Bos: '30 miljard kwijt? Dat slaat echt nergens op'
Rijkman Groenink dacht dat hij de politiek kon bevelen.
Minister Bos van Financiën zei donderdag voor de commissie-De Wit dat ABN Amro haar einde aan zichzelf heeft te danken.
Wist u dat ABN Amro niet zelfstandig kon blijven toen Groenink zich in het voorjaar 2007 bij u meldde?
‘Ja, hoewel ik pas een compleet beeld kreeg nadat ik De Prooi had gelezen. Ik was op de hoogte van het langjarige beeld van strategiewisselingen, de wispelturigheid, de te hoge kosten, en het niet altijd goede management van de heer Groenink.’
Had dat invloed op uw eerste indruk van hem?
‘De gesprekken waren vriendelijk en beschaafd. Maar hij had een houding alsof hij het idee had dat hij de politiek kon bevelen. Dat is niet altijd even goed gevallen. In dat gesprek kreeg ik de indruk dat hij de minister-president wilde bewegen om bij een fusie met ING de mededingingsautoriteiten te omzeilen. Dat leek me geen goed idee.’
Als u Groenink wel ter wille was geweest, had u zich volgens hem 30 miljard euro kunnen besparen.
‘Voor de duidelijkheid: we hebben niet 30 miljard in ABN Amro gestoken, maar ook in Fortis, in ASR en in Fortis Corporate Insurance. Dat geld zijn we niet kwijt, want we hebben het eigendom van die ondernemingen. Het beeld dat de belastingbetaler 30 miljard euro kwijt is, slaat echt nergens op.’
Volgens Wilco Jiskoot, oud-lid van de raad van bestuur, had ABN Amro geen steun nodig gehad als het niet was overgenomen.
‘Het is een gotspe dat de man die er jaren niet in slaagde de kosten in zijn deel van de bank in de greep te krijgen dat verhaal hield. RBS, dat de zakenbank kocht, heeft 20 miljard euro moeten afschrijven.’
U liet de keuze voor het afgeven van een verklaring van geen bezwaar voor de overname aan president Wellink van De Nederlandsche Bank. Was dat niet uw verantwoordelijkheid?
‘De eindverantwoordelijkheid heb ik altijd. Hij had mijn steun, en mijn vertrouwen.’
Pauline van der Meer Mohr, die vroeger over het personeel van ABN Amro ging, zei dat u slecht heeft onderhandeld over het beloningsbeleid.
‘Ze heeft mij verzekerd dat ze bedoelde te zeggen dat dat ging over een individueel geval, die na een promotie een verdubbeling van het salaris kreeg. Het huidige beleid is een grote matiging ten opzichte van het oude, vindt zij ook.’