REPORTAGEFintechkantoren
Chique panden en een exclusieve metrotunnel: fintech komt naar Amsterdam om knappe kop te paaien
Bedrijven die werken aan digitaal betaalverkeer klonteren samen in hartje Amsterdam. Een van hen, Adyen, krijgt zelfs een eigen metro-ingang. Het toont hoe groot de sector inmiddels is. En hoeveel moeite het kost om het juiste personeel te paaien.
In september is het zover. Dan gaat de boor in het beton van metrostation Rokin in Amsterdam, op een steenworp afstand van de Dam. Op de plek waar in het station nu nog een houten schutting staat, wordt de doorbraak gemaakt naar een tunnel naar het nieuwe hoofdkantoor van betaaldienstverlener Adyen. Het miljardenbedrijf hoopt nog voor de kerst zijn intrek te nemen in de voormalige panden van het in Nederland mislukte warenhuis Hudson’s Bay.
In de financiële-technologiesector begint het virus dit jaar niet met een C maar met een V. Het gaat om verhuizen en verbeteren: alles om het schaarse talent in de fintech te verleiden om juist bij jouw snel groeiende bedrijf te komen werken. Geldschieters en groeiplannen zijn er genoeg in de rap uitdijende markt van de financiële technologie, maar voor het contracteren van de beste data-experts en softwarespecialisten moeten kantoor en locatie meer dan in orde zijn. Juist Amsterdam is in trek bij de jonge programmeurs.
De Zweedse betaaldienst Klarna verhuist zijn Nederlandse vestiging binnenkort eveneens naar het Rokin, naar een prijzig Jugenstil-pand. Even verderop zit al de digitale bankendienst Ophen. Adyen-concurrent Mollie verhuist over ruim een maand naar de Keizersgracht. In de buurt zitten ook beleggingsplatform Bux, het internationale bitcoinbedrijf Bitfury en boekingsdienst Bidroom. Rond het centrum zitten gelijkgestemden als de digitale bank Bunq en beleggingsplatform DeGiro. En dan zijn er natuurlijk ook nog IMC, Optiver en Flow Traders, hightech flitshandelaren in aandelen.
Succesvol
Het eerste verhuisfeestje is van Mollie – kleiner dan Adyen, maar eveneens zeer succesvol. In augustus betrekt het bedrijf drie statige, geschakelde panden aan de Keizersgracht. Die worden ‘volkomen hotel-chic’ ingericht, zegt HR-manager Ingeborg van Harten. ‘We maken het daar zo fijn dat je zult denken: ik ben liever op kantoor dan thuis. Dit moet echt het mooiste, vetste en hipste kantoor van Amsterdam worden. Mensen moeten bij hun eerste sollicitatiegesprek al denken: dit is waar ik wil werken.’
Van Harten beschrijft de nieuwe vestiging als een kantoorhemel, met een gamekamer, een café, zachte banken en brainstormruimtes met enorme whiteboards om vol te kladderen met softwareformules. De 340 bureaus zijn elk 1,60 meter breed en voorzien van twee grote lcd-schermen. De tafels zijn van elkaar afgescheiden door schotten met planten, geluidsdempende platen of schermen waar in real time de planning en prestaties van de teams worden bijgehouden. (‘Die afscheidingen hadden we al bedacht vóór corona.’) En dan is er natuurlijk ook nog ontbijt en lunch. Gratis en uiteraard ultragezond.
Dit najaar wil Adyen bekendmaken wat voor plezierigs het zijn personeel wil aanbieden aan het Rokin – naast die exclusieve eigen tunnel uit het metrostation. Die werd overigens al aangelegd ten tijde van de constructie van de Noord/Zuidlijn, op verzoek en kosten van de toenmalige eigenaar van de grond, toen het kantoorgebouw nog moest worden neergezet.
Over twee maanden worden station en tunnel verbonden. En dan moeten er nog allerlei aanpassingen worden gedaan, opnieuw op kosten van de (inmiddels Luxemburgse) pandeigenaar. Die aanpassingen lopen uiteen van het omleggen van kabels en leidingen tot het treffen van brandwerende maatregelen, en van de installatie van een deur die ’s nachts sluit.
Publiekruimtes
Adyen zal zijn nieuwe locatie niet alleen voor zichzelf houden, belooft woordvoerder Hemmo Bosscher. Op de begane grond komen publieksruimtes, bijvoorbeeld voor de presentatie van de producten van Adyen of van bedrijven die klant zijn van het betaalbedrijf. Op 17 duizend vierkante meter werkruimte in het gebouw komen 1.100 werkplekken. Daarnaast blijft ook het huidige elf verdiepingen tellende hoofdkantoor van Adyen in gebruik, naast het Amsterdamse Centraal Station. De andere grote digitale bedrijven die daar zetelen – Booking, TomTom en TakeAway – blijven dus gewoon buren.
Het verhuizen en verfraaien van de fintechkantoren komt voor uit de storm die woedt in de financiële sector. De klassieke banken hebben moeite om mee te komen in de digitale ontwikkelingen, die zich steeds sneller lijken te voltrekken, waardoor nieuwe partijen zijn opgekomen die zich hierin juist thuis voelen. Consumenten blijken de nieuwe voorzieningen, zoals apps voor mobiel bankieren, snel op te pikken. Nederlanders behoren wat dat betreft internationaal tot de koplopers. De komst van het snelle 5G-netwerk maakt het gebruik daarvan naar verwachting nog sneller en gemakkelijker.
Dan is er ook nog de verruiming van Europese wetgeving. De betaalrichtlijn PSD2, die vorig jaar van kracht werd, geeft niet-bancaire organisaties meer ruimte in het gebruik van persoonlijke financiële gegevens, als de consument daarvoor toestemming geeft. Zo kunnen zij bijvoorbeeld betalingen uitvoeren voor hun klanten. Dat is niet alleen aantrekkelijk voor internetwinkels, maar ook voor Google, Apple en andere internetgiganten. Ook zij zijn al in de weer met eigen betaaldiensten. De bijbehorende data over het financiële verkeer van de gebruikers is een uiterst waardevolle bijvangst.
De fintechbedrijven nestelen zich door de snelheid en het gebruiksgemak van hun diensten in hoog tempo in het traditionele domein van de banken. Door hun doorgaans platte organisatiestructuur blijken zij vaak aantrekkelijker werkgevers voor de onmisbare software-engineers. De beurswaarde van Adyen geeft een indicatie van verschuivende machtsverhoudingen. Beleggers kennen de firma-met-straks-een-eigen-metrotunnel een waarde toe van ruim 40 miljard euro. Voor grootbank ING is dat een kleine 26 miljard en ABN Amro nog geen 4 miljard.
Verdrievoudiging
Bij de laatste jaarwisseling telde Nederland ruim zeshonderd fintechbedrijven, een verdrievoudiging in drie jaar, bleek uit onderzoek in opdracht van het ministerie van Financiën. Eenderde daarvan zit in de hoofdstad, een op de tien in respectievelijk Utrecht en Den Haag. Internationaal gezien loopt Nederland ver achter op Groot-Brittannië (1.600 fintech-bedrijven), maar zit het vlak achter Duitsland (800) en Frankrijk (775).
Terugkerende klacht van de Nederlandse bedrijven in het onderzoek: de problemen met het vinden van personeel. En dan blijken die millennials ook nog eens makkelijk over te stappen naar de concurrent, voor een beter salaris of een aantrekkelijk pakket opties op aandelen.
‘Bedrijven komen af op het talent en het talent komt af op de bedrijven’, zegt Nederland-manager Wilko Klaassen van Klarna. ‘Dat zijn bewegingen die elkaar alleen maar versterken. Dat talent dan weleens overstapt naar een ander bedrijf, dat zal dan wel. Maar juist wat betreft dat aanbod van talent staat Amsterdam er steeds beter voor. De mensen die wij zoeken, mensen die houden van verandering en die zich snel kunnen aanpassen, die houden meestal ook van Amsterdam. En dus zal ook de fintechsector zich hier verder blijven ontwikkelen.’
Natuurlijk, er zijn meer redenen, erkent Klaassen. De vele hoofdkantoren van internationale bedrijven, bijvoorbeeld. De nabijheid van de luchthaven Schiphol. De goed functionerende rechtspraak. ‘Maar het sociale aspect blijft zwaar meewegen. Ook bedrijven zelf willen elkaar leren kennen. Dan helpt het om dicht bij elkaar te zitten. Met Adyen kan ik straks gewoon afspreken in een café hier op de hoek.’