Sing Slowly Sisters: Bee Gee Robins duistere kant
Het was bedoeld als Robin Gibbs tweede solo-album, maar omdat hij toch verder ging met de Bee Gees, werd Sing Slowly Sisters vergeten. Nu zijn de getormenteerde nummers verzameld in een nieuwe box.
Lost Albums worden ze genoemd. Platen die wel zijn gemaakt, maar nooit werden uitgebracht. Hoe groter de artiest, hoe groter de mythe. Homegrown van Neil Young uit 1975 en Landlocked van The Beach Boys (1970) zijn een paar van die beroemde gevallen. De liedjes waren al opgenomen en er was vaak al een hoes. Maar de muziek die uiteindelijk door de makers toch niet goed genoeg werd bevonden, bleef verstopt in archieven. Daaruit wisten ze mondjesmaat te ontsnappen, om daarna te worden verspreid door verzamelaars.
Beroemdst is misschien wel Smile, het decennialang onvoltooid gebleven album van The Beach Boys uit 1967, dat door geestelijk vader Brian Wilson pas in 2004 werd afgerond.
Iets onbekender, maar (volgens vooral Britse media) minstens zo bijzonder als Smile, is het album Sing Slowly Sisters van Robin Gibb. Het was bedoeld als tweede solo-album, nadat Gibb in 1969 de Bee Gees had verlaten, maar de plaat is uiteindelijk nooit voltooid. Robin Gibb zou zich na een jaartje weer bij zijn broers Barry en Maurice melden om met de Bee Gees een doorstart te maken. Het album raakte niet alleen vergeten, maar zelfs compleet zoek.
Zoals dat hoort met vermeend zoekgeraakte meesterwerken, bereikte de de plaat onder verzamelaars en liefhebbers een mythische status. Het zou hier opnamen betreffen die zich met gemak konden meten met Brian Wilsons Smile.
Alleen: er was niks om deze stelling mee te staven. Er bestonden een paar zogeheten acetaten, ofwel proefpersingen, maar geen echt echte mastertapes. De tapes die er waren, zaten in dozen waarvan de inhoudsopgaven waren verdwenen omdat de plakbandjes hadden losgelaten.
De vierde Gibb
Barry, Maurice (1949-2003) en Robin Gibb hadden nog een tien jaar jongere broer Andy. Eind jaren zeventig was hij vooral in de VS populair: hij scoorde daar drie nummer-1-hits op rij. Maar met het einde van de discorage kwam er ook een eind aan de carrière van Andy Gibb. Hij raakte verslaafd aan drank en drugs en overleed in 1988, op 30-jarige leeftijd. Barry (68) is als enige nog in leven.
Knullig
Knulliger kan het bijna niet. Maar het is producer Andrew Sandoval toch gelukt twintig liedjes bij elkaar te verzamelen die Gibb (overleden in 2012) mogelijk voor Sing Slowly Sisters had bedoeld.
Tien jaar heeft Sandoval eraan gewerkt; nu is het album er dan toch. En dat niet alleen, Sandoval vond nog veel meer materiaal en heeft alles nu samengebracht op de drie cd's tellende compilatie Saved By The Bell - The Collected Works Of Robin Gibb 1968-1970.
En nee, zo goed als het magistrale Smile is Sing Slowly Sisters niet geworden, maar in dat ene jaartje, van pakweg maart 1969 tot april 1970, nam Gibb prachtige muziek op. Barokke pop, gedragen door die uit duizenden herkenbare hoge, van veel vibrato voorziene stem.
Jongens
Niet gek voor een jongen van krap 20 jaar oud. Want jongens waren het nog, de broers Gibb die als de Bee Gees vanaf 1967 de Europese hitparades bestormden met hun orkestrale, dramatisch gezongen popliedjes: Spicks and Specks, Massachusetts en Words. Al snel was het Britse trio bijna net zo populair als de toen al ongenaakbare Beatles.
Hun sound hadden ze ontwikkeld in Australië, waar de broers met hun familie in 1958 vanuit Engeland naar toe waren verhuisd. Barry was toen 12 en een kop groter dan de 9-jarige tweeling Robin en Maurice. Barry zou altijd blijven zeggen dat het betrekkelijke isolement het geluid van de Bee Gees heeft bepaald. Bijzonder was het in elk geval wel. Zoals Barry, Robin en Maurice samen zongen, zong niemand. Net als de broers Wilson in The Beach Boys en Don en Phil Everly (The Everly Brothers), hadden de broers Gibb dat moeilijk te duiden gemeenschappelijke in de samenzang wat door niet-familieleden niet is te imiteren.
Hun stemmen vonden elkaar moeiteloos. Die van Barry was wat donker, Robin het hoogst en Maurice zat er tussenin. Vooral dat hoge stemgeluid van Robin, in combinatie met zijn sterke vibrato, was ongehoord. Klaaglijk, tegen het janken aan soms. Het gaf de liedjes van de Bee Gees een apart gevoel van drama, zeker in combinatie met de rijke strijkersarrangementen.
De broers waren van meet af aan uiterst productief. Vier albums namen ze in nog geen drie jaar op, totdat het pretentieuze, in rood fluweel gestoken dubbelalbum Odessa de broers in 1969 uit elkaar zou drijven.
Zoekende
Het album stond vol met grootse barokke popnummers, waarmee de Bee Gees aansluiting probeerden te vinden bij psychedelische rockmuziek zoals die toen door Pink Floyd werd gemaakt. Iets dat de Bee Gees niet lag, maar de broers waren zoekende. Naar de juiste muziekstijl, maar meer nog naar de juiste houding onderling en jegens de buitenwereld. Ze waren na hun terugkeer naar het Verenigd Koninkrijk in korte tijd beroemd geworden en de verleidingen die hoorden bij hun nieuwe sterrenstatus waren groot. De jeugdige broers Gibb wisten even niet waar ze het moesten zoeken.
Manager Robert Stigwood nam de beslissingen voor hen en een ervan pakte verkeerd uit. Begin 1969 werd de nieuwe single niet Robins Lamplight, maar Barry's First of May. Een klap in Robins gezicht, want hij had Lamplight speciaal voor de hitparades geschreven en hij wist zeker dat het nummer weken op de eerste plaats zou staan, waar First of May in zijn optiek nooit hoger dan de tiende plaats kon komen.
Robin kreeg het gevoel dat zijn broers en manager zijn talenten niet juist inschatten. Vervelend, want hij barstte op dat moment van de creativiteit. Dus waarom niet gewoon solo verder? Zijn wraak was groot. Met Saved By The Bell scoorde hij in de zomer van 1969 een immense wereldhit; het liedje haalde in Nederland zelfs de eerste plaats.
Creatieve piek
Er kwam een album, Robin's Reign, dat - zoals ook bij Bee Gees-albums gebruikelijk was - veel minder succes had dan de singles die ervan werden uitgebracht. Maar het leek Robin niet te deren, die zat in een enorme creatieve piek. De elf liedjes op Robin's Reign vormden maar een fractie van de honderd liedjes die hij in dat jaartje dat hij niet in de Bee Gees zong, schreef.
Soms, zoals het 12 minuten durende Hudson's Fallen Wind, waren het meer klassiek getinte suites dan liedjes. Gibb experimenteerde lustig erop los, gedreven door - zoals hij later zelf zei - speed en amfetaminen, die hem uit zijn slaap hielden.
Wat de voor Sing Slowly Sisters beoogde opnamen zo bijzonder maakt, is dat Gibb (meer dan in zijn Bee Gees-werk) zijn donkere kanten laat zien. Er klinkt veel somberte, eenzaamheid en ander zielenleed in door. Gevoelens waar zijn indringende stem wel raad mee wist. Ook de door Kenny Clayton gemaakte strijkersarrangementen geven precies de juiste klank erbij.
I've Been Hurt, Avalanche en het titelnummer maken van Sing Slowly Sisters een bijzonder, soms getormenteerd klinkende plaat, die in niks lijkt op de opgewekte disco waarmee de Bee Gees een decennium later (opnieuw) de wereld veroverden.
Robin Gibb heeft de plaat nooit echt afgemaakt. De ruzie met zijn broers werd in 1970 bijgelegd, waarna hij eigenlijk nooit meer op de plaat is teruggekomen. In interviews ontweek hij vragen erover beleefd. Pas in 2007, toen de BBC een radiodocumentaire over de plaat maakte, vertelde Gibb er mondjesmaat over. Maar het was duidelijk dat het hem eigenlijk niet zoveel deed. Misschien was het een te pijnlijk hoofdstuk in zijn leven en verkeerde hij in 1969 werkelijk in de geestelijke nood die in veel van de nu verzamelde liedjes doorklinkt.
In elk geval staat het materiaal haaks op de hedonistische discohits waarmee de Bee Gees vanaf 1976 het Saturday Night Fever-gevoel muzikaal vormgaven. Maar dat was ook met andere stemmen. Jubelende falsetten hadden de sound van de Bee Gees voorgoed veranderd. Het hoge, bevende vibrato van Robin Gibb was toen uit het klankbeeld verdwenen.
Robin Gibb: Saved By The Bell ¿ The Collected Works Of Robin Gibb 1968-1970.
Rhino/Warner Music.
undefined