NieuwsBonusregeling
Air France-KLM stoot zich met bonusbonje twee keer aan dezelfde steen
Topman Ben Smith van Air France-KLM ziet dit jaar af van een bonus, nadat ophef was ontstaan over het besluit van de raad van bestuur het concern om de variabele beloning afhankelijk te maken van de mate waarin hij overheidssteun weet los te peuteren. Dat heeft het bedrijf donderdag gemeld.
Zijn evenknie bij KLM, Pieter Elbers, levert 20 procent van zijn reguliere loon in, meldde de Nederlandse fusiepartner bijna tegelijkertijd. Elbers lag vorige week onder vuur vanwege een verhoging van zijn bonus.
De gebaren van Smith en Elbers veranderen weinig aan het feit dat Air France KLM dus twee keer in een week de publieke opinie verkeerd heeft ingeschat. Bonussen vallen slecht in een tijd dat de luchtvaartmaatschappij bij de regeringen in Den Haag en Parijs de hand ophoudt om de coronacrisis te kunnen overleven.
Vorige week trok KLM schielijk een voorstel in dat behandeld zou worden tijdens de aandeelhoudersvergadering van volgende maand en ging over het optrekken van het plafond aan de variabele beloning van haar topman Pieter Elbers. Dat zou naar 100 procent gaan van zijn vaste salaris van 520 duizend euro. Woensdag werd duidelijk dat de raad van bestuur van moederbedrijf Air France KLM de beloning van ceo Ben Smith wil aanpassen. Zijn bonus over 2020 wordt afhankelijk gemaakt van de mate waarin hij de kaspositie van het concern op peil weet te houden.
Daartoe verwacht de raad dat Smith een reeks maatregelen treft: het aanpassen van de bedrijfsvoering, de reductie van de kosten, het beheren en schrappen van investeringen, het opstellen van een herstelplan en het verkrijgen van financiering en (overheids)steun.
Al die stappen klinken vanzelfsprekend voor een onderneming die in de afgrond staart, maar het laatste woord schoot in het verkeerde keelgat van velen, waaronder de KLM ondernemingsraad en een van Air France KLM’s grootste aandeelhouders: minister Wopke Hoekstra van Financiën.
‘Niet verstandig’
Dat Smiths bonus mede afhangt van de vraag of hij een staatsinfuus weet te fiksen wil er bij de minister niet in. ‘Wij vinden bonussen in deze tijd van crisis niet verstandig en niet te verenigen met steun van de belastingbetaler. Dat zullen we het bedrijf duidelijk maken, ook op de aandeelhoudersvergadering’, reageerde Hoekstra.
De bewindsman gaat evenwel niet zover dat hij de bonusregeling van tafel wil hebben, voor hij geld overmaakt. Hij lijkt te kiezen voor al dan niet stille diplomatie. KLM-chef Elbers zei onlangs meer dan wekelijks overleg te plegen op het ministerie van Financiën over noodsteun. Hoekstra kan via Elbers zijn ongenoegen laten blijken.
Na bijna een etmaal ophef en opwinding liet Smith donderdag weten dat hij afziet van zijn bonus, voor dit jaar. Onbeantwoord blijft de vraag of niemand in Parijs had kunnen voorzien dat een aanpassing van de variabele beloning tot heisa zou leiden.
Het is niet zo dat de beslissing al was gevallen voordat de luchtvaart in zijn zwaarste crisis geraakte sinds de Tweede Wereldoorlog. Uit stukken die de luchtvaartmaatschappij heeft ingediend blijkt dat de raad van bestuur zich op 19 maart over een wijziging van Smiths beloning heeft gebogen. De crisis was toen al compleet, want op 12 maart sloot de Amerikaanse president Trump eenzijdig de grenzen van de VS voor reizigers uit Europa. Niettemin besloot de raad van bestuur op 3 april om de variabele beloning van zijn ceo voor 70 procent afhankelijk te maken van de kaspositie van Air France KLM, en voor 30 procent van ‘crisisbeheer en een strategisch herstelplan’.
Misschien kan de top van Air France KLM de verdediging recyclen waarmee de raad van commissarissen van KLM vorige week de publicitaire brand bluste. ‘In de huidige context gaat het verschil tussen beleid en de uitvoering van dat beleid verloren’, zei RvC-voorzitter Cees ’t Hart. ‘Met betrekking tot de uitvoering van het beleid was reeds afgesproken met de ceo om af te zien van variabele beloning over 2020.’ KLM was domweg verkeerd begrepen. Zoals een beroemde Fransman ooit al zei: ‘De hel, dat zijn de anderen.’