ColumnFrank Kalshoven
Dit is een vrolijk en deugdelijk plan voor 50 procent natuur (én meer woningen)
Zullen we zestienduizend boerenbedrijven kopen? Zo eindigden we vorige week. Minder boerenbedrijven (die geen opvolger kunnen vinden), meer ruimte voor natuur en bebouwing. Deze week doen we er een schepje bovenop, want er bestaat een interessant plan, economisch deugdelijk, dat voorziet in 50 procent natuur in Nederland. Klinkt onmogelijk. Is toch haalbaar.
Dankzij een lezerstip kwam ik op de website van Natuurrijk Nederland, gemaakt door twee enthousiastelingen, Iman Stratenus (jurist, consultant) en Folef van Nispen (uitgever). Buitenstaanders dus, die fris aan de slag zijn gegaan.
Voor hun plan maken ze handig gebruik van het verschil tussen de prijs van agrarische grond (grofweg 60 duizend euro per hectare) en die van bouwgrond (260 euro per vierkante meter dus 2,6 miljoen euro per hectare). Koop agrarische grond op, reserveer een piepklein deel ervan voor woningbouw, en met de verkoop van de woningbouwgrond betaal je de agrarische grondeigenaren. Zo simpel kan het zijn.
Nog concreter. Het duo stelt als doel dat de helft van Nederland natuur wordt, wat om allerlei redenen waarop ik nu niet zal ingaan, een aantrekkelijk idee is. Hiertoe zou 1,2 miljoen hectare landbouwgrond moeten worden opgekocht.
Vrijwilligheid vinden de twee belangrijk. Dus landbouwers worden niet gedwongen maar verleid met een premie van 40 procent boven op de marktprijs van hun grond. Landbouwers kunnen ook kiezen voor omschakeling van industriële naar ‘natuurinclusieve kringlooplandbouw’. In dat geval daalt hun winst, en dat compenseert het duo dan in hun sommen even ruimhartig. Door al deze feestelijkheid lopen de kosten van het opkopen van grond plus het beplanten ervan met 3 miljard bomen op tot grofweg 100 miljard euro.
Hoeveel grond moet je dan opzijzetten voor woningbouw om financieel quitte te draaien? Zo’n 50 duizend hectare à 2,6 miljoen is ruim zat, ook als door het extra aanbod de prijs wat zal dalen. Op deze hectares is makkelijk ruimte voor één miljoen woningen.
Zijn er bezwaren? Consequenties vooral. Dit plan heeft een baas nodig. Een instantie die boeren betaalt, ruilverkaveling organiseert waar dat nodig is, woningbouwlocaties aanwijst, bouwgrond verkoopt, et cetera. Landelijke regie dus. En de politiek moet het idee, met uitgewerkte details en al, nog ‘even’ omarmen.
Zijn er echt geen bezwaren? Iemand zou er op kunnen wijzen dat dit plan positief is voor betrokken landbouwers (vrijwillig, dikke premie) en voor burgers in Nederland (minder vervuiling, meer natuur, meer woningen), maar negatief uitpakt voor mensen elders. Nederland, nu de tweede voedselexporteur ter wereld, gaat immers minder voedsel produceren en exporteren. Is dat erg?
Welnee. Dat Nederland ‘tweede voedselexporteur’ is, klopt, maar het is vooral een handig frame van de landbouwlobby. Het aandeel van Nederland in de mondiale voedselproductie is bescheiden, zeer bescheiden. Klik zelf maar eens rond op de leuke website van Our World in Data. Zelfs in producten waarin Nederland is gespecialiseerd (aardappelen en suikerbieten bijvoorbeeld) is het wereldmarkaandeel in de fysieke productie (tonnen) maar zo’n 2 procent. Nederland is ook relatief sterk in bijvoorbeeld vlees (wereldaandeel: 1 procent) en eieren (700 ton in 2018 is veel, maar de wereldproductie beliep 82 miljoen ton).
De wereld, kunnen we rustig stellen, zal niet van de honger omkomen als de voedselproductie in Nederland afneemt. Afname van de voedselexport is bovendien gunstig voor de (thans zeer onevenwichtige) betalingsbalans.
Zo maar doen dan.
Frank Kalshoven is directeur van De Argumentenfabriek. Reageren? Email: frank@argumentenfabriek.nl.