Hoge Raad: persoonlijke omstandigheden tellen weer mee bij ontslagvergoeding
De Hoge Raad heeft een deel van de versobering van de ontslagvergoeding uit 2015 ongedaan gemaakt. Met maatwerk door de rechter gaan de persoonlijke omstandigheden van de werknemer in sommige gevallen toch weer meetellen.
Werknemers die in strijd met de wettelijke regels door hun werkgever zijn ontslagen, kunnen via de rechter een schadevergoeding eisen voor het loon dat ze door dat onterechte ontslag mislopen. De kansen op een nieuwe baan en het arbeidsverleden mogen daarbij zwaar meetellen.
Het betreffende arrest, van afgelopen vrijdag, kan gevolgen hebben voor enkele honderden mensen per jaar. 'Het kan lelijk in de papieren lopen, maar de individuele rechtvaardigheid is terug in het ontslagrecht', zegt Stefan Sagel, hoogleraar arbeidsrecht in Leiden en advocaat bij De Brauw. Hij stapte voor een ontslagen kapster naar de Hoge Raad.
Bestraffend tikje
'Zeker voor werknemers die altijd goed hebben gefunctioneerd en nog lang hadden kunnen doorwerken, zal flink moeten worden betaald. De Hoge Raad zegt dat vooral moet worden gekeken naar de schadelijke gevolgen voor een werknemer. Tot nu toe deelde de rechter een bestraffend tikje uit op de vingers van werkgevers die de regels overtreden. De Hoge Raad vindt die benadering te beperkt. Het gaat er niet om de werkgever te straffen, maar om wat billijk is voor de werknemer.'
De ontslagvergoeding is in juli 2015 versoberd. Wie twee jaar of langer bij een bedrijf heeft gewerkt, heeft recht op een 'transitievergoeding' van maximaal 76 duizend euro of een jaarsalaris. Daarmee kwam een einde aan de gouden handdruk van soms enkele tonnen die vooral ouderen bij ontslag konden meekrijgen. Naast de transitievergoeding is er een zogenoemde billijke vergoeding als de werkgever zich heeft misdragen. Daarvoor moet een ontslagen werknemer dan wel naar de rechter. De bedragen die tot dusver werden toegekend liepen nogal uiteen en hingen af van de rechtbank. Ze varieerden van één tot 26 maandsalarissen.
In de zaak waarover de Hoge Raad zich heeft gebogen, draait het om een kapster die na 25 jaar werd ontslagen toen de kapsalon in handen kwam van nieuwe eigenaren. De kapster, met een vaste baan voor 4,5 uur per week en een inkomen van 224,51 euro bruto per maand, kreeg na tussenkomst van de rechter naast een transitievergoeding van 1.596 euro een billijke vergoeding van 4.000 euro mee. Dat laatste gold vooral als straf voor de kapsalon en moet voorkomen dat de werkgever nog eens ten onrechte personeel ontslaat.
'Ik hoorde buiten voor de deur van de kapperszaak dat ik was ontslagen'
De nieuwe eigenaren van de kapsalon waar José bijna 25 jaar in dienst is, willen van haar af. In haar vakantie wordt ze ontslagen en ze krijgt geen transitievergoeding. José stapt naar de rechter. Lees het interview hier (+).
Zestien maandsalarissen
'Van dit soort bedragen schrikken werkgevers niet', zegt Sagel. De advocate van de kapster had een extra billijke vergoeding van 57.699,07 euro bruto geëist: het salaris dat de kapster tot haar pensioen misloopt. De kapster, met vier kinderen, heeft nog geen nieuwe baan.
De Hoge Raad heeft nu in elk geval bepaald dat werknemers recht hebben op maatwerk, zegt Evert Verhulp, hoogleraar arbeidsrecht aan de Universiteit van Amsterdam. 'De komende jaren moet blijken hoe de rechters de schade in dit soort zaken gaan berekenen. 4.000 euro in het geval van de kapster is natuurlijk niet genoeg om te voorkomen dat een werkgever dit soort fratsen uithaalt. Voor de kapster is het wel ongeveer zestien maandsalarissen.'
Een rechter gaat zich nu opnieuw buigen over de eis van bijna 60 duizend euro en bepalen wat billijk is.