Voor de dansers lonkt het succes niet meer
Vier prachtige dansers stoppen. ‘Eindelijk tijd voor elkaar te koken!’ Maar weemoed overheerst.
Rust, rust en nog eens rust. Dat is waar de vier topdansers van het Nederlands Dans Theater het meest naar verlangen. Dit voorjaar nemen ze afscheid van het Haagse topgezelschap: Yvan Dubreuil (39), Patrick Marin (35), Miguel Oliveira (31) en Medhi Walerski (29).
Ze zitten in de artiestenfoyer van Het Muziektheater, in afwachting van het bijna laatste optreden. Ze benoemen aarzelend hun blessures naar elkaar, hun ideeën over de toekomst. ‘We hebben hier eerder nauwelijks over gepraat. Ieder doorloopt stil zijn proces’, zeggen ze. ‘We roepen vooral hard dat we elkaar over twee weken weer zien. Vaker nog! Eindelijk tijd voor elkaar te koken!’
Vier prachtige dansers vertrekken: krachtige, knappe mannen, boegbeelden in choreografieën van met name Paul Lightfoot, Sol León en Jirí Kylián. Ieder heeft zo zijn eigen redenen voor vertrek. Yvan heeft de kritische leeftijd bereikt. Bijna had hij in 2010 nog kunnen dansen in een project van NDT III (de seniorentak), maar de financiering kwam niet rond. Hij heeft het er het moeilijkst mee, ook al blijft hij naast een studie actief bij het Nederlands Dans Theater, als balletmeester, repetitor en als kritisch denker: ‘Dit gezelschap moet meer risico durven nemen. We maken goede programma’s, maar te weinig spannende programma’s.’
Medhi heeft zich voor zijn dertigste verjaardag getrakteerd op een jaar verlof, om zijn zieke moeder in Frankrijk bij te staan en losse projecten te doen, zoals choreograferen in Zweden en Zwitserland en een gala in Australië. Miguel wil zich toeleggen op drummen en Patrick (met tweede kind op komst) is net zijn eigen bedrijfje begonnen in kunst- en cultuurmanagement. Voor allen geldt: ze hebben de top bereikt, jaren van vuurwerk op toneel, het succes lonkt niet meer.
‘Een danser weet niet wat rust is,’ zegt Medhi. ‘Wij zijn workaholics. In de twaalf jaar na mijn opleiding heb ik één maand niet gedanst.’ Miguel: ‘Bij een blessure telt alleen het terugkomen, niet het rustig herstel. Je hoort je lichaam niet meer.’
De ontkenning van de pijn die er altijd is, ook nu bij het opwarmen en straks op toneel bij de zware, bevroren poses in Kyliáns Click-Pause-Silence, staat in schril contrast met het fysieke bewustzijn dat ze in al die jaren zo scherp hebben ontwikkeld. ‘Dansers zijn een verbazingwekkend volkje’, zeggen ze. Yvan: ‘Wij zijn perfect getraind om ons constant op hoog niveau bewust te zijn van ons lichaam en onze geest. Maar we zijn nooit alleen.’ Miguel: ‘Ik wil tijd om op mezelf te zijn.’ Medhi: ‘‘Dansen is geen vak maar een mentaliteit. Een danser stopt nooit. Niet in zijn hoofd.’
Ze blijven in Nederland (‘Een goed geregeld land’), de een met vriendin en kind(eren), de ander met vriend. Alle geliefden dansen ook. Voor de een zijn de crazy workshops het hoogtepunt, waarin ze zelf mochten choreograferen. Voor de ander het creëren met Kylián. Patrick: ‘Hij zorgt dat je groeit als mens en daarmee twee keer als danser.’
Een groots afscheid, zoals vroeger met een speciale choreografie, is niet meer beleid van het Nederlands Dans Theater. Een laatste boeket, een persoonlijk applaus. Dat nog wel. Miguel: ‘We omhelzen elkaar en bluffen: ‘Tot volgende week.’ Yvan: ‘In mijn hart wacht ik nog op mijn laatste show.’