Nieuws

Nederlanders blijven ook na corona en inflatie doorsparen

Ondanks de torenhoge inflatie spaarden huishoudens het afgelopen jaar tientallen miljarden euro’s. Daarmee zet de spaartrend uit de coronajaren door. Al is een financiële buffer lang niet voor alle huishoudens weggelegd.

Anna de Haas
Het 50 jaar oude gebouw van De Nederlandsche Bank (DNB) in Amsterdam wordt gerenoveerd. In 2024 moet de renovatie voltooid zijn. Beeld ANP / Berlinda van Dam
Het 50 jaar oude gebouw van De Nederlandsche Bank (DNB) in Amsterdam wordt gerenoveerd. In 2024 moet de renovatie voltooid zijn.Beeld ANP / Berlinda van Dam

In totaal staat er nu 562,5 miljard euro aan spaartegoeden op de Nederlandse betaal- en spaarrekeningen. Dat is ruim 34 miljard euro meer dan in 2021, blijkt uit cijfers van De Nederlandsche Bank (DNB). De groei van de banktegoeden in 2022 is daarmee bijna gelijk aan die in de coronajaren, toen Nederlanders door de wereldwijde lockdowns minder geld konden uitgeven buitenshuis.

Dat de spaartegoeden ook na de coronapandemie flink groeien, is opvallend. Niet alleen werd het afgelopen jaar weer meer geld uitgegeven in de horeca en aan vakanties, door de torenhoge inflatie moesten huishoudens ook extra geld vrijmaken voor hun energiegebruik en boodschappen.

Toch wisten alle huishoudens gezamenlijk ruim drie keer zoveel geld opzij te zetten als in de jaren voor de coronacrisis − toen gemiddeld ‘slechts’ 9,2 miljard euro per jaar werd gespaard. Dat is best uitzonderlijk, aldus een woordvoerder van DNB. Afgelopen jaar werden zelfs in december reserves opgebouwd, terwijl het spaargeld normaal juist in rook opgaat in die feestmaand.

Onzekerheid leidt tot meer sparen

De grote spaardrang is volgens de toezichthouder deels te verklaren door de onzekere economische vooruitzichten. ‘Mensen willen uit voorzorg wat geld apart zetten voor moeilijke tijden.’ Mogelijk spelen daarnaast de energietoeslagen en de inflatiecompensatie van werkgevers een rol. ‘Mensen die dat geld niet meteen nodig hadden, konden dat op een spaarrekening zetten.’

null Beeld

Grote verschillen tussen spaarders

Dat het opbouwen van een financiële buffer in trek is, beaamt Amanda Bulthuis van vergelijkingssite Geld.nl. ‘Grote uitgaven, zoals de aankoop van een nieuwe auto of een verbouwing, stellen mensen liever nog even uit. Dat geld zetten ze nu apart.’

Maar, stelt Bulthuis, niet iedereen heeft die luxe. ‘De cijfers kunnen onterecht het beeld geven dat we vorig jaar een hoop geld overhielden, terwijl er genoeg huishoudens zijn die amper konden sparen of zelfs hun spaargeld moesten gebruiken om rond te komen.’

Ook uit eerdere cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) blijkt dat de verschillen in Nederland groot zijn. Zo had 10 procent van de huishoudens in 2021 meer dan een ton spaartegoed bij de bank, terwijl de ‘armste’ 20 procent minder dan 2.500 euro had. ‘De kans is groot dat juist de huishoudens met minder vermogen hun reserves moesten aanbreken vorig jaar’, aldus Bulthuis.

Het afgelopen jaar werd ook meer geld uitgegeven in de horeca Beeld ANP /  ANP
Het afgelopen jaar werd ook meer geld uitgegeven in de horecaBeeld ANP / ANP

Huishoudens kunnen ook gemakkelijker een beroep doen op hun spaargeld nu bijna tweederde daarvan op een vrij opneembare spaarrekening staat. Daardoor kan de rekeninghouder het geld op elk gewenst moment opnemen. Bovendien staat het gros van het resterende spaargeld (131,5 miljard euro) op een reguliere betaalrekening. Slechts een klein deel van al het spaargeld (61,1 miljard euro) staat op spaarrekeningen met een vaste looptijd, zoals spaarhypotheken en bouwdeposito’s.

Sparen loont weer

Naast de financieel onzekere tijden wordt de spaartrend volgens DNB ook aangewakkerd door oplopende spaarrentes. ‘Toen de rente laag was, zag je dat mensen hun geld liever in crypto’s of aandelen staken’, legt Bulthuis uit. Maar in lijn met renteverhogingen van de Europese Centrale Bank (ECB), verhoogden de grootbanken hun spaarrentes in de loop van 2022 voorzichtig, waardoor het na jaren van negatieve rente weer aantrekkelijk werd om geld bij de bank te stallen.

Wel was het effect van de hogere spaarrentes vorig jaar nog gering. Van de ruim 34 miljard euro aan extra spaartegoed was slechts 0,5 miljard euro te danken aan de bijgeschreven rente. Dat is het laagste rentebedrag sinds DNB de cijfers eind jaren negentig ging bijhouden.

In 2023 zal waarschijnlijk meer rente worden bijgeschreven, aangezien de spaarrentes verder stijgen. Onder meer ABN Amro en Rabobank kondigden afgelopen week al renteverhogingen aan. Bovendien wordt verwacht dat de ECB donderdag opnieuw een renteverhoging aankondigt voor de eurozone. Maar of het sparen daardoor veel meer gaat opleveren, blijft lastig te voorspellen, benadrukken zowel DNB als Bulthuis. ‘Dat zal ook afhangen van de economische omstandigheden en de keuzes van de spaarders zelf.’

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden