De kolchoz is niet meer, behalve in Wit-Rusland
Manager Starovoitov Konstantinovitsj was trots op zíjn kolchoz. De Sovjet-Unie verdween. De manager wilde veranderingen. Maar dat was tevergeefs. Rassvet verviel....
Hij herinnert zich de tijd dat ze vijf miljoen dollar op hun spaarrekening hadden staan. De jaren waarin ze ruim duizend hectare land tot hun beschikking hadden, hun veestapel 13 duizend runderen telde, de aardappeloogst een recordhoogte bereikte en waarin landbouwexperts uit de VS, Australië, Frankrijk en Duitsland op bezoek kwamen om het geheim van hun kolchoz, Rassvet in het dorp Mysjkovitsji in het zuidoosten van Wit-Rusland, te achterhalen.
En hij was hun manager, Starovoitov Vassili Konstantinovitsj, tachtig nu. Ach ja, de jaren zeventig, die goeie ouwe Sovjet-Unie. Hij haalt drie boeken uit de kast en wijst op foto's - 'hier, ons bedrijf'. Nu, drie decennia later, koestert enkel het regime in Wit-Rusland nog de kolchozen, de collectieve boerderijen - inmiddels het vermolmde icoon van een gewezen supermacht. Konstantinovitsj: 'Ach, we praten over kolchozen, maar eigenlijk bestaan die al niet meer. In de Sovjet-Unie draaide dat systeem efficiënt. Maar wat stelt Wit-Rusland nu voor?
'Eind jaren zeventig waren in heel Wit-Rusland bijna drieduizend kolchozen. Natuurlijk mislukte in dat systeem ook weleens een oogst, maar door de uitgestrektheid van de Sovjet-Unie konden die tegenslagen makkelijk opgevangen worden. Mislukte een oogst in Wit-Rusland, dan werd dat wel gecompenseerd doordat bijvoorbeeld in Oekraïne of Georgië de oogsten extra goed waren geweest. Nu Wit-Rusland het helemaal alleen moet doen, is het systeem veel kwetsbaarder, het is. . .
- Een waanidee geworden?
Konstantinovitsj: 'Kijkt u rond en oordeel.'
De dorpswinkel in Mysjkovitsji, naar verluidt ooit rijk gevuld met de produkten van de eigen akkers, toont voornamelijk lege schappen. Veel boerderijen zijn verwaarloosd, sommige zelfs verlaten. Het dorp telt 3200 inwoners, tegenover 5000 in de jaren tachtig - de jeugd is naar de grote stad, Minsk, getrokken.
En Rassvet is, volgens economen en (onafhankelijke) landbouwexperts in Wit-Rusland, nog een gunstig geval. Het gros van de kolchozen is failliet, al tracht president Alexander Loekasjenko met astronomische subsidies de illusie levend te houden. De staat betaalt onverminderd de salarissen en pensioenen van de boeren terwijl de agrarische opbrengst per jaar krimpt.
De subsidies leveren de president tijdens verkiezingen weliswaar brede steun op op het plattelend, maar zullen volgens Konstantinovitsj nimmer een herleving van de agrarische sector teweeg kunnen brengen. Mede door de economische boycot die de EU en VS tegen de dictatuur in Minsk hebben afgekondigd, is Wit-Rusland in technologisch opzicht zo achterop geraakt dat modernisering van de agrarische sector haast onmogelijk is.
Konstantinovitsj: 'Je kunt een boer wel trouw elke maand zijn salaris betalen, maar daardoor zullen de koeien van die boer heus geen extra melk geven. Je kunt hem een dure tractor geven, maar daardoor zal het graan echt niet sneller groeien. Kunstmest, bestrijdingsmiddelen, technieken voor plantveredeling, dat is vaak belangrijker. En op dat gebied komen we tekort.'
Begin jaren '80 al voorzag Starovoitov Vassili Konstantinovitsj hoe ze zich dienden te prepareren voor de 21ste eeuw. Met een delegatie van landbouwexperts uit de Sovjet-Unie bezocht hij Nederland ('ik zag hoe je kassen moet gebruiken') en de Verenigde Staten ('wij waren efficiënt, zij efficiënt én creatief') en vatte zijn ervaringen samen in een hervormingsplan. Particulier belang, dát was wat hem het meest had getroffen in het buitenland.
Het was in Iowa, meent hij zich te herinneren, op een maisplantage. Konstantinovitsj: 'Een meegereisd lid van het ministerie van Landbouw nam mij apart en vroeg: ''Vassili, wat denk je?'' Ik zei: ''Deze Yankees hebben evenveel machines en evenveel mankracht als wij, maar ze werken drie keer zo hard. Deze boeren werken voor zichzelf en niet voor een paar oude mannen in het Witte Huis.'' Ik weet het nog goed, de man van het ministerie knikte.'
Als lid van de Opperste Sovjet presenteerde Konstantinovitsj een hervormingsvoorstel dat in Moskou, waar president Gorbatsjov destijds de perestrojka predikte, veel lof oogstte. Door het uiteenvallen van de Sovjet-Unie kort daarop, kwam het echter niet tot een effectuering van de plannen. Toen Konstantinovitsj vervolgens in eigen land de hervormingen promootte, werd hij door Minsk als een verrader van het socialisme aangemerkt en, in 1997, gearresteerd. Twee jaar zat hij gevangen.
'Laten wet het er niet meer over hebben', zegt hij. Op basis van zijn verdiensten voor de Sovjet-Unie geniet Konstantinovitsj nog altijd privileges (een fraai huis en gratis gas en stroom), maar Minsk heeft hem te verstaan gegeven dat in ruil voor die luxe zwijgplicht verlangd wordt. 'Mijn rol is uitgespeeld.'
Zijn toenmalige ideeën wil Konstantinovitsj nog wel een keer toelichten. 'Kolchozen zouden omgezet moeten worden in aandelenbedrijven, waar alle betrokken boeren een belang in dragen. Na een aantal jaren zouden boeren hun eigen boerderij moeten kunnen kopen. In '94 heb ik onze kolchoz, Rassvet, zo hervormd. Het was een groot succes.
'Van de ruim tweeduizend kolchozen die Wit-Rusland toen telde, volgden tweehonderd ons voorbeeld. In '97 werd ik gevangen genomen, waarna andere kolchoz-managers bang werden en de hervormingen stopzetten. Zo is mijn hele plan in elkaar gestort.'
Ingewijden beweren dat Konstantinovitsj het slachtoffer werd van een wraakactie van Loekasjenko, die ten tijde van de Sovjet-Unie eveneens als kolchoz-manager werkte. Omdat zijn bedrijf aanmerkelijk minder succesvol was en Konstantinovitsj zich in 1994 tijdens de presidentsverkiezingen smalend over hem zou hebben uitgelaten, zou Loekasjenko in 1997 zijn gram hebben gehaald door deze Konstantinovitsj te laten arresteren.
Konstantinovitsj: 'Ik heb Loekasjenko nooit ontmoet, nooit gesproken. Ik weet alleen dat ons land een andere weg had kunnen kiezen, maar we hebben het niet gedaan.'