worden aangeduid als respectievelijk 'Bassie' en 'Adriaan'. Dat meldt omroep Human vanavond in de documentaire 'Inzake Saoedi-Arabië' over de zaak.
Eind 2012 trof Ballast Nedam al een schikking met het Nederlandse Openbaar Ministerie wegens het betalen van steekpenningen in Saoedi-Arabië en Suriname. Die betalingen zouden hebben plaatsgevonden tussen 1996 en 2003. Tijdens het onderzoek naar de zaak overhandigde het bedrijf in 2011 de schaduwboekhouding aan de Nederlandse justitie. Human kreeg inzage in het dossier van de Fiscale Inlichtingen- en Opsporingsdienst over de affaire.
Ook twee neven van de koning, zakenman en miljardair prins Alwaleed bin Talal en voormalig hoofd van de geheime dienst prins Bandar bin Sultan, zouden vele miljoenen hebben ontvangen van de Nederlandse bouwer. In een proces-verbaal van de FIOD dat is gebaseerd op de schaduwboekhouding kregen zij de schuilnamen 'Tijger' en 'Bink'. In hetzelfde proces-verbaal worden koning Fahd en zijn opvolger Abdullah genoemd. De eerste overleed in 2005, zijn opvolger in 2015.
Opdrachten
Ballast Nedam zou het smeergeld hebben betaald in ruil voor grote bouwopdrachten. Het geld werd overgemaakt naar rechtspersonen in onder meer Liechtenstein, de Britse Maagdeneilanden, Cyprus, Jersey en andere landen. Volgens de FIOD zijn 'leden van de Koninklijke familie van Saoedi-Arabië' de uiteindelijke belanghebbenden bij deze rechtspersonen.
Tot de opdrachten zou het aanpassen van twee vliegvelden in Saoudi-Arabië behoren. Die moesten geschikt worden gemaakt voor het landen van F-15 gevechtstoestellen van de Saoedische lucthmacht. De FIOD vermoedt dat Ballast Nedam voor de klus 316 miljoen dollar (bijna 300 miljoen euro) aan smeergeld hebben overgemaakt aan een bedrijfje in Liechtenstein, dat zou toebehoren aan Alwaleed bin Talal.
Het geld kwam niet uit de zak van Ballast Nedam, maar zou zijn verkregen door 'overfactureren'; het smeergeld als een verhoging van het bedrag dat werkelijk voor de werkzaamheden werd opgevoerd. Op de rekening voor het aanpassen van de vliegvelden aan de Saoedische luchtmacht stond een totaalbedrag van 580 miljoen dollar. Ook de latere koning Abdullah zou, toen hij nog minister van Defensie was, geld hebben ontvangen dat als opslag in rekening was gebracht voor militaire werken.
In totaal zou Alwaleed bin Talal een half miljard dollar hebben verdiend aan de 'samenwerking' met Ballast Nedam. Human vroeg de prins om een reactie op het vermoeden van de FIOD, maar kreeg geen antwoord. Hij verklaarde eerder dat hij 'eerlijk werk' deed voor de Nederlandse bouwer.
Het Openbaar Ministerie stelt in de uitzending dat het 'over niet alle personen rechtsmacht heeft, dan wel was er te weinig bewijs om tot vervolging over te gaan.' De aanklager schikte de zaak: Ballast Nedam betaalde de hoogst mogelijke boete van 5 miljoen euro en ziet af van een vordering op de Belastingdienst van 12,5 miljoen euro. Human: 'Omdat de zaak niet voor de rechter komt, werden de resultaten van het FIOD onderzoek niet openbaar.'
Hoever gaan Nederlandse ondernemers in zakendoen met Saoedi-Arabië en wat levert het op? Vanavond 21u @NPO2 https://t.co/WUn9H4C9Uh #2Doc pic.twitter.com/kLosbWLXlr
— 2Doc.nl (@2Docnl) 26 februari 2017
Witwassen
Twee oud-leidinggevenden van het bedrijf moeten binnenkort wel voor de rechter verschijnen op verdenking van witwassen. Ze zouden een deel van het smeergeld voor zichzelf hebben gehouden. In die zaak wil een van de verdachten een getuige horen in Saoedi-Arabië. De rechter-commissaris gaf daar toestemming voor in oktober 2014. Via het ministerie van Veiligheid en Justitie adviseert het ministerie van Buitenlandse Zaken in 2015 echter negatief over die actie. Een rechtshulpverzoek aan Saoedi-Arabië wordt 'niet opportuun geacht vanwege de huidige bilaterale betrekkingen, de status van betrokkenen en de mogelijke risico's voor de te horen getuige.' Ook een herhaald verzoek wordt afgewezen met een verwijzing naar de 'vragen over de betrokkenheid van een lid van het koninklijk huis in Saoedi-Arabië' die 'niet wenselijk worden geacht voor de bilaterale betrekkingen'.
Op 12 januari van 2016 laat het Openbaar Ministerie weten het eens te zijn met die afwijzing: 'Het lijkt hoe dan ook niet verstandig om Saoedische onderdanen, met het huidige regime, in of buiten hun land bloot te stellen aan ondervraging inzake omkoping van Saoedische overheidsdienaren. Dit gezien het soort represailles die de Saoedische overheid neemt tegen onwelgevallige uitingen, welke represailles de laatste tijd ook veel in het nieuws zijn geweest.'
In 2015 werd Ballast Nedam verkocht aan het Turkse Renaissance. Het bedrijf verkeerde in grote financiële nood na kostenoverschrijdingen bij werken aan de snelwegen A2 en A15. Ook werd het bedrijf achtervolgd door de reputatieschade die het opliep na onder meer de smeergeldschikking van 2012. Ook waren er aanwijzingen dat het bedrijf twee medewerkers van projectontwikkelaar van woningcorporaties had omgekocht. Dat laatste leidde overigens niet tot strafrechtelijke vervolging.
Omkoping van Nederlandse bedrijven
SBM Offshore
SBM Offshore, toeleverancier voor de olie- en gasindustrie, worstelt nog steeds met de gevolgen van de veronderstelde betaling van 250 miljoen dollar aan steekpenningen in Angola, Brazilië en Equatoriaal Guinee. Een schikking met de Braziliaanse justitie ketste af. Onlangs maakte de Amerikaanse justitie bekend het onderzoek naar de omkopingszaken tussen 2005 en 2011 te heropenen. Medewerkers van SBM kochten onder anderen medewerkers om van het Braziliaanse staatsoliebedrijf Petrobras.
Boskalis
Op het eiland Mauritius loopt nog steeds de strafzaak rond de omkoping van de havenautoriteiten van hoofdstad Port Louis in 2006 door het Nederlandse baggerbedrijf Boskalis. De onderneming heeft bekend 100 duizend euro te hebben betaald om de opdracht te krijgen voor het uitdiepen van de havengeul.
SHV
Een dochteronderneming van het Nederlandse SHV, Econosto Mideast in Dubai, werd eind 2015 inderhaast ontmanteld. NRC Handelsblad meldde zaterdag dat het bedrijf jaarlijks ongeveer 1 miljoen euro betaalde aan inkopers van klanten voor opdrachten.
Shell
In 2010 betaalde Shell 45 miljoen euro aan de Nigeriaanse justitie als schikking na omkoping van douanebeambten. Vorig jaar deden de FIOD en justitie onderzoek in het hoofdkantoor van Shell, op verdenking van omkoping rond een oliecontract in Nigeria.
Royal Schelde
Bij de verkoop door de Nederlandse regering van vier gebruikte fregatten aan Chili, in 2004, heeft de Vlissingse marinewerf Royal Schelde volgens de Chileense justitie 800 duizend dollar aan steekpenningen betaald.