Schoonheid is een vloek heeft een speciale gekruidheid
Indonesisch talent huppelt door zware tijd
Als een schrijver op het punt staat te worden toegelaten tot het selecte gezelschap van grote namen, regent het vergelijkingen. Zo wordt de jonge Indonesische auteur Eka Kurniawan (1974) gekoppeld aan zijn landgenoot Pramoedya Ananta Toer, aan Gabriel García Márquez en Haruki Murakami.
Maar het is juist de persoonlijke stijl van Eka Kurniawan die van zijn romans (hij schreef er al vier) zo'n avontuur maakt. Op zijn veroveringstocht is nu Nederland aan de beurt met de vertaling van Schoonheid is een vloek.
Seks heeft een belangrijke plaats, als ook de Murakamiaanse vanzelfsprekendheid van fantastische gebeurtenissen - in de eerste zin staat de hoofdpersoon Dewi Ayu, 21 jaar na haar dood, op uit haar graf. Eerder in haar leven wilde ze als vierde kind een lelijke dochter, kreeg die ook, met een neusje als een stopcontact, en noemde haar Schoonheid.
Dewi Ayu heeft alles in zich om een archetypisch personage in de literatuur te worden. Een Indisch meisje (grotendeels Nederlands) dat het beste van haar leven maakt. In de Tweede Wereldoorlog verzeild geraakt in een luxebordeel voor Japanse officieren, kiest ze dan maar voor een glansvolle carrière als prostituee, die ze voortzet na de brute koloniale oorlog van Nederland en de onafhankelijkheid van Indonesië.
Fictie
Eka Kurniawan
Schoonheid is een vloek
Uit het Indonesisch vertaald door Maya Sutedja-Liem en Sven Aalten.
Lebowski; 480 pagina's; € 22,50.
Geweld, wreedheid, vrouwenmishandeling, massamoorden - geen gemakkelijke ingrediënten voor een schrijver die luchtig een historische periode van een jaar of veertig tot leven wil wekken. Het is een klein literair wonder dat het Eka Kurniawan lukt. Hij huppelt door de tijd. Zelfs aan de grootste schurk zit ook iets leuks.
Als plaats van handeling heeft de schrijver het plattelandsstadje Halimunda geschapen. Hij beschrijft het bloedbad onder de communisten in de jaren zestig plastisch, maar zijn personage Kliwon, een atheïstische vakbondsman, ontkomt aan de dood door magische kracht - en doordat zijn liefje met de vijand naar bed gaat in ruil voor zijn leven.
Eka Kurniawan schrijft ook voor televisie, 'soaps, wat ze me ook maar vragen'. Als jongen las hij zich suf aan pulpromannetjes. Dat kan Schoonheid is een vloek wel eens die speciale gekruidheid hebben gegeven.