tv-recensieemma curvers

Via de spiegel van Coen Verbraak kijkt Nederland zijn koloniale geschiedenis in de ogen

null Beeld

Molukse kinderen vertellen in Molukkers in Nederland over de schofterige behandeling die hen hier wachtte.

Emma Curvers

Ze waren trouw geweest aan koningin Wilhelmina. Ze zouden maar vijf maanden in Nederland blijven. Maar eenmaal in dat kouwe land wachtte de Molukse KNIL-militairen die voor Nederlands-Indië hadden gevochten geen warm nestje: ‘We kregen een jutezak en moesten zelf ons matras maken. Dat was anders dan we gedacht hadden, ja’, zegt Frans Palyama, zoon van een KNIL-militair.

Hij en de zijnen werden ondergebracht in kazernes, oude gevangenissen en voormalige concentratiekampen: Kamp Vught en Westerbork werden omgedoopt tot de fleurig klinkende woonoorden Lunetten en Schattenberg. Maar de 12.500 Molukkers die in 1951 naar Nederland kwamen, gingen niet terug.

Met de docuserie Molukkers in Nederland van Coen Verbraak lijkt weer een stukje van de sluier over het Nederlandse koloniale stuntwerk af te worden getrokken. Dat de politionele acties in Indië in werkelijkheid een ordinaire oorlog waren, liet Verbraak al zien in Onze jongens op Java. Met de speelfilm De Oost van Jim Taihuttu heeft de Nederlandse overheid net nog een hoognodige emmer ijskoud water in het gezicht gekregen, en nu is hier de volgende.

Bij Noes Solisa zitten de tranen zo veel jaar later nog hoog. Zijn vader kreeg net als de rest meteen in Nederland zijn ontslag. ‘Het ene moment ben je iemand, en het andere ben je een nobody’, zegt hij met trillende onderlip. ‘Ze zijn behandeld als nummers, ondergeschikt aan de grotere belangen van Nederland en Indonesië.’ Nadat Nederland de onafhankelijkheid van Indonesië had erkend, wilde Soekarno de Molukse KNIL-mannen die tegen de nationalisten hadden gevochten daar niet hebben. Volgens Ben Manusama zijn ze gedeporteerd: ‘Wij zijn hier gekomen als ruil, om Soekarno niet voor de voeten te lopen en de handel intact te laten.’

De gammele kampen waren vergeven van het ongedierte, vertelt Dinah Marijanan. ‘Als je terugkijkt, is het bijna onvoorstelbaar dat de Nederlandse overheid onze ouders daar heeft geplaatst.’ Zeker aangezien veel Molukkers geloofden dat de geesten van mensen die stierven in de concentratiekampen er bleven rondwaren.

Non Aponno in Molukkers in Nederland. Beeld BNNVara
Non Aponno in Molukkers in Nederland.Beeld BNNVara

Het eten uit de gaarkeukens was volgens Palyama vreselijk. ‘Het is een Hollandse kok die daar bezig is, hè’, zegt hij lachend. Sommige Molukkers weigerden het zakgeld, 3 gulden per week – ze waren immers soldaten, vonden ze, met recht op soldij. Dat werd proletarisch winkelen. Toen de Molukkers zich later zelf moesten redden, werd de frustratie van de dolende vaders met stokken en riemen afgewenteld op de kinderen.

Net als in Onze jongens op Java en Srebrenica – De machteloze missie van Dutchbat, krijgen ze van Verbraak allemaal dezelfde vragen. Hij stelt ze ook dit keer via een spiegel die is gemonteerd op de camera, waardoor de geïnterviewden je recht aankijken. Via die spiegel van Verbraak kijken we opnieuw een wezenlijk stuk Nederlandse geschiedenis in de ogen.

Zo ook bij Non Aponno, bij wie de woede zeventig jaar later nog niet is bekoeld. Zeker als ze praat over het excuus dat Willem-Alexander in 2020 maakte voor Nederlands geweld in Indië. ‘Je verontschuldigt je voor een bepaalde groep, nóém ons!’ Al jong kreeg ze te horen: ‘Vertrouw de Nederlander nóóit.’ Dat begrijp je wel, na deze serie.

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden