Subtiele ontroering in mini-drama's

Het uur waarop wij niets van elkaar wisten, Peter Handke. Door: Het Nationale Toneel. Regie: Ger Thijs. Theater aan het Spui, Den Haag....

MARIJN VAN DER JAGT

Op een zomerse zondagmiddag is het Vondelpark gevuld met mensen in allerlei soorten en maten. Dikke joggers in glimmende broeken, oude mannetjes op een bankje, skateboarders in slobberkleding en een zwerver met een winkelwagentje. Ik zit in een musical, denk je ineens. Het is allemaal geënsceneerd. Straks barsten ze uit in een lied over een zomerse dag in het park.

Zo'n geënsceneerd straatbeeld is Het uur waarop wij niets van elkaar wisten van Peter Handke, dat Ger Thijs bij Het Nationale Toneel regisseert. Het toneelstuk uit 1992, is een opsomming van korte, woordloze taferelen die zich afspelen op een plein. Mensen steken het plein over en verdwijnen weer. Er vinden kleine gebeurtenissen plaats. Blikken van herkenning, een flirt, een explosieve ruzie. Een kok zet een afvalbak buiten. Twee bruidsparen poseren voor de foto.

De opkomsten zijn geraffineerd geordend. Alle grote thema's uit het leven komen aan bod: liefde en eenzaamheid, geboorte en dood. De passanten vormen achteloos tweetallen of vermeerderen ongemerkt. Eéé mannetje met stok is de voorbode van een schuifelende bejaarden-optocht. Zo verweeft Handke de poëzie van het alledaagse met surrealistische droombeelden.

Ger Thijs koos in zijn regie voor humor en vitaliteit, niet voor de verheven esthetiek die bij Handke op de loer ligt. Het decor van Tom Schenk heeft weinig grandeur, het is een lelijk, grauw doorgangsplein. Hier is alleen de pleingek thuis, een mooie, wezenloze rol van Esgo Heil. Hij houdt alles vanaf de zijlijn in de gaten, om zich plotseling op te werpen als een wegwijzer waar niemand om vraagt.

Het Nationale Toneel selecteerde een heterogene groep van zestien spelers: mimers, bewegers, oudere acteurs als Pim Lambeau en Rik Nicolet. Achter de schermen moeten ze zich als gekken verkleden om de bijna tweehonderd personages neer te zetten. Iedere verschijning is compleet, met een eigen loopje en een eigen (mini)drama.

Dat drama wordt nooit vet uitgespeeld, de spelers houden een afgewogen neutraliteit in acht. De ontroering die de toeschouwer tegen het einde overvalt, wordt teweeggebracht door de menselijkheid van al die gehaaste, gelukkige of zoekende figuren. Als ze verdwenen zijn, veegt de stoïcijnse pleinwacht de achtergelaten herinneringen op een hoop. Inclusief de pleingek.

Marijn van der Jagt

Wilt u belangrijke informatie delen met de Volkskrant?

Tip hier onze journalisten


Op alle verhalen van de Volkskrant rust uiteraard copyright.
Wil je tekst overnemen of een video(fragment), foto of illustratie gebruiken, mail dan naar copyright @volkskrant.nl.
© 2023 DPG Media B.V. - alle rechten voorbehouden