ACHTERGRONDALTERNATIEVE GESCHIEDENISSCHRIJVING
Speculeren over wat als...? Dat levert vaak prettige fictie op, zoals The Plot Against America
Zo had het ook kunnen gaan: vijf geslaagde voorbeelden van alternatieve geschiedschrijving.
Inca-keizer Atahualpa komt in de zojuist verschenen roman Beschavingen van Laurent Binet niet in zijn eentje. Op zijn opgekalefaterde Spaanse galjoen – achtergelaten door de conquistadors – brengt hij 183 stamgenoten, 37 paarden, een poema en een aantal lama’s mee. Na een helse zeereis vanuit Cuba bereikt Atahualpa de Taag, en arriveert hij in de 16de eeuw, tot verbazing van de bewoners, in Lissabon – hij is de omgekeerde Columbus. Speels gegeven, en een mooi voorbeeld van ‘alternatieve geschiedschrijving’. Wat als..? – het is een genre op zich.
Cartoonisten, stripschrijvers, filmmakers, romanciers, allemaal zijn ze er dol op. De wereld op zijn kop zetten. Speculeren. En wij kennelijk ook, want, of het nu met de ‘alternatieve werkelijkheid’ van president Trump en het grote aantal complotdenkers te maken heeft, of niet, de voorbeelden stralen ons tegemoet. Zo loopt momenteel de HBO-serie The Plot Against America, naar de roman van Philip Roth uit 2004.
Het uitgangspunt: in 1940 wint niet Franklin D. Roosevelt maar luchtvaartheld Charles A. Lindbergh de Amerikaanse verkiezingen. Lindbergh is een groot bewonderaar van Adolf Hitler en hij wil met zijn ‘America First’-beweging een oorlog met nazi-Duitsland voorkomen. Het Joodse deel van de bevolking krijgt de zenuwen van zijn antisemitische praatjes, maar in het Zuiden en het Midden-Westen wordt Lindbergh op handen gedragen.
Dat is de wereld waarbinnen de tienjarige Joodse Philip Levin – een afsplitsing van de jonge Philip Roth zelf – in de serie opgroeit. Weliswaar heeft de échte Lindbergh zich nooit aan een presidentsverkiezing gewaagd, zijn gedachtengoed – isolationisme; de aanklacht tegen de infiltratie van ‘inferieur Joods bloed’ – is voldoende bekend. Ook in werkelijkheid marcheerden in de jaren dertig de Friends of New Germany met hun swastika’s door de Amerikaanse straten.
Had Lindbergh zich wel kandidaat gesteld, dan zouden de verwikkelingen uit The Plot Against America zomaar hebben kunnen gebeuren. Dat is het idee. Het genre van de speculatieve fictie is al zo oud als de mensheid zelf. Bedoeld wordt even niet het Oude Testament, maar wel Ab urbe condita – het levenswerk van de Romeinse historicus Titus Livius over de geschiedenis van Rome. 142 delen, hij begon er circa 30 v. Chr. aan.
Volgens Volkskrant-recensent Berend Jan Bockting is The Plot Against America een ingetogen, maar alarmerend televisiedrama (★★★★☆). Lees hier de hele recensie.
Wat nu, zo vroeg de schrijver zich af, als Alexander de Grote met zijn leger voor de poorten van Rome had gestaan, zo’n 330 v. Chr.? Wat zouden de consequenties voor de Romeinse beschaving zijn geweest als Alexander die oorlog had gewonnen? Sterk staaltje alternatieve geschiedenis. Langs die lijnen zijn er boeken over Napoleon geschreven, en over een andere afloop voor de Amerikaanse Burgeroorlog, zelfs Churchill waagde zich in zijn vrije tijd aan wat als-bespiegelingen. Fijn genre om je fantasie op los te laten. Een Inca-keizer die Europa onderwerpt? Atahualpa houdt ons in Beschavingen natuurlijk gewoon een spiegel voor. Zoals alle goede speculatieve fictie dat doet. De mensheid hoeft maar even een andere afslag te nemen, en dan krijg je dit. Vijf voorbeelden:
Tarantino
Als het om speelfilms gaat mogen we Quentin Tarantino wel aanwijzen als kampioen van de alternatieve geschiedenis. In Inglourious Basterds (2009) laat hij een Franse bioscoop vol nazi-kopstukken opblazen, inclusief Hitler. Ze komen begin 1945 langs voor de première van de propagandafilm Stolz der Nation, maar moeten dat met de dood bekopen. Niet enorm geloofwaardig, maar het bijna kinderlijke plezier waarmee Tarentino zijn alternatieve geschiedenis in elkaar zet maakt veel goed. In Django Unchained (2012) neemt hij het Amerikaanse slavernijverleden op de hak. Als een eenmansleger bevrijdt Django (Jamie Foxx) aan het slot een complete slavenplantage en vindt bovendien zijn ontvoerde vrouw Broomhilda terug. En onlangs, bij Once Upon a Time in… Hollywood (2019), (verklapalarm!) worden niet Roman Polanski en Sharon Tate, maar hun buren slachtoffer van de Manson-gang. Kan allemaal, in het particuliere universum van Tarantino.
Philip K. Dick
Hersenschimmen, paranoïa, vervreemding, parallelle werelden, dan ben je bij Philip K. Dick (1928-1982) aan het goede adres. In zijn roman The Man in the High Castle (1962) (Nederlandse titel: De man in het hoge kasteel) hebben de Asmogendheden de Tweede Wereldoorlog gewonnen. Amerika is verdeeld tussen Japan (westkust) en Duitsland (oostkust), de Rocky Mountains vormen neutraal gebied. We stappen vijftien jaar na de oorlog in als we hoofdpersoon Bob Childan uit San Francisco leren kennen. Wat volgt, is een briljante omdraaiing: de échte geschiedenis wordt tot alternatieve geschiedenis verklaard. Onder Bob en zijn vrienden circuleert het verboden boek De springhaan sleept zich voort (naar Prediker 12:5) waarin wordt gesteld dat juist de geallieerden de oorlog hebben gewonnen. Auteur is (waarschijnlijk) de mysterieuze Hawthorne Abendsen: de man in het hoge kasteel. De Duitsers doen het boek af als nepnieuws, maar Bob & consorten weten dat nog niet zo zeker. The Man in the High Castle werd vanaf 2015 verfilmd door Amazon: vier seizoenen, veertig afleveringen.
Duval & Pécau
De Franse scenaristen Fred Duval en Jean-Pierre Pécau mogen graag met de loop van de geschiedenis spelen. Dat levert een stripserie op van hoge kwaliteit: UUR U (Jour J). Inmiddels zijn er 14 episoden verschenen, maar deel 1 uit 2010 is direct al raak: Russen op de maan! Kort gezegd: de Apollo 11 verongelukt en op 19 september 1969 landt Valentina Teresjkova als eerste aardling op de Mare Fecunditatis, de Zee van Vruchtbaarheid op de maan. Het begin van vele verwikkelingen, tot de eerste ruimtebaby aan toe. Het stripduo werkt zijn alternatieve geschiedenissen consequent uit. Andere delen gaan onder meer over: Dzjengis Khan, Lenin, de Cubacrisis, en een moordaanslag in Dallas op president… Nixon. Lekker speculeren met knotsgekke maar geloofwaardige twists. Kijk, zegt dit duo, zo had het ook kunnen gaan.
Ira Levin
Veel alternatieve geschiedenissen gaan over de nazi’s, zoals Iron Sky (2012) van de Finse cultregisseur Timo Vuorensola – waarin de nazi’s zich op de achterkant van de maan verschuilen. Ook goed: Fatherland (1994), van regisseur Christopher Menaul. Duitsland heeft de oorlog gewonnen, dertig jaar later willen de Verenigde Staten de diplomatieke betrekkingen herstellen. Een reeks politieke moorden lijkt het proces te verstoren, en dan gaat Rutger Hauer als SS-officier Xavier March op onderzoek uit. Het blijkt dat de Duitsers de Holocaust nog steeds willen verzwijgen.
Een klassieker in dit genre is de thriller The Boys from Brazil (1976), van de hand van Ira Levin (Rosemary’s Baby; The Stepford Wives). Dokter Josef Mengele is gevlucht naar Brazilië en is midden jaren zeventig bezig met het klonen van Adolf Hitler: 94 jongens van 13 worden over de wereld bij gastouders uitgezet. Een ingenieus plan om de nazi’s alsnog werelddominantie te schenken, maar de oude nazi-jager Yakov Lieberman (losjes gebaseerd op Simon Wiesentahl) zit hen op de hielen. Wat als?- in optima forma. De roman werd in 1978 verfilmd door Franklin J. Schaffner, met hoofdrollen voor Laurence Olivier (Lieberman) en Gregory Peck (Mengele). Alleen al het feit dat de eeuwige held Gregory Peck uitgerekend Mengele speelt is in zijn eigen soort ‘alternatieve geschiedenis’. Maar hij wilde zó graag eens met Laurence Olivier werken, luidde Pecks verklaring.
Stephen King
Tijdreizen is een ander aspect van alternatieve geschiedschrijving. Teruggaan in de tijd, om met een ingreep de loop van de geschiedenis te verleggen (Back tot the Future; The Terminator). In 11/22/63 (Nederlandse titel: 22-11-63) van Stephen King reist leraar Jake Epping middels een tijdportaal achter in een snackbar af naar Dallas om Lee Harvey Oswald te beletten zijn moordaanslag op president Kennedy te plegen. Net voordat die de trekker wil overhalen vindt Jake hem, boven in de Texas School Book Depository. Oswald wordt razend en schiet op Jake, maar doodt zo diens verloofde Sadie. Kennedy ontsnapt, toch kent Jakes heldendaad voor de geschiedenis vele consequenties. In 2016 verfilmd als de tv-serie 11.22.63, met James Franco in de hoofdrol van Jake.
Alles bij elkaar opgeteld blijkt ‘alternatieve geschiedenis’ vooral een mannenzaak. Al is er The Handmaid’s Tale, de dystopische roman van de Canadese auteur Margaret Atwood; geen alternatieve geschiedenis, maar een schrikbeeld voor de toekomst.
Margaret Atwood
Van de Canadese schrijver Margaret Atwood verscheen in 1985 de dystopische roman The Handmaid’s Tale. Het verhaal is gesitueerd in 2005. Na een tweede Burgeroorlog, een ziektegolf en milieuproblemen hebben orthodoxe christenen in de VS de macht gegrepen. De schaarse vruchtbare vrouwen worden gedwongen om als draagmoeders op te treden voor het nieuwe regime. Inmiddels is The Handmaid’s Tale een populaire tv-serie (bij ons te zien op Videoland), maar naar de letter van de wet is de roman een toekomstvisioen en geen ‘alternatieve geschiedenis’. Dan zou je 1984 of Brave New World ook in het onderstaande lijstje moeten opnemen. Wel kunnen we Atwood het synoniem voor de term ‘alternatieve geschiedenis’ gunnen: ‘The Handmaid’s Tale sciencefiction?’, riposteerde ze onlangs in The Guardian. ‘Nee. Sciencefiction gaat over monsters en ruimteschepen. Ik schrijf over dingen die mogelijk kunnen gebeuren op aarde. Ik spreek zelf liever over: speculatieve fictie.’
Ook opvallend: in de Nederlandse letteren heeft ‘alternatieve geschiedenis’ nooit werkelijk zijn draai gevonden. Ja, Harry Mulisch speelde met het idee van ‘wat als de nazi’s de oorlog hadden gewonnen?’ In zijn essaybundel De toekomst van gisteren (1972) legde hij verantwoording af over zijn nooit geschreven roman waarin hij Europa na 1945 met de Duitsers aan de macht zou schetsen. In zijn roman Siegfried (2001) komt hij deels op de zaak terug als zijn alter ego Rudolf Herter tijdens een boektour in Oostenrijk te horen krijgt dat Eva Braun en Hitler in het geheim een zoon hadden: Siegfried. Dat komt aardig in de buurt, maar Nederlandse literatuur en ook film hechten nogal aan de werkelijkheid – magisch-realisten als Belcampo en Hubert Lampo niet te na gesproken en soms vind je een vleugje terug bij Couperus. Maar wie weet? Wellicht krijgen we door de coronacrisis toch nog een Nederlandse pendant van wat als…?